Fenne Lily - Een traan, een snik, een lach
NEST, 1 mei 2018
Het is een warm NEST daar in Gent, zeker met twee acts op het podium waarbij de song primeert op de show. En dat was het geval met Fenne Lily en Mooneye.
Altijd mooi als de openingsact ook iets te bieden heeft en verrast. Dat laatste deed Mooneye niet. We waren immers al vol lof over hun debuut-ep. Maar iets bieden, dat deden Michiel Libberecht en de zijnen zeker wel. Ook live viel immers op hoe sterk de songs van dit viertal zijn, ook al doen ze feitelijk niets nieuws. Op Glass Sphere, een nummer dat niet op de ep staat, verwachtten we zelfs halvelings de stem van Johnny Cash na de intro, maar zo klinkt Libberecht helemaal niet. Ook hier zong hij met zijn ietwat, klagende, van emotie zwangere kopstem de sterren van de nog jonge, avondlijke, Gentse hemel en ook Fenne Lily zou het achteraf beamen: dit was één van haar betere openingsacts.
Ook over de plaat van de hoofdact, Fenne Lily, waren wij zeer te spreken, maar zij wist wel te verrassen. Niet zozeer met haar liedjes, die ondertussen al vertrouwd aanvoelen, maar wel met haar sprankelende persoonlijkheid. De eenentwintigjarige deed terugdenken aan een jonge An Pierlé die destijds op het podium ook verraste met grapjes en spitse bindteksten, terwijl de songs op haar debuut ‘Mud Stories’ allesbehalve lichtvoetig waren.
Lily had haar stoerste Dr. Martens-boots aangetrokken om ook op haar voorlaatste show van de lopende, Europese tournee haar demonen plat te kunnen trappen. Haar songs, gaan bijna zonder uitzondering over klootzakken van mannen die haar jonge hart braken en dat leverde haat en een geknakt zelfvertrouwen op. Maar hoe fel ze ook gehakt maakt van die kerels in haar nochtans breekbare nummers, zo relativerend sprak ze erover in haar bindteksten.
Met What’s Good trok ze de set heel subtiel op gang. Drummer Dan moest zelfs werkloos toekijken van achter zijn vellen. Met Car Park schakelde ze dan een versnelling hoger. Eentje te hoog zelfs, in vergelijking met de versie op de plaat. Het deed wat af aan de emotionele lading van deze song die gaat over een kerel die haar op vakantie meenam naar een parking en aldus bewees wat voor een nietsnut hij was, aldus Lily.
Three Oh Nine gaat over een nog grotere zak. “Maar dankzij hem heb ik nu een album en hij heeft enkel een diploma van kankeronderzoeker. Kom me na de show maar vertellen welke van de twee je het hoogst inschat”, aldus Lily, die haar broer de enige jongen noemde die altijd lief voor haar zal blijven. Ook over hem schreef ze uiteraard een song.
Of ze ook over Gent een song zal schrijven? Het is goed mogelijk, want ze bleek zich duidelijk goed geamuseerd te hebben op de leien met de verhalen van de gids over al die plaatsen waar mensen werden vermoord in het verleden. Zelf zou ze ook wel willen sterven nu, zo beweerde ze: haar tour was succesvol, haar puisten zijn weg en haar moeder is trots op haar. “Life is good; en dit is een song over hoe rot het leven is”, zei ze vervolgens en zette Bud in op akoestische gitaar, terwijl haar bassist Joe haar witte, elektrische gitaar overnam.
Het was Fenne Lily ten voeten uit: een traan en een snik in elk nummer, een lach tussendoor; of anders een ontluisterend verhaal. Zo leerden we dat More Than You Know gaat over hoe ze een jongen een blowjob weigerde omdat ze dringend naar huis moest. Ze schreef de song daarna op weg naar huis, op de bus. Ze was toen vijftien…
Fenne Lily’s songs zitten allemaal wat in dezelfde sfeer en steevast zingt ze zachtjes met ietwat hese stem alsof ze moe is van het huilen, maar af en toe sprong er toch eentje uit. Het titelnummer van de plaat bijvoorbeeld kreeg een iets gespierdere uitvoering en in tegenstelling tot Car Park trof ze hier wel raak. En zo waren we net op tijd voor het laatste nummer terug bij de les.
“Nu ja, het is niet echt het laatste nummer hoor”, grapte de zangeres uit Dorset. “Ik ben een grote ster en heb dus ook een bisronde gepland”. Nog grappiger werd het, toen ze na het wondermooie For A While gewoon op het podium bleef staan en het publiek aanmaande harder te klappen om zogenaamd de bisronde af te dwingen. En dat publiek at uit haar hand. Het was helemaal gewonnen voor de jonge engel met de schalkse blik.
Dat deed aan Angel Olsen denken en zie: na het solo, op akoestische gitaar gebrachte Top To Toe (over een jongen waarop ze zo verliefd was dat ze liever naast hem bleef zitten in plaats van haar wiskunde-examen af te gaan leggen, maar die haar maar niets vond) vervolgde ze met Unfuck The World, zowaar een cover van Olsen.
Helemaal afsluiten deed ze met een nieuwe song (Like That Man). “Durf hem niet online te delen, want hij is nog niet helemaal af”, dreigde ze. “Maar jullie zien er aardige mensen uit, dus waag ik het er maar op”, vervolgde ze meteen. Sommige meisjes zullen altijd bedrogen blijven worden, maar als er dan weer een mooi album van komt, is dat niet erg; toch?