Sinéad O'Connor - Beter laat dan nooit
Het Depot, 11 januari 2020
11 januari 2020 was een datum die al maandenlang geblokkeerd stond in onze agenda. Die avond zouden we namelijk voor het eerst Sinéad O’Connor live aan het werk zien in ons land. Ja, u leest het goed: voor het eerst. Ofschoon de Ierse zangeres al van eind jaren tachtig actief is, was het er nog niet eerder van gekomen om een concert van haar mee te pikken.
De gemengde reacties op haar liveprestaties de voorbije jaren zorgden ervoor dat we nieuwsgierig en met gespannen verwachtingen het Leuvense station uit- en Het Depot binnenstapten. Maar toen de uit duizend herkenbare Sinead O’Connor samen met vijf begeleiders blootvoets en nederig het podium betrad en als openingssong de geslaagde John Grant-cover Queen Of Denmark vertolkte, smolt onze scepsis ogenblikkelijk als sneeuw voor de zon. Prachtig!
Dat nummer staat op ‘How About I Be Me (And You Be You)?’, een album uit 2012, waaruit we aan het begin van dit concert ook nog een drietal andere songs te horen kregen. Vooral het akoestisch gebrachte Reason With Me was erg knap en zorgde voor het eerste kippenvel.
We zagen in Leuven een duidelijk goedgeluimde en dankbare zangeres op eigenzinnige wijze doorheen de rijke discografie grasduinen. Het optreden kende geen noemenswaardige inzinkingen en, ondanks het feit dat de bindteksten erg minimaal bleven, ontstond er toch algauw een warme band tussen zangeres en publiek. We waren blijkbaar niet de enigen die halsreikend naar deze dag uitgekeken hadden, want de zaal was uitverkocht en blijkbaar niet enkel met Belgische fans gevuld vanavond.
Na een mooi Jealous (uit ‘Faith And Courage’, 2000) volgde een tweede kippenvelmoment, en niet toevallig opnieuw met een solo gebracht nummer. Tijdens I Am Stretched On Your Grave kon je een speld horen vallen in Het Depot. Het was de eerste (maar lang niet de laatste) track die we zaterdag te horen kregen uit ‘I Do Not Want What I Haven’t Got’, het album waarmee ze in 1990 het grootste commerciële succes kende.
In de tweede helft van het optreden volgden uit die plaat ook nog uitstekende versies van Black Boys On Mopeds en een pakkend The Last Day Of Our Acquaintance, dat dan weer naadloos overging in The Emperor’s New Clothes. Dat ze daarna tijdens wereldhit Nothing Compares 2 U, geschreven door Prince, opnieuw de hele zaal stil zou weten te krijgen, stond in de sterren geschreven. En zo geschiedde…
Zoals reeds gezegd genoten we, een beetje tot onze eigen stomme verbazing, van zowat elk nummer dat gespeeld werd. Maar toch nog net iets meer van de rustige, meer intieme songs. En dus mogen we hier zeker ook het a capella gezongen In This Heart, waarbij Sinéad aan het eind nog vocaal gezelschap kreeg van Jackie Rainey en Phil Edgar, de vrouwelijke en mannelijke gitarist uit de band, alsmede Thank You For Hearing Me, in 1994 de afsluiter van het ‘Universal Mother’-album, niet onvermeld laten.
Na twee bijzonder knappe bisnummers (Back Where You Belong en vooral Milestones, de meest recente song die we zaterdag geserveerd kregen, twee jaar terug opgenomen onder de naam Magda Arjuna Davitt) wou het Leuvense publiek nog meer, maar na enkele minuten schoten de zaallichten onherroepelijk aan. Jammer maar helaas.
Ook wij bleven ietwat op de muzikale honger zitten, want onder meer het geweldige debuut ‘The Lion And The Cobra’ (waarop hitsingles als Troy en Mandinka prijken) waarmee we O’Connor in 1987 leerden kennen, werd vanavond volledig over het hoofd gezien. Maar dat we desondanks een beregoed concert zagen, lijdt geen twijfel en zegt genoeg over de kwaliteit van dit natuurtalent. Eindelijk gezien en goedgekeurd!