Mintzkov - De anderen zijn gewoon nooit teruggekomen

De anderen zijn gewoon nooit teruggekomen

Wie een nieuwssite opent, ziet enkel nog maar artikels over corona. Begrijpelijk en nodig. Maar omdat entertainment ook belangrijk is in deze tijd waarin de bewegingsvrijheid beperkt is en vrije tijd – in het beste geval – exponentieel is toegenomen, hebben we besloten om het interview met Mintzkov, dat we hadden liggen, gewoon nog aan te bieden. Muziek kan immers ook vreugde brengen op sombere dagen. Mintzkovs eerste nieuwe plaat in zeven jaar tijd heet ‘Oh Paradise’. Het interview vond plaats op 5 maart, nog voor de coronacrisis in alle hevigheid losbarstte. Het virus en alle omstandigheden daarrond zijn dus ook geen gespreksonderwerp in dit interview.

Waar we wel naar vroegen, was: "Hoe komt het dat het zeven jaar geduurd heeft voor er een nieuwe plaat gekomen is?"

Lies Lorquet: Wij zijn gewoon niet snel. (lacht) We hebben twee jaar gespeeld met het vorige album. Daarna hebben we een jaar pauze genomen. En vervolgens heeft het dan nog geduurd zolang het moet duren.

Philip Bosschaerts: Zeven jaar blijkt spijtig genoeg zo voorbij te zijn. (lacht)

Wat is er in die tijd veranderd? In de bio staat te lezen: “De machine was nog nooit zo wendbaar, ook al heeft de tijd sporen nagelaten.”

Lorquet: We zijn tegenwoordig nog maar met zijn drieën in plaats van met vijf. Na dat jaar pauze zijn we terug beginnen repeteren. Het is organisch gegroeid dat we nog maar met drie waren. De andere twee zijn gewoon niet meer teruggekomen.

Bosschaerts: Levens evolueren ook. Mensen gaan hun eigen weg. Voor sommigen was het een beetje op, terwijl wij wel heel graag nog nieuwe dingen wilden maken. De drie mensen, die nu overblijven – Lies, Minchul (drummer, nvdr) en ikzelf – zijn altijd de spil geweest van de groep. Als één van ons drieën niet mee was met een bepaald nummer, dan kwam het er niet.

Hebben jullie je ooit afgevraagd of er überhaupt nog een nieuwe plaat zou komen?

Lorquet: Singles of ep’s waren ook opties, maar een album heeft toch nog altijd iets meer gewicht, hopen wij. We wilden absoluut nog nieuw werk maken. Dat is nooit een vraagteken geweest.

Kopen jullie zelf nog cd’s of platen?

Lorquet: Ik moet eerlijk bekennen dat ik het zelf ook al een tijdje niet meer gedaan heb.

Bosschaerts: Ik koop vinyl en cd’s, maar ik stream ook. Het geheel van songs, van begin tot eind, dat vind ik het leukst.

Jaren geleden vertelden jullie ons al dat het in België moeilijk is om van muziek te leven. Mintzkov is niet de hoofdverdienste, maar wat betekent de band in jullie leven?

Bosschaerts: Ik denk dat we het een passie kunnen noemen, iets dat we niet kunnen laten. Als morgen Mintzkov stopt, dan moet ik anderen zoeken om muziek mee te maken. In de pauze heb ik in Glitterpaard gespeeld met andere muzikanten. En dat bestaat nog steeds. Maar ik heb gemerkt hoezeer ik van Mintzkov hou en hoe eigen onze combinatie is. Dat kan je niet vervangen door iets of iemand anders. Als ik met een half afgewerkt nummer bij Lies aankom, is haar inbreng daarin uniek. Ik kan met dat half nummer ook naar iemand anders stappen, maar dan zal het eindresultaat ook helemaal anders zijn. Ik koester wat er ontstaat, als wij drie samen aan een nummer werken.

Veel groepen, die jullie hebben gekend, zijn intussen gestopt: The Van Jets, Customs, The Hickey Underworld,... Is het een opoffering om in België voor muziek te kiezen?

Lorquet: Ik zou het geen opoffering noemen, maar je moet wel heel goed kunnen relativeren. Je moet goed blijven beseffen dat je het in de eerste plaats doet, omdat je het leuk vindt. Kunnen lachen met het geld, dat je uitgeeft, en de situaties die je tegenkomt, dat is ook heel belangrijk. En niet te veel nadenken over de toekomst. Als dat plezier er niet meer is, stopt het.

Onlangs bedachten we ons dat we heel slecht zijn in leven: we zijn onhandig, kunnen amper koken en kopen nooit van de eerste keer de juiste lamp in de supermarkt.

Lorquet: (lacht) Ik kan je geruststellen: niemand weet echt waar hij of zij mee bezig is in het leven. Als je mensen beter leert kennen, besef je dat die ook aan het prutsen zijn. Niemand heeft het grote plan. Dat inzicht heeft mij rust gegeven. Iedereen heeft ook hulp nodig van andere mensen. Niemand kan alles alleen.

Bosschaerts: Zeker in deze tijd van sociale media lijkt het wel alsof we de helft van de tijd op een strand zijn met een cocktail in de hand. Dat is dus niet zo, hé!

Lorquet: Ik heb de laatste tijd ook veel mensen leren kennen. Ik heb me opengesteld voor mensen en dat was lang niet zo. Ik ben lang asociaal geweest en ik geloofde dat ik geen nood had aan interactie. Ik ga zelden of nooit afspreken met iemand om een koffie te gaan drinken. Dat lukt me niet. Ik had pas heel laat door dat ik daardoor ongelukkig was. De laatste twee jaar heb ik beseft dat ik dat eigenlijk wel wil: mensen leren kennen. Er zijn een paar mensen, toevallig, bijgekomen in mijn leven die mij hebben doen inzien dat ik wel anderen nodig heb. Ze beseffen zelf niet dat ze die impact hebben gehad. Nu gaat het beter.

Als je met een koptelefoon naar de plaat luistert, dan hoor je veel extraatjes. In August Eyes bijvoorbeeld hoor je veel dingen die je niet hoort, als het nummer op de radio voorbij komt.

Bosschaerts: Veel mensen luisteren tegenwoordig muziek via oortjes of een koptelefoon. Onderweg bijvoorbeeld. We hebben in de studio veel geëxperimenteerd met gitaren en geluiden. Ook dingen, die ik achteraf niet goed vond, stonden gewoon op band. Damien Vanderhasselt, die heeft opgenomen, heeft beslist om alles door te sturen naar Staf Verbeeck, de mixer. Staf had die opnames niet meegemaakt en heeft een selectie gemaakt uit al die experimenten. Ook dingen, waar ik niet zo enthousiast over was, zitten er nu soms in verborgen en het is een heel leuk geheel geworden.

Lorquet: We hebben af en aan opgenomen over twee jaar tijd. Dan is het moeilijk om een richting te zien. Het was pas, toen we hoorden wat Staf ermee had gedaan, dat alles echt in elkaar begon te passen.

Lies, in een oud interview zei je ooit dat eerste stem zingen geen ambitie is van jou, dat je veel liever bas speelt. In Unlike The Sun zing je wel bijna heel het nummer de eerste stem.

Lorquet: Ik ben erin geluisd (lacht). Ik had een basriff waarop ik een melodie was beginnen zingen. Daarna moest ik ook plots een tekst schrijven. En dat is mijn ding niet. Ik ben op een podium al zo gefocust op bas spelen, dat lead zingen erbij een beetje te veel van het goede zou zijn. Ik vind bassen ook gewoon heel leuk. Het zingen komt erbij.

Bosschaerts: Ik merk nu ook dat het heel leuk is om gewoon gitaar te spelen en niet te moeten zingen. (lacht)

Philip, wat heb jij met de zon? Een eerder album heette al ‘Rising Sun, Setting Sun’, op deze plaat staat een nummer Unlike The Sun en in New Stations zing je “We’re all connected to our shadow / only directed by the sun.”

Bosschaerts: Misschien wat te veel binnen gezeten de laatste jaren (lacht). Het is ook wel een dankbaar beeld in donkere tijden. Eerlijk gezegd: ik weet het niet. Ik ben alleszins geen zonneklopper. Het is geen fascinatie of zo. Er zitten nog hemellichamen, sterren en planeten in, maar ik heb daar niet meteen een verklaring voor.

Gaat teksten schrijven je gemakkelijk af?

Bosschaerts: Ik werk er hard en graag aan, maar de beste ideeën komen op de momenten dat ik er niet mee bezig ben. Als ik op de fiets zit bijvoorbeeld. Ik probeer de laatste tijd sneller te werken en te denken: een tekst is maar een tekst. Ik probeer niet per se een verhaal te vertellen, maar ik vind goede beelden wel belangrijk. Ik begrijp zelf ook niet alle teksten van artiesten die ik goed vind, maar ik haal daar wel dingen uit. Nick Cave is op zijn laatste platen bijvoorbeeld heel fragmentarisch. Soms staan er ook heel grappige en onnozele dingen in.

Lorquet: Hij moet stoppen met zijn haar te kleuren. Het begint eng te worden. (lacht)

Dat brengt ons bij een andere vraag: ouder worden in de muziek. Het blijkt moeilijk om te stoppen. Mensen als The Who, Van Morrisson, Paul McCartney, Bryan Ferry of The Rolling Stones zijn nog allemaal bezig. De lijst is eindeloos. Genesis komt ook weer bij elkaar. Zien jullie jezelf oud worden op een podium?

Lorquet: Zolang het lichaam mee wil, denk ik het wel. Veel van die mensen, die je net hebt opgenoemd, zullen het wel graag doen, maar volgens mij willen ze gewoon elk hun eigen eiland kopen. (lacht)

Bosschaerts: Het lijkt me wel comfortabel om ooit te kunnen zeggen: het is goed geweest; ik ben blij. Dat lijkt me een heel vredevolle gedachte, maar ik denk niet dat dat bij mij ooit gaat gebeuren. Geen idee wat ik dan zou moeten doen. (lacht)

Lies, was bas jouw eerste instrument? En Philip, de gitaar voor jou?

Bosschaerts: Ja, maar binnen Mintzkov – toen het nog Mintzkov Luna was – zijn we allemaal op een ander instrument begonnen. Lies speelde gitaar, Minchul bas. Mijn idee was: ik ga gewoon gitaar erbij spelen. En toen was ik plots zanger, Lies bassist en Minchul drummer.

Live zijn jullie nu dus met drie: twee mensen en een gitarist minder dus.

Lorquet: De laatste twee jaar hebben we dat getest op het podium. We hebben van niemand gehoord dat ze iets misten. Het gevolg is wel dat Philip nu nog veel harder moet werken. Die oude nummers blijven overeind en de herkenbare melodieën zitten er nog allemaal in.

Bosschaerts: Het is een beetje als thuiskomen in een verbouwd huis: je hebt een nieuwe keuken en je borden staan misschien op een andere plek dan voorheen, maar het zijn nog dezelfde borden en hetzelfde huis en je maakt je spaghetti nog steeds op dezelfde manier.

Twintig jaar geleden hebben jullie de Rock Rally gewonnen. Wordt er aan gedacht om een jubileum te vieren?

Bosschaerts: Nee, eigenlijk niet. We zijn nog altijd heel trots op die overwinning – ik weet zelfs nog welke dag het was: 2 april en Andrei Tchmil had de Ronde van Vlaanderen gewonnen – maar eigenlijk willen wij verder zonder al te veel terug te blikken. We hebben er ook niet echt bij nagedacht dat we nu eigenlijk iets te vieren hebben. Ik word er alleen maar voortdurend op gewezen, omdat ik nu zelf jurylid ben in de Rock Rally. (lacht)

Wat zijn de ambities voor 2020? Wanneer zijn jullie tevreden?

Lorquet: Laat het plezant zijn. Ik wil deze zomer graag veel spelen. En laat het maar goed warm zijn, met veel zon.

Bosschaerts: Ik wil graag meer stilstaan bij de concerten die we spelen. Waar we ook spelen, we mogen blij zijn dat we er mogen spelen. Dat mogen we niet vergeten.

Dit interview verscheen ook op nieuwssite Newsmonkey.be.

27 maart 2020
Geert Verheyen