Jasper Erkens - Ik moet verder blijven doen wat ik altijd al heb gedaan

Ik moet verder blijven doen wat ik altijd al heb gedaan

Geboren in België, gevormd door de wereld. Brussel, Amsterdam, Londen,... sommige mensen worden pas wakker rond hun veertigste en realiseren zich dan meestal plots dat het leven hen tot dan toe weinig prikkelends gebracht heeft. Niet zo bij Jasper Erkens. Die is amper achtentwintig en heeft al een derde full-cd onder de arm: ‘Limbo Terminal’. Weinigen die dat kunnen zeggen.

Dé titel van een plaat kiezen is altijd een opgave volgens veel artiesten. Waarom koos je voor ‘Limbo Terminal’?

Jasper Erkens: Het is niet alleen een track op de plaat, maar de titel bestaat ook uit twee delen: ‘Terminal’, omdat deze periode een soort wachtkamergevoel heeft tot de pandemie voorbij zal zijn en anderzijds ‘Limbo’, omdat we in een schemerperiode zitten tussen dag en nacht. Eigenlijk is de sfeer van die song essentieel voor de plaat. Alles komt mooi samen en wordt verder gezet in het artwork. De titel klinkt ook goed. Daar moet ik niet flauw over doen.

Welke sfeer ademt plaat uit naar jouw mening?

Sommige nummers - veelal de singles - staan symbool voor de dag, terwijl andere nummers meer passen bij de nacht. Andere zitten daar ergens tussenin. Ik refereer met de schermerzone van daarnet eerder aan de mindset van deze periode. Een soort gate zoals je die kent op het vliegveld. Binnenkort mogen we weer alles ,als corona voorbij zal zijn, maar ondertussen is er een soort "Hang on tight". Wat doe je dan in die periode? Wat kan je zoal uitspoken?

Wanneer heb je de plaat gemaakt? Was dat in volle lockdown?

De helft van de nummers bestond al. De andere helft van de cd werd geschreven tijdens de lockdown. Ik ben in die periode verrassend goede dingen beginnen maken, vond ik, en dat heeft ervoor gezorgd dat ik ook een aantal nummers heb weggegooid van daarvoor. In de lockdown heb ik me meer essentiële vragen gesteld die ook andere elementen in mijn nummers hebben opgeleverd. Die lockdown heeft dus zeker zijn invloed gehad.

Je bent nog maar achtentwintig en toch al dertien jaar bezig. Wat heb je voor jezelf al geleerd als artiest in die periode?

Als performer moet je vooral gewoon je gevoel volgen. Ik heb ook geleerd dat het nieuwe van iets weggaat, wat niet wil zeggen dat het niet meer goed is. Het is als een heel sterk gevoel dat je op een bepaald moment krijgt tot het timeless wordt. Je moet dat onthouden als: "Toen voelde ik me daar zo sterk over", en dan moet je dat gewoon doen. Je moet soms stoïcijns dingen uitbrengen ook al ben je ondertussen muziek aan het maken die je een stuk beter vindt. Als je een sterk gevoel krijgt bij iets, wil dat altijd iets zeggen. Dan zullen er altijd andere mensen zijn die het ook mooi vinden.

Op welke manier schreef jij de songs voor ‘Limbo Terminal’?

De eerste versie is meestal het geraamte van wat het zal worden. Ze zijn meestal geschreven en geproducet tegelijkertijd. Dan laat ik het een tijdje rusten en ga ik die een tweede of derde keer aanpassen. Soms worden ook nummers gecombineerd tot een nieuwe song, een soort puzzelwerk. Het initiële idee staat er meestal meteen. Daarna haal ik mijn werkmentaliteit boven en ga ik iets pragmatischer tewerk. Alles verloopt dus in verschillende fasen. Het is een lang proces van wikken en wegen.

Mogen we je daarom ook een perfectionist noemen?

(lacht) Dat mag. Ik denk dat mijn lat niet superhoog ligt. Perfectionisme is ook subjectief. Wat is goed genoeg? Een snare, die een beetje dof klinkt, kan ook charmanter zijn bij een nummer. Ik ga niet schaven tot het perfect zit. Op een gegeven moment is het klaar. En dan stopt het.

Je doet alles zelf tot het producen toe. Is het belangrijk om het hele proces zelf in de hand te hebben en te houden?

Dat was eigenlijk de test van dit album: ik ga alles controleren. In het verleden heb ik het vaak uit handen gegeven aan producers zodat ze hun ding konden doen. Op ‘Limbo Terminal’ moest ik gewoon mijn zin doen om een zo authentiek mogelijk product als resultaat te krijgen. Dat maakt van je plaat een totaal ander werkstuk.

Je hebt al heel wat bereikt in je jonge leven: gespeeld op Rock Werchter, voorprogramma’s gedaan van Adele, gespeeld in Londen en Amsterdam. Welke ambities blijven nog over met de derde plaat?

Het is een gekke tijd en dus heb ik mijn verwachtingen niet al te hoog gelegd om achteraf niet ontgoocheld te zijn. Ik heb wel een Europese droom. Amerika hoeft dus niet per se. Mijn vriendin is van Italië. Het zou mooi zijn om daar ooit te kunnen spelen of gewoon de AB vullen is ook al fijn. Die dingen staan op mijn verlanglijstje, maar ik probeer geduldig te zijn en de kunst te laten spreken. Ik zie wel wanneer het mij gegund wordt. Ik ga daar niet op wachten. Ik moet verder blijven doen wat ik altijd al heb gedaan.

1 mei 2021
Steven Verhamme