Otto-Jan Ham - We worden overspoeld door muziek die door machines wordt gemaakt, misschien verschenen er net daardoor dit jaar zoveel platen die uitblinken in menselijkheid.

We worden overspoeld door muziek die door machines wordt gemaakt, misschien verschenen er net daardoor dit jaar zoveel platen die uitblinken in menselijkheid.

Otto-Jan Ham blikt samen met Gloria Monserez in ‘2025: Het Muziekste Jaar Ooit’ terug op een jaar dat volgens hen moeiteloos de geschiedenisboeken haalt. Wat volgt is een avond vol humor, energie, livemuziek en een dynamiek tussen twee performers die elkaar blind aanvoelen. Een voorstelling waarin muziek en liefde bijna synoniemen worden, waarin improvisatie en vertrouwen centraal staan, en waarin het publiek telkens opnieuw mee de richting bepaalt.

Voor dit gesprek blikken we met Otto-Jan Ham niet alleen terug op 2025, maar ook vooruit naar wat 2026 muzikaal in petto heeft. Over de magie tussen hem en Gloria, het balanceren op humoristische randjes, de vreugde van zelf muziek maken en de vraag of het volgend jaar écht het allerbeste muziekjaar ooit kan worden.

Hoe beoordeel je 2025 op muzikaal vlak? Was het echt een zo’n sterk jaar als de titel van jullie show laat uitschijnen?

Otto-Jan Ham: Ik vermoed van wel. Je vergeet altijd hoe het de vorige jaren geweest is, maar je moet er gewoon van uitgaan dat je laatste werk je beste werk is. Dat geldt eigenlijk ook voor muziek in het algemeen. Muziek en liefde zijn op dat vlak haast bijna synoniem. Voor mij is dat vrij logisch. Misschien heeft het te maken met het feit dat ik zelf muziek maak en speel, maar qua ervaring vind ik die twee bijna vergelijkbaar. Er is weinig zo liefdevol als het maken van muziek, er zijn weinig dingen die me zoveel liefde geven als het luisteren ernaar. In dat opzicht kan het geen toeval zijn dat die twee zo dicht bij elkaar liggen.

Er komt enorm veel muziek uit. Hoe maak je dan een selectie om in een voorstelling van anderhalf uur alles te bundelen?

Dat is een beetje dubbel. Je moet tegelijk kijken naar welke gebeurtenissen relevant genoeg zijn om er iets over te vertellen, en daarnaast probeer je alles in een aangename mix te gieten. Een goede man-vrouwverdeling en een spanningsboog die klopt zijn ook dingen die allemaal meespelen. Bovendien kijk je telkens opnieuw naar waar je iets zinnigs over kunt zeggen. Het is dus een selectie op basis van inhoud, maar ook van een aantal praktische parameters die je midden in je vertelling moet verwerken. De grote vreugde is gelukkig dat er altijd genoeg materiaal is om uit te putten.

Er is een bijzondere chemie was tussen jou en Gloria Monserez. Wat maakt die dynamiek zo sterk tussen jullie beiden?

Dat is iets wat je niet kunt forceren. Ik ervaar dat ook zo, en zij trouwens ook. Vanaf de eerste dag dat ik haar ontmoette, voelde ik dat al. Ze is ooit te gast geweest bij ‘Amai zeg wauw’, en toen wist ik meteen dat Gloria een topper is. Dat heb ik met een paar mensen gehad, dat gevoel van: oké, ik kan in principe alles tegen jou zeggen, er komt altijd iets zinnigs terug. Zij verdraagt mij en omgekeerd. We zitten op dezelfde golflengte, ondanks het astronomische leeftijdsverschil. Eigenlijk denk ik vaak: dat is alles wat je nodig hebt. Ik ben daar echt van overtuigd. Natuurlijk helpt het dat ze een waanzinnig goede zangeres is, maar als er vertrouwen is, een goede klik, een dynamiek die vanzelf loopt, ben je vertrokken. Dat vertrouwen is essentieel. Het is niet vanzelfsprekend dat het werkt, maar net daarom wilde ik haar er een jaar bij: omdat ik wist dat het goed zou komen. Juist omdat we een andere aanpak hebben en niet dezelfde karakters zijn, werkt het zo goed. Dat houdt het fris. Ik moet het gevoel hebben dat je elke dag een andere richting uit kunt gaan, dat je jezelf telkens weer een beetje in de lucht kunt laten hangen. Dan wordt het interessant en onvoorspelbaar.

Hoe ga je om met spontaniteit en improvisatie tijdens een voorstelling?

De try-outs zijn voor mij momenten waarop mijn verhaal of mijn tekst echt duidelijk worden. Dat is vreemd, maar zo werkt het nu eenmaal. Ik vraag me dan af of er ooit een punt komt waarop het volledig helder is, maar het blijkt altijd vanzelf te ontstaan. We weten ongeveer wat we gaan spelen, er is een soort volgorde, we respecteren bepaalde lijnen. Daarnaast moet er vooral veel ruimte zijn om de avond zelf, het publiek en wat er spontaan gebeurt binnen te laten. Dan wordt het pas echt interessant. Als je elkaar daarin kunt vasthouden, gaat het vooruit. Dan is het voor ons ook gewoon heel leuk. Niet alleen voor mij, maar voor de hele band en de ploeg. Dan kunnen we bij wijze van spreken nog honderd voorstellingen spelen.

Je durft in je humor vrij ver te gaan. In hoeverre bewaak jij de grens tussen wat kan en wat er net over is?

Ik heb ondertussen ook wel enige ervaring die ik bewust probeer mee te nemen. Ik heb voor mezelf een soort kader waarbinnen je mag duwen en trekken, maar dat kader moet je per discussie durven herbekijken. Ik heb altijd de regel gehad dat je gerust op een randje mag balanceren, dat je er zelfs af en toe eens over mag kukelen. Dat is niet erg, je kunt je steekjes altijd weer oprapen. Net dat maakt het spannend. Er is al zoveel braafs en veiligs rondom ons dat het goed is om daar af en toe eens tegenaan te schuren. Het helpt ook dat je iemand als Gloria naast je hebt met zo’n ongelooflijke gunfactor, waardoor je net iets meer kan maken.

Je relativeert jezelf ook te pletter met de grapjes over je eigen band Hairbaby.

Die zelfrelativering over ons succes of het succes dat misschien nog moet komen, kon niet ontbreken. Ik heb dit jaar ook een plaat gemaakt en wilde dat benoemen, maar tegelijk kan ik dat onmogelijk op hetzelfde niveau plaatsen als de andere platen en songs die in de show aan bod komen. Dat zou wat potsierlijk zijn. Dus vond ik het juist een leuk haakje om mijn verhaal aan op te hangen. Zelfrelativering onderscheidt ons uiteindelijk van de dieren, denk ik. Dat moeten we koesteren.

In de show verras je je publiek ook met het knappe gitaarspel dat je soms tentoonspreidt. Ben je blij dat je dat ook eens kan tonen aan een groot publiek?

Ik vind het leuk om te doen. Zowel Gloria als ik krijgen vaak te horen dat mensen niet wisten dat we konden zingen of spelen. Het is niet omdat we er nooit ons beroep van gemaakt hebben, dat we het niet kunnen. Ik doe het echt supergraag: ik speel graag en ik geniet van alles wat erbij komt kijken. Het geeft me veel plezier. Ik zal nooit de beste muzikant of zanger ter wereld worden, maar ik weet ook wel dat ik geen modderfiguur sla. In deze voorstelling vind ik het ook fijn dat ik wat meer kan doen dan vroeger. We hebben dit in het verleden al gedaan, maar toen beperkte ik me vooral tot akoestische gitaar. Nu vind ik het leuk dat ik wat meer elektrisch kan spelen en af en toe ook piano kan doen. Ik vind het gewoon tof om al die dingen te combineren en mee te zingen. Eigenlijk geniet ik er echt enorm van.

Als je zelf even terugblikt op 2025, wat is jou dan muzikaal bijgebleven?

Voor mij was het wel het jaar van de gruwelijke AI. Die kunstmatige intelligentie bestaat natuurlijk al langer, maar dit jaar voelde het echt als een economisch verstorende factor in de muziekindustrie. De laatste grote innovatie die alles door elkaar heeft geschud, waren de streamingdiensten. Toen werd er luid verkondigd dat dat een geweldige revolutie zou zijn. We zien intussen waartoe het geleid heeft, dat het niet noodzakelijk zo fantastisch is om het zacht uit te drukken. Nu speelt AI die rol: we worden overspoeld door muziek die door machines wordt gemaakt, er zijn onbekenden die daar plots enorm veel geld mee verdienen. Dat vind ik een spijtige, zelfs zorgwekkende evolutie. Ik weet niet of het toeval is, maar net dit jaar zijn er platen verschenen die zoveel menselijkheid uitstralen, die duidelijk maken dat AI het werk van kunstenaars nooit volledig zal kunnen vervangen. Kijk naar de platen van Geese of Rosalia: ze blinken uit in menselijkheid, iets wat geen enkele verontreinigende computer ooit zal kunnen voortbrengen.

Waar kijk je muzikaal naar uit in 2026?

Ik ben sowieso benieuwd naar de show van Geese in de Botanique, daar heb ik echt zin in. Er zijn al een paar concerten waarvoor ik tickets heb: La Lom in Trix, waar ik enorm naar uitkijk en ook Tyler Childers staat op de planning. Daarnaast heb ik best veel leuke shows in het vooruitzicht. Dijon ga ik in Amsterdam zien, wat ook geweldig wordt. Veel festivalline-ups zien er nu al indrukwekkend goed uit. Bovendien gaan we zelf ook veel spelen met Hairbaby, en dat vind ik minstens even tof. Als alles zo verdergaat, zou dit wel eens het allerbeste muziekjaar ooit kunnen worden.

Alle concerten op www.maandacht.be

Foto: Jan Van Hecke

14 december 2025
Steven Verhamme