H.C. McEntire - Eno Axis

Merge Records

Eno Axis

Je kent het beeld wel, beste VTM-kijker. Na één zin van uw favoriete zangprogramma drukken de dolenthousiaste juryleden op de powerbutton om meteen om te draaien en een nieuw talent te verwelkomen. Dat gevoel heeft ‘Eno Axis’ ook, de tweede rootsplaat van H.C. McEntire uit North Carolina. Want wat een strelende, harmonieuze en ontwapendende stem heeft deze songwriter toch. Smelt.

Voor de fans van het altcountrygenre: u had vast twee jaar geleden al vernomen dat de frontdame van het pittige Mount Moriah een fraai solodebuut had uitgebracht en intensief tourde met Angel Olsen. Anno akelige jaar 2020 zalft de folkzangeres opnieuw met een ode aan de rivier de Eno die naast haar farm kronkelt.

Als je het zo nagaat, moet het voor Heather McEntire helemaal niet erg geweest zijn om het drukke touren met Olsen te moeten afbreken door die wereldwijde pandemie om terug het eenvoudige plattelandsleven op Durham te ontdekken. ‘Eno Axis’ heeft de heerlijke ongedwongenheid, ontspanning en sierlijkheid die past bij een leven vol rust en harmonie. Waarin slidegitaar, piano of akoestische gitaar een mooie dubbelzang ondersteunen, maar ook ruimte is voor heerlijke, melancholisch zinderende snaarsolo’s.

“Het land voedt mij en ik voed het land met muziek”, aldus H.C. McEntire. De tien liedjes op dit album zijn dan ook toonbeelden van sfeer en harmonie. Vaak ingetogen maar soms ook met wat sterker instrumentarium naar voren stappend dankzij van die door de ziel snijdende gitaarstukken van Luke Norton. Een beetje roots hier, een stukje countryrock daar, Americana, blues of soul ginder. Goed voor voldoende afwisseling. En dan spreken we zeker niet enkel over de overigens fantastisch zwoele, zwalpende bluesvertolking van Led Zeppelins Houses Of The Holy die dit album afsluit.

Soms gaat het tempo wat naar beneden en dreigt een song als True Meridian je te doen indommelen. Of blijft een instrumentaal Sunday Morning heerlijk lazy hangen met gitaargalm en soundscapes – de ruimtelijkheid die bleef hangen door die lockdowntherapie en die op eerder werk van de dame ontbreekt. Maar daartegenover staat een pittige, bijna psychedelische solo in High Rise of een heerlijke, spannende Rickenbacker-groove in River’s Jaw.

Dit is zo’n songwriterplaat die van A tot Z aangrijpt met mooie, eenvoudige liedjes. Het is niet voor niets dat Hands For The Harvest opent. Een song die McEntire zelf omschrijft als “een model in sereniteit en eenvoud” en doe gaat over zaaien, groeien en oogsten: de eenvoud van het alledaagse leven. Roots lijkt bij deze meer dan ooit op een terugkeer naar de natuur.

31 december 2020
Johan Giglot