Adrianne Lenker - Abysskiss
Saddle Creek
Adrianne Lenker, dat is die zangeres van Big Thief met dat jongenskopje, maar vooral die zangeres die er telkens weer in slaagt fijn gepenseelde songs af te leveren over de mensen rondom haar en wat ze daarbij voelt.
Het vorige album van Adrianne Lenkers band Big Thief, ‘Capacity’, dateert nog maar van vorig jaar en nu is er al een soloplaat van haar. Dat is niet de eerste, want toen Lenker eenentwintig werd, bracht ze ‘Hours Were The Birds’ uit. Nu zijn we vijf jaar verder, vervelde ze van richtingloze jongere in een zelfbewuste jonge vrouw en vond ze het tijd voor een opvolger.
Op deze ‘Abyss Kiss’ maakt ze het zichzelf niet makkelijk om te blijven boeien. Het enige wat je hoort op deze tien songs is haar stem, een akoestische gitaar en occasioneel een streepje keyboard. En toch slaagt ze erin een magische bubbel te creëren waarin je jezelf maar wat graag opsluit. De sleutel tot die bubbel zijn haar teksten die, zoals we van haar gewoon zijn, over alledaagse dingen en figuren gaan, maar die bol staan van de slimme metaforen, vooral ontleend aan de natuur. Thema’s als vriendschap, liefde, geboorte, jeugd, sterfelijkheid en de cirkel van het leven passeren de revue in tien hoofdzakelijk melancholische songs, die gelukkig niet gespeend blijven van kinderlijke, onschuldige puurheid doordat er ook draken, engeltjes, puppies en paarden in vreemde kleuren rondlopen.
Mocht dat kinderlijke element er niet zijn, zouden de songs soms ondraaglijk zwaarmoedig zijn. In het elegische terminal paradise zingt Lenker bijvoorbeeld: “Worm will you return me / To the robin's beak? / I'll be a bird.” In deze song zingt Lenker alsof ze al overleden is en aan de worm vraagt om haar lichaam te verteren zodat een vogel haar kan opeten en zij zelf een vogel kan worden. Ongelooflijk mooi, maar ook triest, al zit er ook een boodschap van hoop in: de dood is niet het einde.
En dat is deze opener ook niet uiteraard. De volgende twee nummers lijkt de plaat in dezelfde sfeer te blijven hangen, maar daar wordt met out of my mind (Lenker gebruikt nergens een hoofdletter in haar songtitels) uitgebroken. De gitaar krijgt het gezelschap van een elektrisch broertje en automatisch gaat ook Lenker wat luider zingen. Dat mag wel na het kabbelende begin, al is womb, het nummer hier net voor, één van de meest tedere momenten van de plaat.
In die song eert ze haar moeder en lijkt ze zelf ook de luisteraar moederlijk te troosten. Ook in afsluiter, 10 miles speelt de moeder een hoofdrol. Lenker bezingt een hechte familie waarin liefde heerst, maar waarin de moeder op sterven ligt in de armen van haar man. Samen halen ze mooie herinneringen op tijdens haar laatste momenten. Iemand nog een zakdoekje?
Het nummer na out of my mind is het hoogtepunt van de plaat: de single cradle. De akoestische gitaar klinkt bijna als een harp en zachte achtergrondzang verhoogt het wiegeliedjesgehalte. “All the waves ascend and disappear”, zingt Lenker en zo voelt het hemelse nummer ook aan: als golven die zachtjes, bij elke beweging de fijngemalen kiezels herschikken.
‘Abyss Kiss’ is dus een plaat die pijnigt en zalft. Komende van Adrianne Lenker zal dit niet verrassen en fans zullen er weer een leuke kluif aan hebben.