Wolf Alice - Blue Weekend
Dirty Hit Records
Verandering van spijs doet eten moet men gedacht hebben bij Wolf Alice. Wat ooit begon als een akoestisch duo, is ondertussen geëvolueerd tot een vierkoppige band die zich bij elke release opnieuw weet uit te vinden. Dat is ook te horen op het inmiddels derde album. Ellie Rowsell en kompanen trakteren op een weekendje zelfreflectie.
Na ‘My Love Is Cool’ uit 2015 en het in 2018 uitgebrachte ‘Visions Of Life’, dat hen een Mercury price opleverde, zijn de leden van Wolf Alice bijna uitsluitend op tournee geweest. Om de nieuwe plaat op te nemen werd dan ook gekozen om een AirBnB af te huren in het rustige Somerset, ver weg van het drukke Londen en andere afleidingen. Markus Dravs, die we kennen van onder andere Arcade Fire, Florence + The Machine en Mumford and Sons werd onder de arm genomen als producer.
Wat meteen opvalt vanaf opener The Beach is de gelaagdheid van klanken. We horen niet enkel het strummen van een akoestische gitaar, ook de reverb zwelt laag na laag aan tot een prachtig soundscape. Er werd danig geëxperimenteerd met verschillende instrumenten. En dat hoor je terug in elk nummer. De melodieuze zanglijnen, die soms breekbaar dan weer krachtig klinken, zorgen voor een rijk kleurenpalet.
Nummers als Lipstick On The Glass, Last Man On Earth of Delicious Things krijgen een bijna orkestrale begeleiding. Joff Oddie duwt de gitaarsound door het pedalboard heen en giet een stroom aan klanken uit waarin de traditionele gitaar oplost als een geparfumeerde bruisbal. Rowsell zingt over thema’s als liefde, afwijzing, ouder worden en zelfliefde. Dit is de soundtrack van een band op weg naar volwassenheid.
De grunge-achtige sound, die we kennen van eerdere platen, lijkt op ‘Blue Weekend’ eerder uitzondering dan regel. Play All The Greatest bijvoorbeeld, klinkt als een boze punksong waarop de bekende rebelyell van Rowsell nog eens wordt bovengehaald. De single Smile moet het dan weer vooral hebben van de aantstekelijke riff waarbij stilzitten geen optie is. In de fluisterende, stoere zanglijnen van de strofes laat Rowsell de innerlijke Kim Gordon los.
‘Blue Weekend’ is een logische stap in de evolutie van deze band. Verwacht geen eenzijdige gitaarriffs of een kwade frontvrouw die haar ongenoegen uitschreeuwt. Dit is een zoektocht doorheen de verschillende fases van volwassen worden. De kracht ligt in de subtiliteit: elke luisterbeurt vallen er nieuwe lagen te ontdekken. Zeker niet de meest rockende Wolf Alice, maar wel de eerlijkste.