Bob Mould - Blue Hearts

Merge Records

Blue Hearts

Bob Mould blijft onvermoeibaar en klaagt na een carriere van bijna vier decennia nog steeds onrecht aan waar hij het ziet. De Amerikaanse altrocker valt daarvoor zoals altijd terug op vechtlustige riffs en teksten. Maar passie staat niet garant voor kwaliteit. En het was afwachten of Mould het oude niveau zou hervinden na de teleurstellende voorganger ‘Sunshine Rock’ uit 2019.

Bob Mould behoort tot de schare muzikanten die nooit commercieel doorbraken, maar een stempel wisten te drukken op het rocklandschap met hun muziek. Als lid van powertrio Hüsker Dü bracht hij in de jaren tachtig een rijtje albums uit die de weg plaveiden voor bands als The Pixies en later Nirvana. Of om Nirvana-bassist Krist Novoselic te citeren: "Nirvana deed niets nieuws, Hüsker Dü deed het al voor ons." De band plaatst zich daarmee naast die andere befaamde cultgroep uit Minneapolis: The Replacements.

'Blue Hearts' opent kalm met het akoestische Heart On My Sleeve. Niet veel woede dus, al wordt meteen duidelijk dat Mould nog steeds wakker ligt van de actualiteit: “The Left Coast is covered in ash and flames / Keep denying the winds of climate change / The Deep South sinking into the sea / But you don’t believe me”. Het is een kort nummer, dat wat ons betreft langer had mogen duren. Maar zo is Mould natuurlijk: kort en krachtig.

Tweede nummer Next Generation schakelt meteen een vertrouwde versnelling hoger en grijpt terug naar de verontwaardiging die Mould eigen is. Powerakkoorden zullen geramd worden en statements geschreeuwd godverdomme, en het tempo gaat niet meer naar beneden. ‘Blue Hearts’ bevat veertien nummers maar blijft ruim onder de veertig minuten.

Mould was nooit de beste zanger en zijn stem is al wat afgeleefd, maar bevat nog genoeg passie om zich staande te houden tussen het gitaargeweld. American Crisis, Fireball, Forecast Of Rain, de titels spreken voor zich. Alleen Siberian Butterfly gaat ondanks de titel niet over de Russische inmenging in de Verenigde Staten. Het lied beschrijft Moulds vroegere worstelingen met seksualiteit. (Mould is homoseksueel.) Eén van de weinige tekstueel introverte liedjes op de plaat.

Hoewel het album over de hele lijn degelijk is, wordt het algauw duidelijk dat de betere nummers op de tweede helft van de plaat staan. Daar liggen de catchy pareltjes die het meest fris klinken (want veel nieuws doet Mould niet op deze plaat). Everyth!ng To You is een poppy hoogtepunt, op Baby Needs A Cookie kunnen wij niet anders dan headbangen en Leather Dreams doet aan Neil Young denken ten tijde van zijn "godfather of grunge"-periode.

Afsluiter The Ocean is het enige nummer op de plaat dat boven de drie minuten komt en ook het enige dat de tijd neemt om uit te barsten in een rockcrescendo en een uitdovende wall of noise. ‘Blue Hearts’ bevat niets nieuws, maar heeft het hart op de goeie plek en rockt aangenaam weg. Mould schreef het hele album trouwens in één keer. Goed gedaan.

11 oktober 2020
Max De Boeck