Blonde Redhead - 23

4AD

De kans is klein dat het daadwerkelijk het geval is, maar indien u altijd al op zoek was naar een definitie voor 'alternatieve droompop met weerhaken', is uw redding nabij. ‘23’ is wat u zocht en wordt u aangeboden door het in New York residerende Italiaans/Japanse trio Blonde Redhead. De groep draait ondertussen al veertien jaar mee, is met ‘23’ toe aan haar zevende album en lijkt daarmee een radicale koerswijziging te ondergaan. Of ook weer niet.

23



De twijfel sloeg wel vaker toe bij het beluisteren van deze plaat. Weerbarstiger of melodieuzer? Meer of minder Sonic Youth? Slechter of beter? Na enkele luisterbeurten, en dat heeft ‘23’ heus wel nodig, sloeg de balans telkens over naar de laatste van de twee. De doorwinterde Blonde Redhead-fan begint zich nu wellicht al stevig in de haren te krabben, en dat is niet geheel onterecht.
De vergelijkingen met My Bloody Valentine, This Mortal Coil en Cocteau Twins gaan nog steeds op en ook de eeuwige vergelijking met Sonic Youth blijft terecht. Toch weet het trio hier meer dan ooit een eigen sound neer te zetten. Het is allemaal iets gestroomlijnder, iets gladder. Er kruipt meer elektronica in de nummers - Publisher wordt er zelfs mee overspoeld - en op SW herkennen we zelfs blazers. Blonde Redhead trekt met andere woorden alle registers open en dat kunnen we alleen maar toejuichen.
Opener en titelnummer 23 is onze absolute favoriet. Het deint voort op een opzwepend en neurotisch ritme met daarover de hoge, ijle en bij momenten angstaanjagende stem van Kazu Makino gedrapeerd. Het begrip ‘droompop’ was nooit toepasselijker. Dat geldt evengoed voor afsluiter My Impure Hair, tevens een rustpunt op de plaat. Silently klinkt dan weer verdacht eighties en dat was, zoals u weet, geen periode in de muziekgeschiedenis om over naar huis te schrijven. Toch komt Blonde Redhead er opnieuw met glans mee weg.
Hoogtepunten, naast de titelsong, zijn ook nog het heerlijke en prachtig opgebouwde The Dress, waarvan het zweverige gehijg van Makino ons vooral bijblijft, en Spring and By Summer Fall. De titel alleen al, een nummer dat je met zijn intrigerende gitaarlijnen hardhandig meesleurt naar een ander en beter universum. Dit is tevens het nummer dat misschien nog het dichtst aanleunt bij het vroegere Blonde Redhead.
Op het einde van de rit kunnen we enkel concluderen dat Blonde Redhead geëvolueerd is in de positieve zin. We zouden zelfs durven zeggen dat ‘23’ een stuk toegankelijker is dan het voorgaande werk. Misschien heeft het iets te maken met het feit dat niet langer Guy Picciotto van Fugazi, maar wel Alan Moulder (The Smashing Pumpkins, U2) achter de knoppen zat? Het zal ons worst wezen. Blonde Redhead heeft een prachtplaat afgeleverd, en dat is uiteindelijk het enige wat van belang is.
8 juli 2014
Tom Weyn