The War On Drugs - Onder st(r)oom

Ancienne Belgique, Brussel, 4 november 2014

Het moet van Stromae eind vorig jaar geleden zijn dat er nog eens zoveel mensen aan de ingang van de AB rondzwierven om te polsen naar een extra ticket. Zij die er geen op de kop hebben kunnen tikken hebben een avond gemist vol totaal onhippe en net daardoor grootse en tijdloze muziek. Al leek het even alsof hij historisch zou worden om de verkeerde reden.

The War On Drugs - Onder st(r)oom



Na een uur spelen, net voor Adam Granduciel en de zijnen Red Eyes wilden inzetten, wierp een technisch euvel een schaduw over de avond. Wanneer Granduciel zijn microfoon vastgreep kreeg hij een elektrische schok. Toen dat de derde keer ook gebeurde, knalde Granduciel zijn gitaar tegen de grond en even leek het erop dat hij het podium zou afbenen en dat het concert tot een vroegtijdig einde zou komen. Maar hij herpakte zich net op tijd, verzocht om technische assistentie en doodde de tijd met het uitdelen van plectrums.

Maar laat dat voorval slechts een voetnoot zijn, want iets later, middenin een stomende versie van Red Eyes, was alles al vergeten en vergeven. Het voorval leek het humeur van Adam Granduciel zelfs te hebben opgekrikt want vanaf nu zocht hij meer interactie met het publiek.

The War On Drugs maakte, net als bij hun passage op Pukkelpop, ook in de grote zaal van de Ancienne Belgique indruk. Instant klassieker ‘Lost In The Dream’ zit daar voor een groot deel tussen; een plaat die zo knap is en zo veel bijval heeft gekregen dat we ons afvragen waarom die doorbraak tot nu heeft geduurd. ‘Lost In The Dream’ klinkt alsof je een klassieker uit de platencollectie van vaderlief hebt geleend. Een plaat die ergens tussen grote namen als Bruce Springsteen, Bob Dylan, Dire Straits, The Cure en Tom Petty stond.

De verrassende opener was het ingetogen Eyes To The Wind, een nummer dat meteen alles zegt over de band waarmee Adam Granduciel samenspeelt. De song, dat ietwat aan het prachtige Against The Wind van Bob Seger & The Silver Bullet Band doet denken, begon eerder ingetogen en zwelde langzaam aan tot iets groots. En daarbij stelde elke muzikant vakmanschap van de bovenste plank tentoon. Ze bleven op de achtergrond, deden bescheiden wat nodig was en lieten dat gemakkelijk lijken. De meerwaarde zat hem in de subtiele pianotoetsen, die saxofoon op de achtergrond, de bescheiden drums of de ritmegitaar: haal één element uit het geheel weg en het kaartenhuisje stort in elkaar.

Er werd meteen verdergegaan met Under The Pressure, dat negen minuten durende nummer dat  klinkt alsof je het al dertig jaar kent, alsof dat tijdens de eindejaarsperiode in De Tijdloze thuishoort. En toch is het nog geen jaar oud. Minstens even episch was An Ocean Between The Waves waarin de ene indrukwekkende gitaarsolo de andere opvolgde en waarbij je na een minuut of acht dacht: “Is het nu al gedaan?”

Ook in ingetogen vorm maakte The War On Drugs indruk. Tijdens Suffering bijvoorbeeld. Even prachtig was ook I Hear You Calling, een cover van Bill Fay, waarin Adam zijn gitaar liet meehuilen met de song. Of In Reverse dat in het eerste gedeelte zwaar lonkte naar Waiting On A Friend van The Rolling Stones. 

De stemkleur van Granduciel wordt niet zelden vergeleken met die van Bob Dylan. En als je naar pakweg Black Water Falls luistert, weet je waar die vergelijkingen vandaan komen. Tangled Up In Blue coveren getuigt dan ook van een flinke dosis lef en toen in de tweede helft nog maar eens zo'n knappe solo volgde, konden we alleen maar bedenken dat deze versie minstens even krachtig is als die van Dylan.

De grote kracht van The War On Drugs is dat ze fenomenaal onhip zijn. Ze maken lange nummers die klinken alsof ze minstens dertig jaar oud zijn en gebruiken saxofoon en mondharmonica. Baby Missles sloot de set af en bewees dat mondharmonica en stomende retrorock elkaar niet in de weg hoeven te staan.

The War On Drugs heeft het potentieel om tijdloos te worden. En dan kunnen wij over dertig jaar tegen de jongeren van toen zeggen dat wij die band toch nog live hebben gezien.

4 november 2014
Geert Verheyen