G A U S S - Heartbeat

Eigen beheer

Heartbeat

G A U S S is het elektronische popproject van Elke Andreas Boon en Pieter-Jan Dewaele (Mary&Me). ‘Heartbeat’ is de opvolger van 'Biometrical Love' en omvat volgens de begeleidende tekst een onderzoek naar liefde en menselijkheid, de donkere en lichte kanten van verbondenheid. Het is een plaat die peilt naar wie we willen zijn in relatie tot anderen.

In 2018 schreven we over het debuut: “Het doet je je afvragen hoe het duo zou klinken als ze de teugels ietwat zouden vieren. Dat ze in staat zijn om ook in donkerdere, of meer gejaagde sferen te gedijen lijdt geen twijfel.” We willen niet de pretentie hebben te doen alsof de band onze raad ter harte heeft genomen, maar zo lijkt het bij aanvang wel.

Dance opent de plaat dreigend en nerveus. De basis van het nummer is een beat die oscilleert tussen The Kills en Fever Ray, waarop G A U S S, naarmate de song vordert, een halve bibliotheek aan instrumenten en geluidstexturen loslaat. De track is sfeervol waar hij dat moet zijn, en dystopisch wanneer ze losbarst. De stem van Mati Le Dee (Elke) draagt het nummer en de plaat, wat dat betreft. Ze weet een scala aan emoties in haar stem te leggen en zweemt tussen neerslachtig, grommend, gebroken, onheilspellend en orerend. Het maakt de song interessant en voegt toe aan de herbeluisterbaarheid, maar het ontbreekt G A U S S soms aan dosering en precisie.

Single Heartbeat borduurt verder op hetzelfde stramien. De intro klinkt ruimtelijk, dreigt en heeft een interessante hook. Erna volgt een vrije run of the mill elektropop build-up, die wordt overgoten met een hele catalogus aan invloeden. Een gearpeggieerd en gewarpt synthlijntje hier, een Talk Talk-effectje daar, nu eens schreeuwende dystopopmelodieën, dan weer een vervormde stem. Het nummer werd mee geproducet door Frederik Segers (Stadt) en Michiel renson (shht) en dat laat zich merken.

De hele plaat is een zoektocht naar een evenwicht tussen gladde, dromerige elektropop en geluidsexperimenten. Waar de openingsnummers de nadruk leggen op het laatste, helt de rest van de plaat naar het eerste. In plaats van haar honger naar experiment te spreiden over de opbouw van de plaat, trapt G A U S S met veel aplomb de deur in, om dan een tactische terugtrekking in te lassen. Zo verliest het album naar onze smaak de haak een beetje.

Niet dat het saai wordt. De bombastische intro van Chase The Lights is memorabel, de dreampop op Love zit goed ineen. De productie blijft intelligent. Toch doet de muziek, naarmate 'Heartbeat' vordert, wat te braaf aan, misschien juist door het contrast met het wilde begin.

Het enige nummer waarop Gauss er echt in slaagt een evenwicht te vinden tussen de gladde elektropop en het eclectisch instrumentarium, A Walk, ligt verscholen rond het midden van het album. In plaats van de gladde productie te laten overheersen als voorheen, vullen de noisy stukken het catchy geheel perfect aan.

Het concept, waarmee ‘Heartbeat’ in het persbericht wordt aangekondigd, en waarmee we dit stuk openden, komt er niet helemaal uit. De teksten gaan inderdaad over liefde en lijden, maar blijven vaak aan de oppervlakte. Niets mis mee, ze zijn ook niet slecht, maar ze verantwoorden de bijna metafysische conceptualisering waarmee het werk werd aangekondigd niet.

Wie op zoek is naar een catchy elektropopplaat die genoeg haken heeft om langer dan één luisterbeurt te boeien, is bij G A U S S aan het juiste adres. Voor wie 'Biometrical Love' al achter de kiezen heeft, is het een mooie volgende stap in het ontwikkelingsproces van een interessant duo. Maar het blijft naar ons gevoel nog te veel een zoektocht en evenwichtsoefening om ons helemaal over de streep te trekken.

13 april 2020
Koerian Verbesselt