The National - We kunnen in vrede sterven

Koninklijk Circus, Brussel, 26 juni 2013

We zouden graag een dankwoordje richten tot enkele mensen. Onze oprechte dank aan de jongeman in de McDonald’s die onze bestelling zo snel klaar had zodat we onze trein richting Brussel nog konden halen. Dank ook aan de NMBS die ons zonder vertragingen tot op bestemming heeft gebracht. Dank aan Local Natives voor het beste voorprogramma ooit. Dank aan het publiek dat vanavond duidelijk uit fans van The National bestond. En uiteraard ook onze grote dank aan The National voor wat misschien wel het beste optreden was dat we ooit gezien hebben. Nu kunnen we in vrede sterven.

The National - We kunnen in vrede sterven



Het publiek opwarmen was voor een band als Local Natives een koud kunstje. Op 31 oktober zullen ze zelf in de grote zaal van de Ancienne Belgique staan. Dat The National Local Natives dus mee op tour kan nemen zegt veel over de status van die band. Dat Local Natives op tour wil gaan met The National ook. Wat kunnen we hier nog aan toevoegen? Dat het weer heel goed was. Dat we dankzij het prachtige Colombia voor het eerst kippenvel hebben gehad tijdens een voorprogramma. Dat Wide Eyes een wereldnummer is. En dat Who Knows Who Cares nog beter is.

The National speelde een op voorhand gewonnen match in een zaal waarvan ze de capaciteit eigenlijk ontgroeid zijn. Een grote videowall liet de band zien die onderweg was naar het podium. De zaal werd gek. The National betrad het podium. De zaal werd uitzinnig. En dan moest het allemaal nog beginnen.

Frontman Matt Berninger had nog wat moeite met I Should Live In Salt en ook het geluid zat toen nog niet helemaal snor, maar vanaf Don’t Swallow The Cap was dat euvel verholpen en kon het feest beginnen. Bloodbuzz Ohio zat al erg vroeg in de set, wat maakte dat het bescheiden hitje van The National niet als een verplicht nummer aanvoelde. Toen die snijdende gitaar Mistaken For Strangers op gang trapte en dat na één nanoseconde al op gejuich onthaald werd, bleek al dat de echte fans hun afspraak niet hadden gemist.

De setlist was één langgerekt hoogtepunt van drieëntwintig nummers waarbij albumtracks en singles op even luid gejuich onthaald werden. Nummers uit nieuwe plaat ‘Trouble Will Find Me’ werden warm onthaald, nummers uit ‘High Violet’ omarmd als oude vrienden en oudjes uit ‘Boxer’ en ‘Alligator’ konden nog op het meeste enthousiasme rekenen.

Hoogtepunten noemen is als kiezen tussen onze kinderen, maar kom: tijdens Slipped kon je een speldenkop horen vallen, de extra gitaarsolo die Afraid Of Everyone meekreeg was geniaal, Conversation 16 heeft één van de allermooiste teksten ooit, Pink Rabbits heeft de mooiste tekst van de nieuwe plaat, het was een aardig weerzien met All The Wine, About Today deed ons letterlijk wenen, een lijstje met hoogtepunten kan nooit volledig zijn zonder Fake Empire en dan moesten Sorrow, Mr. November en een helemaal onversterkte versie van Vanderlyle Crybaby Geeks dat gretig werd meegezongen nog komen. En dan hebben we Terrible Love niet eens genoemd.

Maar de echte attractie van de avond was frontman Matt Berninger. Alles klopt als je hem op het podium zijn ding ziet doen en toch is er geen meer atypische frontman te vinden. Hij was onwennig toen hij even niets te zingen had, wandelde dan van hier naar daar over het podium alsof hij geen blijf met zichzelf wist, dronk wijn, sleepte zijn microfoonstatief overal mee achter zich aan zoals een peuter dat doet met een teddybeer, dronk nog wat wijn, hefte het statief over zijn schouder en mepte het letterlijk tegen de grond toen hij zich iets te hard inleefde in Squalor Victoria of Abel.

Hij maakte een wandelingetje door het publiek tijdens de instrumentale outro die Start A War meekreeg en zei dan achteraf droog: "I met some very nice people there." Hij kondigde Abel aan met een gortdroog: “This is a song about brothers killing each other. If you like this kind of stories you must see our documentary.” Wat een man.

Het moge duidelijk zijn: de combinatie Local Natives, The National en Koninklijk Circus zorgde voor een avond waarvan we, terwijl hij nog bezig was, al wisten dat hij uniek was. Op dit moment kunnen we leven met het idee nooit nog een optreden te zien.

26 juni 2013
Geert Verheyen