Sufjan Stevens - 'Carrie & Lowell' (10th Anniversary Edition)
Driewerf hoera! De beste plaat van het tweede decennium van deze eeuw werd tien en dat viert de geestelijke vader met een heruitgave inclusief zeven bonus tracks.
We hebben het natuurlijk over ‘Carrie & Lowell’, destijds de achtste plaat van Sufjan Stevens en nog altijd zijn magnum opus, hoe klein en fijn de nummers ook zijn. De recensie van de oorspronkelijke release kan je hier in alle glorie nalezen. Wij beperken ons tot de bonustracks. En nee, daar zijn geen versies bij, die ook al op de mixtape ‘The Greatest Gift’ uit 2017 stonden, ook al staat hier wel een tweede versie van Wallowa Lake Monster tussen.
Het slechte nieuws: de nieuwe versie is twaalf seconden korter dan die uit 2017. Het goede nieuws: deze versie is op piano en klinkt minder gekunsteld. Dat kunnen we ook min of meer zeggen over de andere nummers, behalve over het korte Eugene, dat dicht bij de oude versie blijft en zelfs iets beter klinkt. In de meeste gevallen gaat het over demo-versies die laten horen hoe de nummers klonken vooraleer Sufjans vriend Thomas Barlett, die zelf destijds rouwde om een zus, zijn productiekunsten erop losliet.
De uitgeklede versie van Mystery Of Love, met het half gefluisterde "Oh whoo-ooh, who is me” en de delicaat betokkelde strijkers kennen we al van de soundtrack van ‘Call Me By Your Name’, de film uit 2017 van Luca Guadagnino, maar Should Have Known Better, met die bijna doorschijnende, tjirpende houtblazers en het delicate The Only Thing met Stevens’ kenmerkende fingerpicking zijn nieuw voor ons.
Als om het evenwicht te herstellen van zoveel breekbaarheid sluit de tweede plaat af met een versie van Fourth Of July, die na drie minuten klinkt alsof de visarend, de nationale vogel van de VS, de brede vleugels spreidt zoals de adelaar uit de bijbel, die zo het jong opvangt dat hij even daarvoor uit het nest kegelde. Bijna veertien minuten lang duurt de existentiële pijn dit keer. Tien minuten langer dan op de centrale track van de oorspronkelijke versie, die eindigde met het mantra “We’re all gonna die”.
Waarom iemand al die viscerale pijn na tien jaar nog eens ten volle wil beleven, is ons een raadsel, maar het is wel ontstellend mooi allemaal. Nog altijd. Voor altijd.