Pixies - Tijdloze absurditeit

Den Atelier, Luxemburg, 23 april 2025

Pixies - Tijdloze absurditeit

Zaterdag (26 april) landen de Pixies in de Lotto Arena in Antwerpen, maar wij piepten al eens over de grens in Luxemburg, waar de intussen mythische band de Europese tour aftrapte. We hadden woensdagavond even goed over de andere grens in de Aeronef in Lille naar Ride kunnen gaan kijken, maar in ons nostalgische universum hebben Black Francis en de zijnen altijd een streepje je voor. Terecht, zo bleek, want ze stelden negenennegentig minuten lang geen seconde teleur.

Openers The Pale White, een rocktrio uit Newcastle dat de Pixies voor een goed deel van de Europese tour op sleeptouw nemen, deden fel hun best om met een greep songs uit de vorige week verschenen nieuwe plaat ‘The Big Sad’ indruk te maken, maar we herinneren ons vooral hun lof voor hun broodheren. Zanger Adam Hope lauwerde hen als “de beste alternatieve rockband aller tijden”. Zware woorden, maar amper een half uur later bewezen Pixies dat die eretitel niet eens overdreven was.

De show in Luxemburg was ook het eerste optreden van Pixies sinds de dood van David Lynch. Misschien was openen met In Heaven (Lady In The Radiator Song) uit diens 'Eraserhead' een eerbetoon aan hun cinematische held? Bassiste Emma Richardson (zie ook Band Of Skulls) mocht meteen op de voorgrond door de zang van de song voor haar rekening te nemen. De tournee van Pixies staat in het teken van (en is vernoemd naar) nieuwste plaat ‘The Night The Zombies Came’, maar op een handvol songs daaruit na, bestond de set vooral uit werk uit hun eerste leven. Ook de andere vier reünieplaten bleven in de kast, een keuze waarmee 99,9 procent van de aanwezigen wel kon leven, vermoeden we. Zo werd na een nieuwe song vroeg in de set meteen doorgeschakeld naar het kronkelende Vamos (met gitarist Joey Santiago alweer in een glansrol), Blown Away en een gniffelend gezongen Ed Is Dead. Frontman Black Francis leek ervan te genieten weer op een podium te staan. Interactie met het publiek was er niet, maar na Motorway To Roswell wuifde hij een eerste keer vriendelijk naar het publiek in de kleine Luxemburgse zaal.

Pixies stouwden een slordige dertig songs in de set zonder een op voorhand uitgepende setlist te gebruiken. Net zoals tijdens de vorige tournees, lag achteraan het podium een soort inventaris van songs waaruit lukraak werd geplukt. Meestal fluisterde Black Francis via een microfoon de volgende song naar de in-ears van de bandleden, maar soms mocht het ook met gebarentaal. Zo imiteerde hij een kip (pok-pok, denk aan de Vogeltjesdans) om aan te geven dat Chicken geserveerd mocht worden. Het blijft cool om te zien hoe een band na bijna vier decennia – inclusief een verrijzenis - het spontane de bovenhand blijft geven. Er volgde nog een song uit ‘The Nights The Zombies Came’, het surfy Mercy Me kun je bezwaarlijk een muzikale hoogvlieger noemen, maar toch leek het een song die zou kloppen in het universum van een nooit gedraaide Lynch-film, pakweg in een scene waar Pixies een cameo doen als huisorkest in een groezelige club ergens in Nevada.

Met Gouge Away, badend in groen licht, keerden we terug naar 1989. Uit ‘Doolittle’ volgde Dead. Na vijfendertig jaar hebben nog steeds geen benul wat “Uriah hit the crapper”, betekent, maar desalniettemin blijven we het vrolijk meescanderen, telkens Pixies ons concertpad kruisen. Noem het gerust tijdloze absurditeit. Uit die muzikale moppentrommel, die het oeuvre van de band is, werd de ene na de andere herinnering afgevuurd: Bone Machine, Dig For Fire, Subbacultcha naadloos overgaand in Distance Equals Rate Times Time, Monkey Gone To Heaven, Velouria, The Happening, Havalina … het viertal speelde de songs haast sneller na elkaar dan dat wij hier de titels kunnen intikken.

Zonder setlist draaide het ook al eens in de soep. Zo leek Black Francis bij de aanzet van nieuwe song Jane (The Night The Zombies Came) nog even aan drummer Dave Lovering te moeten uitleggen welk lied dat nu alweer was. Het was nogmaals een tandem met een andere nieuwe song, het eigenlijk niet misse Motoroller, dat ons spontaan deed heupwiegen en een instant oorwurm refreintje door ons hoofd deed spoken (“First you run outta time / then you run outta space”).

Het heden werd achter ons gelaten en we keerden terug naar het tijdperk van ‘Surfer Rosa’ met Cactus. Cactus is ook de naam van de nationale supermarktketen in het Groothertogdom, maar toch leidde het niet tot deining in het publiek. De hele avond lang bleef de zaal tamelijk Tame (niet op de setlist!) de boel ondergaan. Wij hadden het stinkend wilde feestje met Gurriers (vierentwintig uur eerder in het Wintercircus) nog onfris in het geheugen en misten een vervolg daarvan in Luxemburg. Stiekem hopen we dat de Lotto Arena zaterdag heel even de Pogo Arena mag worden.

Aan de band zal het niet gelegen hebben, want Pixies speelden vinniger dan ooit en pompten zonder ademruimte Here Comes Your Man en Where Is My Mind? de zaal in. Nu, het was de derde keer in vier jaar dat Pixies in Den Atelier stonden (een zaal iets groter dan de Orangerie van de Botanique), dus ze moeten het er wel naar hun zin hebben. Wie (net als ons) dacht dat Where Is My Mind? een welverdiend rustpunt in de set zou inluiden, was eraan voor de moeite. Het kwartet beukte onverbiddelijk verder tegen de golven met Nimrod’s Son (heerlijk mellow middenstuk in die song!), Ana (wat een pareltje!), Mr. Grieves en Caribou.

Hey! werd voorspelbaar eentje om mee te brallen, Debaser eentje om mee te knallen. Alsof ze achterna gezeten werden door The Ramones, werd aan een sneltreintempo verdergeraasd tot The Jesus And Mary Chain over Head On op het einde van de set botste. Telkens we naar een concert van Pixies trekken, is het toch met enige vrees dat het misschien wel "het concert te veel" zal worden, maar ook dit keer bewees Black Francis dat zijn band nog steeds staat als een huis, gebouwd op waanzinnige fundamenten, gegoten eind jaren tachtig, begin jaren negentig. “Do you have another opinion?” Fair enough, maar ga die mening dan misschien toch wel eens factchecken in de Lotto Arena. Er zijn nog tickets. Dus dat is alvast geen excuus.

25 april 2025
Christophe Demunter