Sonic City - Wicked, weird and happy
Depart Evenementenhal, 11 november 2022 - 13 november 2022
Nadat op zaterdag veel artiesten Mimi Parker en festival co-curator Low eerden, stond ook zondag ongewild in het teken van de betreurde en geliefde muzikante. Met een mooie apoteose rond middernacht, net voor het licht van Sonic City 2022 uitging.
Maar eerst terug naar het begin van de dag, met opener Bnny. Traditiegetrouw is het Sonic City publiek er één van vroege vogels, die geen enkele potentieel interessante band willen missen. Ook zondag hadden de aanwezigen overschot van gelijk, want het kwartet uit Chicago liet een straffe indruk na tijdens het eerste Belgische concert. Hoewel de dromerige indiepop niet ideaal was als wake-up call, was de Clubzaal al van bij de aanvang om tien na één goed halfvol. De glittervlechtjes in het haar van zangeres Jessica Viscius gaven net dat extra feëerieke accentje aan de set. Terwijl Bnny hun album 'Everything', maar ook nieuw werk, voorstelde, wreven wij de laatste restjes van de nacht uit de ogen. Er zijn slechtere manieren om de dag te beginnen.
Met Use Knife volgde meteen al de tweede verrassing van de dag. Ook voor dit drietal was het nog vroeg op de dag, want de gordijnen bleven het hele optreden dicht. Best, want de visuals op de drie immense transparante gordijnen, gecombineerd met die schimmige schaduwen, waren een streling voor het oog. Nu, de set was evenzeer een streling voor het oor. In veertig minuten werden we meegenomen naar alle uithoeken van de wereld. Twee leden van Kiss The Anus Of A Black Cat lijfden Irakees Saif Al-Qaissy in als Arabische percussionist en brachten in Kortrijk een boeiend brouwsel dat velen aanstipten als één van de hoogtepunten van de dag. Onlangs bracht de band op het nieuwe Viernulvier Records een eerste plaat uit. Hoog tijd om die eens te checken.
Een ander hoogtepunt begon tien minuten later in de Clubzaal. Het Britse duo O. verbaasde ons eind vorig jaar al als opwarmer voor Black Midi in de Botanique. Op Sonic City deed de stomende combinatie van drums (wat een drumster!) en saxofoon (wat een saxofonist!) de volle zaal daveren. Bij sax denk je al gauw aan Colin Stetson, maar dit had ook de drift van pakweg Battles. De twee protagonisten van het spektakel vrijden elkaar en het publiek muzikaal op. Wij waren alvast verleid. O. was ook dankbaar voor de curatoren van Black Country, New Road (BC,NR), want ook hun song Athens, France werd van een fris O.-jasje voorzien. "It's wicked for us to be here. You're all into weird music. So everybody's happy", sprak Joe Jenwood ons toe. Wicked, weird and happy,... het zou zomaar de nieuwe slagzin van dit festival kunnen worden.
We zetten de ontdekkingsreis verder in de bovenzaal, maar algauw bleek dat we met O. een goede keuze hadden gemaakt. Kiran Leanord stond boven moederziel alleen op de gitaar te tokkelen en 's mans naar outsiderkunst neigende songs konden ons maar matig bekoren. Terug de trap af dan maar, richting twee mannen in gele overall. De overige muzikanten van Kokoko! naar Kortrijk krijgen, was iets te moeilijk. Een fles WC-eend mocht dienst doen als percussie-instrument en het duo zorgde best wel voor een opzwepend sfeertje, maar toch geraakten we na een half uur wat uitgekeken. Tijd voor een hapje, alvorens de avondmarathon aan te vatten!
Het was al meteen kiezen tussen de virtuoze jazz van Muriel Grossmann, of de BC,NR-poulains genaamd Spang Sisters. Terwijl die laatste band de korte soundcheck nog aan het afronden was, voelde je al dat er iets in de lucht hing. Opener Caves Of Altamira liet ons kennismaken met de brede bezetting: dwarsfluit, viool, cello, drum, bas, gitaar, akoestische gitaar en piano. En vooral: een heel innemende zanger die iedereen charmeerde. Het gezelschap had iets van een Belle & Sebastian "voor gevorderden". Het palet aan instrumenten zorgde telkens voor dat nodige tikkeltje variatie in een op zich weinig wervelende sound.
Hun vriendin Heka, die later nog zou optreden, mocht een paar songs bijstaan op piano, en ook Tyler Hyde (van BC,NR) sprong vanop de eerste rij het podium op om Tear Gas te zingen. Zelfs het publiek werd bij het optreden betrokken, want toen Spang Sisters een nieuwe song speelden, werden we uitgenodigd om na afloop van de show een titel te suggereren, want die hadden ze nog niet. Even was het stressen toen bleek dat ze maar vijf minuten meer hadden en in de setlist moesten schrappen. Gelukkig merkte iemand op dat ze niet om vijf uur maar pas om tien over vijf van het podium moesten. Dat werd tien minuten extra genieten voor band en zaal.
Een naam, die tijdens het weekend wel heel vaak over de lippen ging, was die van Indigo Sparke. De Australische singer-songwriter haalde haar optreden maar nipt. "Het voelt alsof mijn lichaam nog aan honderdtwintig per uur over de snelweg raast. We arriveerden amper twintig minuten geleden en nu sta ik hier al te zingen". Indigo Sparke ("Ja, dat is mijn echte naam!") varieerde goud(h)eerlijke songs met vrolijk geklets tussendoor. Zo leerden we dat haar akoestische gitaar haar kostbaarste bezit is, waarna een verhaal volgde over die gitaar die op een zetel in business class was gezet, terwijl zij in economy vloog.
Het prachtige Blue leidde ze in als een hommage aan zowel Joni Mitchells 'Blue' als aan Duke Ellington (naar wiens song ze door haar moeder werd genoemd). Tourmanager Jackie kwam een paar songs meezingen en voor we het beseften, was de tijd bijna om. "Hoe lang heb ik nog?", vroeg ze. Wij keken op de klok en zagen drie resterende minuten. We riepen vijf minuten - "OK, nog één song dan". We riepen twee songs. Indigo speelde door de niet zo punctuele ingeving van ondergetekende dus een stuk langer dan voorzien in het festivalschema. We hopen dat u het niet erg vond? Na het concert was het druk aan de merchtafel en in geen tijd waren alle exemplaren van zowel cd als lp 'Hysteria' van eigenaar verpaypald.
Na de frisse wind, genaamd Indigo, werden we teruggeflitst naar 1972. In de Clubzaal trok een stel muzikanten veel volk voor een tribute aan de waanzinnig invloedrijke band Can. Op Sonic City werd het volledige album 'Ege Bamyasi' gebracht, maar hoewel alles schitterend in elkaar zat en de plaatversie oversteeg, konden we ons toch niet van het gevoel ontdoen naar een coverband te staan kijken. In tegenstelling tot James Murphy van LCD Soundsystem, waren wij er niet bij tijdens dat eerste optreden van Can in Keulen in 1968. Misschien lag het daaraan? We pikten boven liever een stukje van Ellie Bleach mee. De muzikante bespeelde het keyboard met anderhalve arm, maar de rest van de muziek stond helaas op de laptop, want haar bandleden waren aan de grens blijven steken. Een beetje een domper, maar de teksten - reacties op alle onrecht in haar leven - waren onderhoudend om naar te luisteren. "Bedankt, Sonic City, om zo'n creatieve plaats te zijn", zei ze aan het einde van de show. Pientere madame, die Ellie!
Ook de titel madame waardig, is Arooj Aftab, de Pakistaanse die dit jaar een Grammy in de wacht sleepte ("Best Global Music Performance"). Het concert had iets statigs, maar tussendoor ontpopte de zangeres zich tot de koningin van de zelfrelativering. Ze zei van Belgie te houden en hier al eens gespeeld te hebben... maar zich daar echt niets meer van te herinneren. Toen iemand in de zaal haar terugbracht naar de muggen die haar plaagden in OLT Rivierenhof, was ze wel weer mee. De liefde voor ons land vertaalde ze dan weer vooral in een liefde voor Belgisch bier. Ze gaf eerlijk toe uit te kijken naar het einde van de set, zodat ze zich eindelijk op onze bieren kon storten. Gelukkig haastte ze zich niet al te fel zodat we een mooie reeks naar eigen zeggen "sad and sexy" songs kregen ("Hopelijk voelen jullie je ook zo", grapte ze half-serieus).
Waarover de songs gaan, legde ze ook haarfijn uit: "Men vraagt me wel eens of ze op antieke verzen gebaseerd zijn, maar neen, ze gaan over slechte lieven en over dronken zijn, de dingen des levens dus". We kregen bijna het gevoel dat we met Arooj Artab aan de toog zaten (vooral toen ze zich excuseerde tegenover de mensen in de rechterhelft van de zaal, omdat ze constant in de andere richting keek - "Mijn haar ligt maar goed aan één kant, vandaar."). Maar tussen alle geklets door bracht ze samen met twee muzikanten een reeks geniale songs die de zaal muisstil kregen en aan haar lippen deden hangen. Als attentie voor de fans had ze een vaas rozen op het podium staan, die ze met mondjesmaat in het publiek gooide. Op aanraden van haar manager met verzekeringsstress, waren ze ontdoornd of depricked. "Nu moet enkel nog de rest van de wereld de-pricked worden", zei ze, daarbij expliciet verwijzend naar Iran. Pientere madame, die Arooj!
Zo subtiel en bloedstollend schoon Arooj Aftab was, zo extatisch wild om zich heen slaand was Crack Cloud. Het zevenkoppige combo uit Vancouver had een zingende drummer centraal op het podium, wat ons deed denken aan de energieke sets van ons eigen Stuff. Met ook een saxofoon en harpist (en zelfs een megafoon) in de gelederen, mixte Crack Cloud alles wat ze op hun weg konden vinden tot een erg smakelijke cocktail. En weet je wat? Wij mochten met zijn allen mee in de shaker.
De aftershow van dit alles ging door aan de Mainstage, waar Los Bitchos de juiste band op de juiste plaats op het juiste moment bleek. Zwevend op de golven tussen surfstrumentals en rockabilly-invloeden in, toverden de Bitchos Sonic City om tot een zonovergoten zomerfestival. Of toch niet helemaal, want halfweg de set kondigde Serra Petale zowaar een kerstliedje aan. Met het pas vorig week verschenen Lost Christmos (geniale titel, toch?) hopen ze naar eigen zeggen Mariah Carey van de troon te stoten. Het refreintje "Christmas times, sexy times", werd zowaar een instant klassieker. Een Sonic City Xmas Edition komt er nog niet meteen, maar Los Bitchos mochten wel bissen met een cumbiaversie van de evergreen Tequila.
Het slotsprintje van Sonic City 2022 bracht ons langs Special Interest en Comfort. Kiezen mag dan wel verliezen zijn, we checkten toch beide acts even. Special Interest was de bulldozer van dienst, met een frontvrouw/frontbeest met een (latex)maatje meer, die gretig op fotografen schopte en over alles en nog wat onverstaanbaar fulmineerde. De show leek eventjes even spannend als de te nauwe pakjes van de band, maar muzikaal had dit weinig speciaals of interessants om het lijf. Het was heel even shockerend, maar werd al gauw een karikatuur. Nu maar hopen dat brulboei Alli Logout niet begint te jagen op weerloze verslaggevers als yours truly.
In de Upstairs zaal ging het er niet zoveel subtieler aan toe. Comfort bestond uit een drummer, een laptop en een keel. Die keel reisde zestien uur vanuit Glasgow om in Kortrijk op te treden en had in de bagage duidelijk enkel boosheid meegenomen. Het duo deed de bandnaam alles behalve eer aan en schopte op alles wat naar rechts bewoog. Spang Sisters beaamden vanuit het publiek de tirade tegen de Tories. Laten we het een Sonic City-variant noemen op de typische zondagspreek in de kerk. Straf spul, met mate te gebruiken, dat wel.
Na dik dertig bands verspreid over drie dagen, hadden we er nog eentje te gaan. Mede-curatoren Black Country, New Road mochten op het hoofdpodium deze eerste post-pandemie-editie afsluiten. Het enige wat we wisten, was dat de set de twee albums van de groep volledig zou negeren, na het vertrek van mastermind Isaac Wood uit de band begin dit jaar. Maar hoe groter de vraagtekens, hoe groter de mogelijke verrassing.
Wij stonden een uur lang met open mond en open ogen (ja, het was genant!) te staren naar en genieten van dit tot sextet gereduceerde Black Country, New Road. Bassiste Tyler Hyde zong het openingsnummer, maar wisselde in de set af met saxofonist-dwarsfluiter Lewis Evans. Ook de toetseniste gordde al eens de accordeon om voor een in hoofdstukjes opgesplitst verhaal. Later zou ze ook nog in haar eentje landen met Turbines / Pig, terwijl de rest van de band knusjes gezeten voor de drumkit samen met ons meeluisterde. Het was ronduit verbluffend om te zien hoe deze band in amper een paar maand zo'n strakke set in elkaar kan boksen, nadat ze alles wat ze daarvoor al hadden gecreeerd ten grave hadden gedragen.
Rond middernacht dreef dit hoogtepunt naar zijn einde, maar toen moest Het Ultieme Moment van het weekend nog komen. Ook Black Country, New Road wou Mimi Parker gedenken. "Keep her name close and sacred. Share this moment with someone who needs you. Love is indeed the most important thing", schreef Alan Sparhawk op 6 november om het heengaan van zijn vrouw en soulmate met de wereld te delen. En dat is precies wat Black Country, New Road in Kortrijk deed. De hele curatele werd op het podium gevraagd en Tyler Hyde waagde zich aan de onmogelijke en ondraaglijke taak om Mimi Parkers zang over te nemen in het afsluitend lied van het festival. Intussen stonden een twintigtal artiesten op het podium om Hyde bij te staan tijdens een onwaarschijnlijk pakkende versie van Nothing But Heart, naar het einde toe door het voltallige koor gedragen. We hoopten ter plaatse dat Alan Sparhawk dit ooit te zien mag krijgen. "En heb je geweend?", vroeg een kennis een dag later toen ik hierover vertelde. Welja, het was niet makkelijk om het droog te houden.
Foto: Alex Vanhee