Wilco - Groot. Groter. Groots.

Koninklijk Circus, Brussel, 8 november 2008

We bekennen het alvast: Wilco’s zesde langspeler, ‘Sky Blue Sky’ zal bovenaan ons eindejaarslijstje prijken. En hun concert eind mei, in de Gentse Vooruit, zal voor eeuwig als ‘legendarisch’ geboekstaafd staan in ons geheugen. Voor minder dan dat gingen we dus niet in het Koninklijk Circus.

Wilco - Groot. Groter. Groots.



Toch nam Wilco een valse start. Jeff Tweedy, witte Stetson diep over de ogen getrokken, zat blijkbaar nog volop met zijn gedachten bij zijn bijdrage aan de soundtrack van “I’m Not There”, de Dylan-biopic die nu in de zalen speelt. De band opende dus verrassend met het rustige Sunken Treasure, en vlak daarna weerklonk When The Roses Bloom Again, een nummer dat de groep ooit opnam met Billy Bragg. Even later kreeg Side With The Seeds wel een stevigere finale mee, maar het trage begin van het concert deed afbreuk aan het arsenaal aan instrumenten en de hele batterij effectenpedalen die de groep mee het podium had opgezeuld.

Maar wanneer de band de noise-intro van I Am Trying To Break Your Heart inzet, krijgen we het andere gezicht van Tweedy en kompanen te zien. Wilco weet als geen ander te balanceren tussen melancholie, eenvoud en woeste geluidsmuren, zonder het delicate evenwicht binnen hun songs te verstoren. Bepalende factor daarbij is hetgeen wat gitarist Nels Cline uit zijn gitaar weet te sleuren. Lick na lick wordt tevoorschijn getoverd, terwijl de man zelf liters zweet vergiet.

Toch durft hij, en met hem de hele band, af en toe over die dunne grens te gaan, waardoor vooral het slot van Impossible Germany ontsierd werd door een wilde, chaotische kakafonie. Plots leken de bandleden zichzelf te verliezen en vooral naast elkaar te spelen, en verzandt het concert even in een woeste jamsessie. Gelukkig trekken kippenvelmomenten Via Chicago en Jesus Etc. het concert snel weer recht.

De grootste verrassing kwam echter wanneer Tweedy een nummer van debuutalbum ‘A.M.’ aankondigt. “You won’t know this song – I think that the album wasn’t even released here”. Fout gedacht van Tweedy, maar wie Casino Queen verwachte, kwam bedrogen uit. Too Far Apart klonk verbazend, snoeihard en rootsy as hell, en paste zo wonderwel in de nieuwe sound die de groep zich wil aanmeten.

Wat volgt is een strakke rechte lijn naar de eerste bisronde, waar Wilco alle registers opentrekt. Hate It Here roept dan nog tekstueel een milde glimlach op, maar een ijzig Poor Places vormt de perfecte intro voor de tien meest geschifte minuten die de band kan opbrengen. Spiders (Kidsmoke) is een tijdsopname van Jeff Tweedy’s meest verkrochte verslavingsdromen. Maar zelfs vier jaar na datum blijft de song gelden als een opzwepende trip die tot in de nok van het Koninklijk Circus voelbaar was. Bas en drum kronkelen in het rond als een hypnotiserende mantra, wachtend tot Cline en Tweedy hun demonen loslaten, verpakt als een zeer krautrock aandoende lap noise.

Hulde aan een band die al ruim een halfjaar rondtourt, en zichzelf toch oplegt om elk optreden te verrassen. Geen voorgewarmde prak, maar pure, onversneden emotie. Daarom alleen al vergeven we hen die tweede doorstart. Wilco staat aan het toppunt van hun kunnen. Punt.

8 november 2008
Dieter Vandeweyer