Underworld - Uppercut

Lotto Arena, 22 november 2019

Underworld - Uppercut

De dag van Sint Cecilia, dag van de muzikanten. Waar live muziek spelen een traditie is. In het geval van Karl Hyde en Rick Smith een discutabel en controversieel onderwerp dat al standhoudt vanaf de prille jaren negentig. Wanneer danceacts plots de podia van rockfestivals veroveren - als in Rock Werchter, die tegenhanger van Pukkelpop; het ware qua programmatie beter Pop Werchter en Pukkelrock geweest, maar dat is een andere discussie. Diezelfde Underworld, die toen de wereld door elkaar schudde, doet dat nu nog steeds.

De tot duo gereduceerde Britse dancesensatie staat anno 2019 scherper dan ooit, getuige het tweeënvijftig sessies durend Drift-project, waarin elke week een nieuwe song werd vrijgegeven en deze tour de klap op de vuurpijl is. Fans, die meer houden van vaste waarden, werden vooraf gelukkig gerustgesteld met fraaie commerciële boodschappen als “Grootste headlinershow ooit” of “Best hits”. Kwestie van niet vals te starten.

Dat eerste aankondiging mag misschien ook ietwat genuanceerd worden. Het blijft een gek gezicht om Rick Smith als verstrooide professor in een labo met zelfs niet eens zo gek veel muziekapparaten en Hyde met enkel een micro als wapen op een veel te groot podium te zien verdrinken. Verder konden ook reuzegrote schermen en visuals verwacht worden, net als een leger strobo’s en lasers. Maar echt verrassende showelementen bleven achterwege.

De tweede boodschap sloeg meer de nagel op de kop. Want Underworld is een hitmachine. Een machine met neerdrukkende, bonkende zweefsongs zoals het wondermooie, laag over laag gedrapeerde en uitgerokken Juanita: Kiteless: goed voor een kwartier collectief kippenvel. Of een pletwals zoals in een bijna depressief gloeiend Beautiful Burnout (die bassen!). Maar natuurlijk ook een machine die technoknallers als King Of Snake of Push Upstairs voortbrengt, songs waarvan de grooves door merg en been gaan en die Maxi ‘Faithless’ Jazz op de gelijktijdige Night Of The Proms in het naastgelegen Sportpaleis allicht deden verbleken. Fantastisch trouwens dat het duo met die “Push It, Push It”, de Lotto Arena vol rook spoot en de sobere, groene flikkerlichten naar beneden daalden om zo een echte, authentieke ravesfeer te creëren.

Maar Underworld – waarvan de live songs een bijna letterlijke vertaling zijn van de studioversies, maar dan met extra “panache” – is dus ook een band van experiment. Zoals door een plaat te maken met de levende(?) legende Iggy Pop (een combi die ze beter met de Iggy uit de Stooges-periode hadden gemaakt, naar onze bescheiden mening). De punkgod werd in opener STAR ook visueel geëerd. Of zoals met dit monsterlijke Drift-project, waarvan net ook de compilatieplaat uit is. Hoewel niet zo heel veel aangeraakt, raden wij u toch met klem aan eens goed te luisteren naar Border Country. Kwestie van meteen mee te zijn. Snoeiharde in-your-face-techno met een zachte melodieuze ondertoon. Underworld goes 2020. Het bleek halfweg de show een perfecte springplank om de volle zaal tot uitzinnigheid te drijven. Een generatie ravers die een tijdlang vergeten was wat dansen en uit de bol gaan nu weer inhield (maar vooraf al wel nostalgisch verwend werd met klassiekers van 808 State en The Future Sound Of London).

En zo speelde Underworld het dak eraf. Meer dan twee uur lang. Een terechte “I was there”-traktatie voor alle gelukkigen. Daarvoor waren trouwens die reeks vanzelfsprekende klassiekers als Rez/Cowgirl of Dirty Epic niet nodig (een kwarteeuw na geboorte weliswaar nog steeds vol overgave gebracht). Underworld = Uppercut. Zo simpel is dat.

23 november 2019
Johan Giglot