If Anything Happens To The Cat - Kingdom Of Roots

Eigen beheer

Kingdom Of Roots

We hadden If Anything Happens To The Cat al eens aan het werk gezien, toen ze last minute werden toegevoegd aan het concert van Mewithoutyou in Kavka. Toen waren zij ons al opgevallen, maar het was er nog niet van gekomen om plaatwerk te checken. Nochtans is de buzz rond deze band behoorlijk groot. Vooral vanwege collega-recensenten hoor je allerlei goeds over dit gezelschap.

U mag het ons niet kwalijk nemen, maar wij hebben het op één of andere manier moeilijk met de stem van Jasper De Petter, vooral dan in de lagere regionen, waar hij een beetje klinkt als Fenne Kuppens van Whispering Sons. Veel meer te pruimen is zijn stem als hij minder diep gaat. Desondanks moeten we ook toegeven dat, eens je de muziek je laat overspoelen, dat minpuntje vlotjes mee wegvloeit. En dan blijft er een puike plaat over.

Postrock is iets waarmee vaak wordt gegoocheld als het op If Anything Happens To The Cat aankomt, maar de intro van opener Intrinsic Gravity doet ons eerder aan een bluesy Pink Floyd denken, een naam die ons wel vaker te binnen schiet tijdens het beluisteren van deze plaat. Let wel: er zijn nog steeds de glooiende instrumentale passages die de roots van deze band blootleggen. En dat mag ook. Het geheel schuift immers mooi in elkaar met tijdens Origami Armies eerst links in de hoofdtelefoon de ritmegitaar, terwijl er rechts dan weer vlot weggepingeld wordt om even later ook links uit de bol te gaan in een fris rockende solo. Uiteindelijk worden de rollen dan omgedraaid, verschuift het ritme naar rechts en de solo helemaal naar links. Om maar te zeggen: er gebeurt nogal wat op deze plaat.

Het is een feit dat de gitaar het hier voor het zeggen heeft, een verademing tussen alle elektronica, en andere beats, die je tegenwoordig te behappen krijgt. En meteen bewijst deze band dat er nog wel iets leuks met dat instrument kan gedaan worden. Draadjes, meneer, daar draait het hem om. Draadjes die netjes worden verweven tot een klankentapijt, waarop je je lekker kan neervleien. En op elke hoek ervan ontdek je weer iets nieuws.

En hoe verder je doordringt in deze intrigerende plaat, hoe meer je dat eerder vermelde minpuntje vergeet. Tegelijk is het ook duidelijk dat hier het geheel boven de delen staat, de hele plaat boven de afzonderlijke nummers, de band boven de individuele leden. Misschien verklaart dat wel in deze steeds sneller veranderende (maar momenteel bruut tot stilstand gekomen) wereld, waarom deze groep niet groter is dan ze uiteindelijk is.

4 april 2020
Patrick Van Gestel