Stephan Eicher - Halftijds zittend huiskamerconcert
Theatre Sebastopol, 17 mei 2023
Wie al eens afstemt op Classic21, heeft kans om tussen die excellente reclameblokken door al eens een schijfje muziek te horen. De kans bestaat dan dat dit gaat om Stephan Eicher, die u kan kennen van Pas d’Ami Comme Toi of het excellente Déjeuner En Paix. Eicher komt de nieuwe plaat ‘Ode’ binnenkort voorstellen in Oostende, Brussel en Mons; wij gingen al eens voorproeven in Théatre Sébastopol in Lille, zodat we u met volle zekerheid kunnen aanraden die tickets te boeken. U zal niet teleurgesteld zijn.
“Godver-alhier en godver-een-eindeke-verder”, klonk het uit de mond van onze fotograaf. “Zo'n fijne podiumaankleding en dan zetten ze er die eerste drie nummers waarbinnen we mogen fotograferen maar een paar domme spots op waarmee je er niks van ziet!” Het was inderdaad pas tijdens het achtste nummer duidelijk dat Eicher en kompanen op antieke stoelen rond een met kandelaars verlichte zware houten tafel zaten – uw overgrootouders hadden er wellicht ook zo één, mits zij herenboeren waren – omringd door een soort konijnekotelaren kasten op een verder onopgesmukte scène. De blote bakstenen muren, stapels tafels en stoelen, flightcases, aanmaningen niet te roken, kabelgoten en deuren, die normaal minstens achter een zwart doek verborgen worden, mochten nu in alle glorie schitteren. Nu is Eicher natuurlijk Beyoncé of Iron Maiden niet, dus het show- en podiumgebeuren is eerder bijkomstig, maar het gaf tegelijk een intieme en doorwrochte indruk. Niet zomaar toekomen en je gitaar uitpakken, maar echt een show brengen om het publiek te laten weten dat je je er niet zo gemakkelijk van af maakt.
Ook het publiek toonde zich van de meest enthousiaste kant door veelvuldig een staande ovatie tussen de nummers te geven of zich desgevallend tot dansen te bewegen. Zo werd het eigenlijk een halftijds zittend concert. Eicher kruidde de vertellingen tussendoor met de nodige humor. We gaan niet alles uittikken, maar eentje gaan we u niet onthouden wegens weinig toepasselijk, als hij in België komt spelen: “Ik begrijp jullie Fransen niet. Eén keer om de vijf jaar zeggen jullie: 'Bwoh…'. Vijf jaar aan een stuk zeggen jullie: 'NON! NON!', en als het dan verkiezingen zijn, zeggen jullie: 'Bwoh…'" En voor Lieblingsläbe kregen we een exposé over Zwitserse kantonnale gevoeligheden – het Alpenequivalent van "Lachen met Limburgers".
Dat we halfweg de recensie nog niet over muziek gesproken hebben, wil zeggen dat dit optreden toch méér was dan een opeenvolging van nummertjes. Eichers nieuwe plaat ligt helemaal in lijn met de vorige: een zeer herkenbaar stemgeluid, een voorkeur voor ballads, die al eens naar een rockende climax durven gaan, en dan een klein percentage al te zeemzoeterig of poppy werk. Van het arrangement van 1000 Vies waren we bijvoorbeeld niet zo te spreken. Het had een hoge Eurovisiesongfestivalfähigkeit. En als wij dat schrijven, is dat nooit als compliment bedoeld. Maar voor de rest blonk het concert uit in sfeervolle en passionele pareltjes. De drie begeleiders – harp, bas en toetsen, met een wisselrol voor percussie en gitaar – vulden de geluidsmuur waar het kon en zwegen waar ze moesten.
De toppers? Een zwaar rockend Déjeuner En Paix, een zeer sfeervol Sans Contact, een verscheurend gevoelig en veel te kort Autour Te Ton Cou en een passioneel Rêverie, allen vanop ‘Ode’, net als Orage, waarbij Eicher toonde dat hij een geweldig zanger en chansonnier is. Overbodig wat ons betreft: de hits Pas d’Ami en Combien De Temps (ondanks de grappige intro met net leeggedronken ofte “gestemde” wijnglazen), Lieblingsläbe, dat enkel als curiosum bijblijft in dat Berns Duits, maar verder vergeetbaar is, en het voornoemde 1000 Vies. Dan hadden we liever Doux Dos gehoord. Curiosum van de avond: Eisbär. Het was weliswaar Eichers broer Martin, die het origineel zong bij Grauzone, maar, zo verzekerde Eicher ons, “Die bi-bip-pip, bi-bip-pip, dat was ik!”
Soms is het trekken en sleuren om een optreden uit te smeren over zes alinea’s, bij Eicher is het net omgekeerd. We moeten eigenlijk nog vertellen wat er in die konijnekotelaren kasten zat en er was ook iets met een goocheltruc en een paar scheurende gitaarsolo’s en een vette bassolo. Maar net als onze fotograaf kunnen we u slechts een magere afspiegeling van het gebeurde geven en zal u voor de rest toch zelf moeten gaan kijken. Goed, omdat u aandringt, nog dit: “Il faut qu’on parle”, zei Eicher om aan te kondigen dat hij geen bisnummers gaat geven – “Rappels”, zoals hij het zegt – en het optreden lijkt effectief gedaan na de drie songs en de medley die als een soort toegift-in-de-show op Déjeuner En Paix volgen, maar als het publiek veel geeft, geeft de artiest nog meer terug en kan dat publiek op de bal musette-tonen van Hemmige dolgelukkig naar buiten walsen.