Spoon - Deze plaat moest gewoon zo anders mogelijk aanvoelen

Als het licht in hotel The Dominican in Brussel plotseling, halverwege het interview, begint te flikkeren, zit Britt Daniel, frontman, zanger en gitarist van Spoon, plotseling zonder woorden en staart hij gebiologeerd naar de massieve luchters in de lobby. De anderen – drummer Jim Eno en multi-instrumentalist Alex Fischel - maken zich daar bijzonder vrolijk over. Misschien daarom Daniel de teksten voor zijn rekening neemt. Hij heeft een oog voor dergelijke gebeurtenissen. En wie weet wordt dit ooit nog opgenomen in een Spoon-song.

Deze plaat moest gewoon zo anders mogelijk aanvoelen

Maar we zijn hier om te praten over ‘Hot Thoughts’, het prima, nieuwe album van Spoon, waarmee ze toch wel degelijk een andere weg zijn ingeslagen. En een mens moet ergens mee beginnen. Dus waar om niet met:

Dus jullie zijn terug herleid tot een kwartet?
Britt Daniel:
(glimlacht) Toch niet: op het podium zijn we nog steeds met zijn vijven. Eric (Harvey, gitaar en toetsen, nvdr) is er niet meer bij. Die is momenteel op tournee met Hamilton Leithauser, maar we hebben iemand anders gevonden.

En gelukkig maar! De nieuwe plaat deed ons denken aan ‘Kill The Moonlight’.
Daniel:
Ik zie die vergelijking inderdaad wel zitten, hoewel we nooit vooropgesteld hadden dat de plaat als ‘Kill The Moonlight’ moest klinken. Het moest gewoon zo anders mogelijk aanvoelen dan de vorige. En bovendien vonden we dat we elke kans om iets anders te kunnen doen, moesten grijpen. De afsluiter bijvoorbeeld, Us, kwam bijna per ongeluk tot stand. Daarvoor heb ik gewoon alles, waar ik op dat ogenblik aan werkte, laten vallen om het rond die saxofoons te laten draaien. Het resultaat is iets wat we nog nooit gedaan hebben.

Nu je het toch over Us hebt: hoe ga je dat live brengen? Ga je het überhaupt spelen?
Daniel
: Wel, de kerel, die dat heeft ingespeeld, woont in L.A., dus daar zit het er zeker in. In Europa zal het er vooral van afhangen hoeveel tickets we verkopen. (lacht).

Waar slaat die titel op?
Alex Fischel
: Het is gewoon een romantische dialoog tussen de saxofoons. Alsof de saxen met elkaar praten, terwijl er rondom hen van alles gebeurt. Het is een intiem gegeven.

Heb je deze keer ook zelf het artwork uitgewerkt (zoals ze dat met ‘They Want My Soul’ deden, nvdr)?
Daniel
: Dit beeld heb ik gevonden via Instagram. Het beeld van die schedel is tegelijk mooi en vreemd. Ik had eigenlijk heel wat afbeeldingen opzij gezet op Instagram. En toen de tijd rijp was om de volgorde van de songs te bepalen en Hot Thoughts de titeltrack werd omdat het de inhoud van de plaat, de titel ervan ook mooi samenvat, leek alles - ook dat beeld - gewoon op zijn plaats te vallen en te kloppen.

Wordt daarover gepraat binnen de band?
(Gemompel en gestommel van iedereen, nvdr)
Fischel: Ik vond het in elk geval meteen cool…

Daniel: …maar over de albumtitel hebben we het wel degelijk gehad! (Tegen Jim Eno) Ik herinner me in elk geval dat jij, toen we met ‘Transference’ bezig waren, die afbeelding te gek vond. En vooraf waren we het over een andere foto oneens.

Jim Eno: De schedel is in elk geval iets dat meteen opvalt.

In welk opzicht vat de titel ‘Hot Thoughts’ het hele album samen?
Daniel
: Als je iedere song als een apart idee beschouwt, is dat in elk geval zo. Zo’n beetje zoals ‘Controversy’ (van Prince, nvdr) ook een goede albumtitel was, die op zichzelf kan staan, maar toch het geheel omvat. De seksuele ondertoon is trouwens iets waar ik ook naar gestreefd heb.

Wat is het grote verschil met ‘They Want My Soul’?
Daniel
: (kijkt de andere twee vragend aan) ‘They Want My Soul’ hebben we in twee stukken opgenomen. De eerste helft deden we met Joe Chiccarelli en op de tweede werkten we met Dave Fridmann, met wie we ook deze plaat opnamen. En je merkt het verschil: Chiccarrelli is veel meer rechtdoorzee, op zoek naar een hit. Fridmann daarentegen is helemaal niet begaan met commercie, maar wil vooral iets unieks maken. Dat hoor je ook.

Jullie doen zelf ook heel wat productiewerk. Is het niet moeilijk om dan de touwtjes uit handen te geven?
Daniel
: Op deze plaat hebben we ook zelf heel wat productiewerk voor onze rekening genomen. En dat voelde goed. Ik herinner me dat ik toen dacht dat het te gek was dat alle fouten die wij als band zouden maken, nu ook te horen zouden zijn. Maar het is goed om een paar frisse oren ter beschikking te hebben, iemand die kan onderhandelen, waardoor er een zekere wrijving ontstaat.

Eno: Het is goed om iemand erbij te halen, die er niet zo nauw bij betrokken is als je dat zelf bent en zo de “bigger picture” kan zien. Het is gewoon een bijkomende mening over je werk.

Een nummer als Pink Up is gewoon gemaakt voor een remix, niet?
Daniel:
Da’s een interessante gedachte. Daar zitten inderdaad een boel elementen in, waar je één en ander mee kan uitvreten. Het neigt nu misschien meer naar de dancesfeer, maar aanvankelijk was het een lang, traag stuk, tot Dave dan de kickdrum benadrukte. En dat was een goede beslissing, want er zit nu meer energie in en het heeft een zekere polsslag, waardoor het uniek wordt.

Hoe zit het met die tekst achteraan, die achterstevoren wordt afgespeeld?
Daniel
: Dat is gewoon een herhaling van een stuk tekst dat eerder in dat nummer voorkomt, maar dan achterstevoren. Iets als “Everything you think we are, we will be”, geloof ik. We hadden daar gewoon iets nodig dat het creepy gevoel versterkte.

Het begin van First Caress is ook al behoorlijk raar. Hoe deden jullie dat?
Daniel
: Er zitten inderdaad wat geluidseffecten aan het begin van dat nummer. (wijst naar Alex Fischel) Dat is jouw werk, niet?

Fischel: Ja, dat heb ik op mijn kamer gemaakt. Het is gewoon een gitaar, waar ik wat effecten heb op gezet.

Jonathan Fisk namen jullie op met de hele band in één kamer…
Daniel
: Die “hele band” dat waren eigenlijk gewoon Jim en ik (Eno barst in lachen uit, nvdr).

…deden jullie dat voor deze plaat ook?
Eno
: De tweede helft van WhisperI’lllistentohearit hebben we inderdaad zo gedaan.

Wij dachten eerder aan I Ain’t The One.
Daniel
: Dat is er eentje, die werd over een lange tijd werd samengepuzzeld.

Hoe beslis je of je een nummer zus of zo opneemt?
Daniel
: Dat hangt van het gevoel van het nummer af. Als het moet overkomen als een rockband, dan doen we het bijvoorbeeld zo. Als we vooraf al een demo hebben en die is goed, beslissen we gewoon daarmee verder te werken en er nog dingen aan toe te voegen.

Dat heeft dan ongetwijfeld gevolgen voor hoe je ze live gaat brengen?
Daniel
: Daar heb je een goed punt. Voor sommige platen is dat eenvoudig, maar voor deze hebben we de songs vooraf zo goed als nooit live gespeeld. En dan moeten we nog zien uit te vogelen hoe we dat nu precies gaan doen.

Eno: Dat betekent dat je de songs terug helemaal uit elkaar moet halen. Wat hebben we nodig? Wie gaat wat doen?

Daniel: Mijn ma begrijpt dat nog altijd niet. “Speel het toch gewoon zoals het op de plaat staat”, zegt ze dan. (iedereen lacht, nvdr) Ze begrijpt nog altijd niet dat je op een plaat meerdere takes nodig hebt, dat je meerdere sporen ter beschikking hebt, enz.

Hoe zit dat eigenlijk met jullie en Spotify?
Daniel
: De platenmaatschappij kwam aanzetten met dat concept van de ‘Aura Reader’ en ik vond dat een goed idee. Eigenlijk analyseert Spotify sowieso elke song. En dus was het gewoon een kwestie van iets met die informatie, die uit die songs komt, te doen.

Vanwaar de terugkeer naar Matador?
Daniel
: We hadden eerder al met hen gewerkt (voor het debuut ‘Telefono’ onder andere, nvdr) en we hebben altijd contact gehouden. Gerard (Cosloy, één van de bazen van Matador, nvdr) woont in Austin, dus we zien hem voortdurend. In de zomer van 1995, toen we voor het eerst met hen werkten, werden we door zowat alle andere, grote labels gecontacteerd: Warner Bros, Interscope, Geffen, … Maar we wilden bij hen blijven gewoon omdat het sympathieke mensen zijn. Ook nu hadden we de keuze, maar om dezelfde reden zijn we nu naar hen teruggekeerd.

Zit er eventueel nog een Divine Fits-album in?
Daniel
: Mogelijk wel, al hebben we momenteel geen plannen.

Heeft wat jullie voor Divine Fits hebben gedaan, maar ook het productiewerk voor andere bands, invloed gehad op dit album?
Daniel
: Absoluut, want ik heb deze kerel (grijpt Fischel bij de schouder) leren kennen bij Divine Fits. En de plaat zou anders hebben geklonken zonder hem.

Eno: Gelijk wat je doet, heeft op één of andere manier wel een invloed op je plaat.

Jullie deden nogal wat covers van David Bowie. Betekende zijn dood iets speciaals?
Daniel
: We hebben inderdaad nogal wat covers gedaan, maar ook van Prince, toen die overleed. De dood van Prince heeft mij ook sterk aangegrepen. Ik was echt verrast dat ik dat zo persoonlijk voelde, hoewel ik hem nooit ontmoet heb. Toen Bowie stierf, vroeg ik me af of iemand anders datzelfde gevoel teweeg zou kunnen brengen. En vlak daarna kreeg ik al een antwoord op die vraag: Prince. Toen ik het nieuws van zijn dood net had vernomen, drong het nog niet echt door. Dat kwam pas veel later. De laatste paar jaar heeft hij niks spectaculairs meer gedaan, maar elke keer ik kon, wilde ik hem wel aan het werk zien, want zijn optredens spraken mij aan op een manier dat geen enkele andere artiest dat kon. Hij was waarschijnlijk de grootste performer van zijn generatie.

Eno: Toen we het vernamen terwijl we aan de plaat werkten, hebben we een hele dag niks uitgezet.

Om af te ronden: wat is jullie favoriete Spoon-plaat?
Fischel
: (resoluut) ‘Transference’ omdat die echt rauw is en mij ook echt emotioneel aanspreekt.

Daniel: (al even resoluut) ‘Hot Thoughts’, maar als ik die niet mag kiezen… ‘Kill The Moonlight’. Maar ‘Hot Thoughts’ blijft mijn eerste keuze. Dat had ik nooit gezegd over ‘They Want My Soul’. Over sommige van die nummers – Knock Knock Knock, Do You, … -was ik heel tevreden, maar als geheel was het album niet even goed als onze andere platen.

Eno: ‘Kill The Moonlight’ of ‘Gimme Fiction’.

En je favoriete Spoon-nummer?
Eno
: Op dit moment: Knock Knock Knock

Daniel: Vittorio E is mijn favoriet van vandaag.

Fischel: Metal Detektor

Daniel: Goede keuze; de eerste opname van Spoon door Spoon, opgenomen in mijn kamer.

11 maart 2017
Patrick Van Gestel