Okkervil River - Ik ga zelden uit van een idee

Ik ga zelden uit van een idee

Will Sheff, nog steeds de man waarrond Okkervil River draait, is snipverkouden als we hem ontmoeten in een Brussels hotel. Maar dat belet hem niet om honderduit te vertellen over de nieuwe plaat, die aansluit op de vorige, maar toch ook anders is. Nog wat honing voor bij de thee dus en praten maar.

 

Klopt het dat bepaalde voorvallen hebben geleid tot 'Away', waaronder de dood van je grootvader,...?
Will Sheff
: (Aarzelend) Het is moeilijk om steeds weer over die zaken te praten. Het is mijn taak als artiest om het best mogelijke resultaat te behalen. Als ik dat doel niet bereik en ik weet dat ik beter kan, dan bedrieg ik het publiek. En dat publiek is waarom ik dit doe. Dat betekent niet dat ik naar hun pijpen dans, maar de toeschouwers en ik zijn gelijke delen in een continuüm. Zie het als een cassette, waarbij ik het ene wieltje ben en het publiek het andere. Als ik dat evenwicht overhoop haal, loopt het fout. En dat is net wat er gebeurde.

Wat ik [voor 'Away'] maakte, leek nergens op. Mijn band – allemaal fantastische muzikanten, daar niet van – en ik, wij leken wel in een huwelijk te zitten dat op de klippen liep. Ik wilde het niet toegeven aan mezelf, dus ik bleef de scheiding maar uitstellen. Onder die voorvallen, waar je het over had, zit een diepere oorzaak. 'Away' ging over het strippen van alles tot de kern en dan de dingen overhouden, waar ik nog steeds van hield. Misschien daarom dat 'Away' grotendeels akoestisch was.

Zijn de thema's voor dit album dezelfde?
Vroeger schreef ik conceptalbums zoals 'Black Sheep Boy' en 'The Stage Names'. Voor 'I Am Very Far' en 'Away' ben ik daarmee gestopt. En toch was er nog altijd dat geheel van gevoelens waarrond ik werkte. Zoals in een vogelnest waarin allerlei blauwe dingen werden verzameld, maar dan eerder toevallig. Dit was zowat hetzelfde. In 'Away' stonden een aantal dingen, die toendertijd in mijn leven gebeurden, centraal.

Dat is ook het geval voor 'In The Rainbow Rain'. Op een bepaalde manier is het een uitwas, omdat de manier van werken gelijkaardig was. De techniek van schrijven en opnemen was min of meer dezelfde. Het was ook met dezelfde mensen, hoewel onze onderlinge relatie veranderd is. Nu zijn ze mijn band. We hebben een heel seizoen samen op de baan geweest. Dus het geluid van het album werd op een bepaalde manier bepaald door het materieel dat we tijdens die tournee hebben gebruikt; meer elektrisch, ook al omdat dat eenvoudiger is om mee te nemen.

Het is dus een zekere voortzetting, hoewel het heel anders klinkt en aanvoelt. Misschien is Days Spent Floating (In The Half Between) (het laatste nummer van 'Away', nvdr) al een soort van richtingaanwijzing voor 'In The Rainbow Rain'. Zelfs al is het dan akoestisch, de feel is dezelfde.

Kan je zeggen dat het uitbundiger klinkt?
Dat klopt zeker. Het was organisch. Zoals de ene wijn smaakt, als de druiven uit een bepaalde streek komen, en weer anders smaakt, als hij uit een andere regio afkomstig is. Ik was een “gelukkige streek”, snap je? Ik zat op een goede plaats. Dus was het resultaat ook “gelukkiger”. En toen ik dat door kreeg, heb ik me voorgenomen om dat door te trekken. We gaan polijsten tot het blinkt, zeg maar.

Je noemde deze band daarnet een nieuw huwelijk. Is het ooit in je op gekomen om de naam van de band te veranderen?
Ik heb daar wel degelijk over nagedacht. Maar daar staat tegenover dat, als ik aan Okkervil River denk, er twee dingen zijn, die in me opkomen: de band van de laatste tien jaar, met steeds weer nieuwe bandleden, waarvan een deel van de fans het gevoel hebben dat die van hen is, voelde dood aan; en dat was wat ik met Okkervil River RIP wilde uitdrukken; maar tegelijkertijd zat er een andere herinnering aan Okkervil River in mijn hoofd. Dat was toen ik in 1989 naar Texas verhuisde met mijn twee beste vrienden en we elke avond oefenden in mijn slaapkamer. Die versie van Okkervil River is als een zaadje, dat onder allerlei dingen begraven geraakt is, maar het was nog steeds levend. Ik denk dat ik daar naar terug wilde keren. Vandaar dat ik de naam heb behouden.

Heb je echt een tracheotomie ondergaan?
(toont het litteken) … en de verhalen in Famous Tracheotomies kloppen ook allemaal, allemaal gecheckt op het internet (lacht).

Heeft het je beïnvloed?
Met name het gevoel dat ik ten dode was opgeschreven. Zelfs voor de tracheotomie was ik een ziekelijk kind. Mijn ouders hadden lang vergeefs geprobeerd om een kind te krijgen (hetgeen hij ook vermeldt in de song, nvdr). Een groot deel van de herinneringen uit mijn jeugd hebben te maken met ziek zijn, bijna halfweg tussen bestaan en niet-bestaan, ook al stond ik daar toen niet zo bij stil. Voor mijn ouders moet dat erg zwaar en pijnlijk zijn geweest.

Hoe komt het dat dit nu boven komt?
Eigenlijk zit het in al mijn werk. Nummers als Black of The Valley en de verwijzingen daarin, waar een fan mij ooit op wees en waar ik nooit bij had stilgestaan, tonen aan dat het altijd al in mijn muziek zat. Thema's als extremiteiten en bedreigingen lopen als een rode draad door mijn carrière, maar nu schrijf ik er echt openlijk over.

Was het belangrijk om te zien dat al die andere artiesten hetzelfde als jij hadden meegemaakt?
Toen Catherine Zeta-Jones hot was, vertelde iemand mij dat zij ook een tracheotomie had ondergaan. Het idee dat een mooie Hollywood-actrice hetzelfde had meegemaakt als ik, sprak mij aan. En daardoor ben ik verder op zoek gegaan naar lotgenoten.

Bij een kind gaat het erom dat kind te redden, als er hem iets slechts overkomen is. Bij een volwassene is het vaak omdat hij/zij iets stoms deed. Dylan Thomas was bijvoorbeeld verslaafd aan barbituraten. Dat is dus bijna een logisch onderwerp voor een liedje, ook al klinkt dat raar. Ik was gek van Dylan Thomas, toen ik opgroeide. Gary Coleman was bijna ieders vriend op tv. En Mary Wells is de favoriete zangeres van mijn moeder. Het voelde goed om te weten dat wij dit allemaal gemeen hadden.

In Love Somebody zing je: “If you love somebody, you gotta lose some pride”. Wat bedoel je daarmee?
Het gaat erover dat je dicht bij bepaalde mensen wil staan zonder alles op te geven. Dat is tenslotte niet de bedoeling; zo werkt het niet. “Trots” heeft zowel een positieve als een negatieve bijklank; en ik hoop dat men niet denkt dat ik de positieve bijklank wil wegdenken. Het is niet de bedoeling om je trots te verliezen, maar wel een beetje je “foolish pride”. Als je ruzie met je partner hebt, kom je soms tot de vaststelling dat je zo bezig bent met je standpunt te verdedigen dat je niet eens hoort wat je partner zegt. Dat kan gebeuren binnen een vriendschap, maar ook in de politiek; daar gaat het zowat over.

Zijn dat soort ideeën vooraf al aanwezig, als je een song schrijft, of belanden ze er op een soort van natuurlijke wijze in?
Ik ga zelden uit van een idee. Misschien is een song als Don't Move Back To LA wel begonnen met een idee, maar eigenlijk was dat toch eerder gewoon ontstaan uit die zin. Hoe meer je nadenkt over een idee, hoe meer je het verknoeit. Het idee is als de oester in de schelp. Je wil die niet openbreken en het ding doden. Dus je werkt er gewoon rond. Het publiek moet de oester maar vinden. Als ik dat voor hen doe, is hij al dood bij aankomst.

Trouwens, wat is er mis met LA, dat je daarnaar niet moet verhuizen?
Dat nummer heeft te maken met het feit dat ik vrienden heb, die naar LA zijn verhuisd. En dan vroeg ik me af waarom ik in New York moest blijven terwijl zij weg waren. Vandaar die connotatie. LA is helemaal zo slecht nog niet. Het is gewoon dat ik het feit dat ze weggaan moeilijk kan verdragen.

De figuren in die song, Mistress Mike en Susan Sneeze, zitten daar echte mensen achter?
Op één of andere manier zijn die allemaal wel verwant met iemand die ik ken. Soms zijn het inderdaad echt mensen, maar anderen zijn een combinatie van twee of drie mensen.

Is het toeval dat nogal wat nummers “song” worden genoemd? Shelter Song, Family Song, Human Being Song?
Dat heeft eerder te maken met de wil om te schrijven op de meest “kunstloze” manier. Oorspronkelijk wilde ik die nummers gewoon “Shelter”, “Family” en “Human Being” noemen, maar op dat moment verscheen het album van Kendrick Lamar met daarop ook songs als Pride, Blood, enz. Hij was dus met mijn idee aan de haal gegaan. Vandaar dat ik er “Song” aan heb toegevoegd.

In Human Being Song zing je “It's hard to be a human being”. Is dat zo?
Het kan ook fantastisch zijn, maar soms stoot je op een probleem en zoek je daarvoor een oplossing. Het leven is gewoon hard. Zelfs al maak je je eigen problemen, dan zijn ze nog niet minder problematisch. En mensen leren vaak niet bij. Ze maken gewoon dezelfde fout opnieuw.

Mijn vriendin werkt in een dierenasiel en daar heeft ze veel over het gedrag van honden geleerd. Het is niet omdat een hond met zijn staart kwispelt, dat hij gelukkig is. Je leert dat honden erg op mensen lijken. Als een hond bijvoorbeeld schudt met zijn hele lichaam, dan is dat als een fysieke “reboot” van zijn lichaam. Dat is hetzelfde bij een mens. Als je bijvoorbeeld een koude douche neemt, word je ook weggerukt uit je huidige staat. Het toont aan hoe je brein en je lichaam met elkaar verbonden zijn.

Dieren lijken erg op mensen. Alleen gaan mensen daarover doorbomen en het teveel analyseren, maar daardoor wordt het niet beter; eerder integendeel zelfs. Shelter Song gaat over het feit dat je een hond kan zien en die mooi vinden, terwijl je, als je in de spiegel kijkt, een hekel kan hebben aan hoe je er zelf uit ziet. Het zou leuk zijn als je jezelf, net als die hond, ook mooi zou vinden. Human Being Song heeft een beetje dezelfde ondergrond. Zo van: “Ik weet dat het moeilijk is. Ik ben er ook geweest”.

Shelter Song en Family Song lijken dezelfde muzikale basis te hebben.
Waarschijnlijk wel. Het was niet met opzet, maar tezelfdertijd was ik me er toch ook wel van bewust. Voor beiden werd de CR-78 drummachine gebruikt; dat heeft er zeker mee te maken. Die drummachine werd ook gebruikt voor In The Air Tonight (Phil Collins, nvdr), I Can't Go For That (Hall & Oates, nvdr) en Enola Gay (Orchestral Manouvres In The Dark, nvdr), … het was een klassieker in de jaren zeventig, tachtig. Mijn bassist heeft er eentje en ik kon er niet aan weerstaan omdat ik nu eenmaal met die muziek ben opgegroeid. Daarnaast zit er in allebei wel soul.

Het koor is een ander, weerkerend gegeven.
(Enthousiast) Dat was inderdaad één van de vroegste ideeën, die ik had. Ik begin vaak met een minuscuul idee; krachtig, maar erg klein. Dat kan een zin zijn, een beeld of drie instrumenten samen. Dat idee groeit als je eraan bezig bent, maar je wil niet dat het oncontroleerbaar wordt. In dit geval wilde ik vanaf het begin veel stemmen op deze plaat. Dat moest veel meer prominent zijn. Saundra Williams was iemand, die ik meteen in gedachten had. We leerden elkaar kennen, werden vrienden. Samen met twee van haar vrienden, waarmee ze in de kerk zingt, kwam zij erbij. Bovendien zijn mijn muzikanten ook uitstekende zangers, die mooi samen kunnen zingen. Jonathan (Meiburg, frontman van Shearwater en oude vriend van Will Sheff, nvdr) kan bovendien prima overweg met multi-tracking en maakte het af.

Hoe ga je dat vertalen naar het podium?
Vooral met de band in de eerste plaats, maar Okkervil River is dezer dagen een uitgebreide familie. Dus, als het uitkomt, zal ik ook Saundra en Alec Spiegelman, die sax speelt op het album, inzetten.

Maar op [PIAS NITES] deed hij het nog in zijn eentje. In het najaar, op 30 september met name, staat hij met de band in de Botanique.

 

25 september 2018
Patrick Van Gestel