Pixies - Een kleintje met andalouse en een frikandel spéciale
Den Atelier, Luxemburg, 7 augustus 2024
Vorige week speelden Pixies ("de Pixies" voor de vrienden) in Ronquières en op de Lokerse Feesten, maar wij gingen de band een paar dagen later zien in een kleine zaal in Luxemburg. Den Atelier is ongeveer half zo groot als de AB en je staat er altijd ofwel minder dan tien meter van het podium, ofwel minder dan tien meter van de toog. Een ideale biotoop om Pixies te zien zoals we hen in België zelfs in de begindagen vijfendertig jaar geleden niet konden meemaken. Je kon de band niet enkel horen en zien, maar ook voelen, ruiken en proeven. Het kan best zijn dat die laatste zintuiglijke ervaringen eerder met ons zweet of dat van onze buur te maken hadden, maar dit geheel terzijde.
Van zweet gesproken: zelden zagen we een openingsact die zich meer in het zweet werkte dan Big Special. Wanneer het Engelse duo het podium op stapt, staat daar enkel een microfoonstandaard en een drumkit op hen te wachten. Zanger-poëet-crooner Joe Hicklin en drummer Callum Moloney zuigen zoveel aandacht op dat je na een halve song al vergeten bent dat het gros van de muziek op een bandje staat dat meeloopt. Hicklin fulmineert over alles wat hij elke dag rond zich ziet.
In die minimale bezetting en met dergelijke opgekropte woede is de vergelijking met Sleaford Mods nooit veraf, maar toch is Big Special veel meer. We horen rauwe postpunk die met Idles of Shame in bad (of in bed) lag, we horen anthems die van Carter USM hadden kunnen zijn, maar Big Special is met amper een dozijn songs op het conto vooral een band die als Big Special klinkt. We vinden niet graag vakjes of genres uit, maar misschien dekt de naam van de dit jaar verschenen debuutplaat de lading wel: 'Postindustrial Hometown Blues'.
Terwijl Moloney achter het drumstel voor zijn en ons leven leek te vechten, dook Hicklin naast ons op in de zaal. Het optreden was zo innemend intens dat we bijna vergaten dat dit nog maar het voorprogramma van de avond was. Al goed dat Moloney ons retorisch vroeg of we klaar waren voor Pixies. Razend interessante ontdekking die we zo gauw mogelijk nog eens willen ondergaan! Wie vrijdag present is op Pukkelpop, kan Big Special als stevig ontbijtje aan het Backyard-podium checken om 12u50.
Pixies toeren intussen al twintig jaar als reunië-act, maar je kan hen er bezwaarlijk van verdenken op de lauweren te rusten. Geen voorgekauwde setlist die elke avond wordt afgehaspeld, maar een spervuur aan lukraak gekozen songs. Nieuwe songs, die misschien inniger worden omarmd door de band zelf dan door het publiek, maar de motivatie om nieuwe songs te schrijven en live te brengen siert hen. En natuurlijk een set die zonder genegenheid als een stormram op het publiek inbeukt. Zo ook in Luxemburg waar na opwarmertje en surfstrumental Cecilia Ann al meteen Wave Of Mutilation en Monkey Gone To Heaven prijsgegeven werden. Hitjes opsparen tot het einde, daar doet Black Francis niet aan mee.
Of er iemand ongeduldig op nieuwe songs stond te wachten, betwijfelen we, maar toch paste You're So Impatient mooi in de plooien van de set. Eerder dit jaar tourde de band met de albums 'Trompe Le Monde' en 'Bossanova' onder de arm, en ook deze zomer sijpelen die platen nog door. Zo was het heerlijk om nog eens "It's educational", mee te brullen tijdens U-Mass of een poging te doen om het tempo van Planet Of Sound bij te houden. In River Euphrates viel Black Francis nog eens zonder brandstof in de Gazastrook en hoorden we voor het eerst de stem van (alweer een nieuwe!) bassiste Emma Richardson echoën. Het was even wennen aan Richardson (ex-Band Of Skulls), maar dat hadden we met alle vorige vervangers van de onvervangbare Kim Deal ook wel. Onze eigen stem hoorden we dan weer gênant luid in het zwalpend meegescandeerde Hey, als waren we op een cantus voor overjaarse beschonken indierockers.
De songs uit het in oktober verwachtte album 'The Night The Zombies Came' zaten in het midden van het optreden verstopt. De al geloste single Chicken had iets van een lijzige surfsong die vergeefs op de perfecte golf wachtte, The Vegas Suite ontpopte zich iets meer tot vintage Pixies met nihilistische zinnetjes als "I'm going to Vegas and if I don't make it there are many other places". Na dit nieuwe werk, waren de covers van In Heaven (uit de Lynch-film 'Eraserhead') en Winterlong (van de hand van Neil Young) niet echt de bommetjes die de show weer op gang konden trekken. Daarvoor was het wachten op het immer knotsgekke Vamos. Dave Lovering mag dan wel een tweede carrière hebben als goochelaar, in Luxemburg waren het vooral de magische truuks van gitarist Joey Santiago die ons verbijsterden. Ook na vijfendertig jaar in zijn gezelschap valt onze mond nog open bij 's mans gekronkel langs de snaren.
Twee jaar geleden zagen we Pixies in dezelfde zaal. Toen werd het een uitzinnig wild feestje, dit keer bleef het publiek verdacht rustig, alsof een moshpit storend zou zijn voor de met de smartphone filmende medemensen. Ook Here Comes Your Man (één van de vroegste Pixies-songs die Francis schreef omdat hij iets wou doen met het woord "boxcar" uit de R.E.M. song Carnival Of Sorts) of Gouge Away brachten amper deining teweeg. Desalniettemin waren Isla De Encanta of Debaser ideale momenten om horizontaal de vering in onze kuiten te testen.
Na een kleine dertig songs en anderhalf uur, zette het obligate Where Is My Mind? een punt achter de set, maar de band bleef nog even rondhangen op het podium. Black Francis wees naar de pols om aan te geven dat de curfew hen op de hielen zat. Alsnog stak hij een vinger in de lucht om aan te geven dat er nog één toegift afkon. Wel een toegift van ruim vijf minuten. All Over The World is niet alleen de langste song in de Pixies-catalogus, het was ook van het concert in Deinze in 1990 (!) geleden dat we dit meesterwerkje nog eens live mochten meemaken. Heerlijke afsluiter van een heerlijk nostalgisch avondje in het gezelschap van een bizarre band die we eeuwig zullen blijven koesteren. Er restte ons enkel nog een bakje frietjes met andalouse te bestellen, een overblijfsel uit het tijdperk waarin Debaser voorgoed onze nachtelijke eetgewoontes veranderde ("I am un chien andalusia", weetjewel). Frituren vind je in Luxemburg niet, maar de pitabar in de straat van Den Atelier "did the job". Misschien moeten we daar ter ere van de support act voortaan ook nog een frikandel of curryworst "big spéciale" bij bestellen.