Rush - Roet in het eten

Ahoy, Amsterdam, 8 november 2008

Dat Rush zijn fans weet te verwennen, kan je opmaken uit de vele - altijd erg verzorgde en goed gevulde - Rush-dvd’s die de ronde doen. De resem trucks die op de parking staat, belooft ook heel wat voor deze show. Maar het podium ziet er op het eerste gezicht vrij bescheiden uit. Uiteraard zijn er de onvermijdelijke videoschermen en hangen er indrukwekkende batterijen spots te blinken aan het plafond. Ter vervanging van de droogkasten, werd er een nieuwe gimmick bedacht: aan de rechterkant van het podium staan drie grillkasten (van het merk Henhouse) volgestopt met kippen. Tijdens de show zorgt een “kok” of een als kip verklede roadie ervoor dat de hennetjes niet “aanbranden”.

Rush - Roet in het eten

Maar terzake. Na het inleidende filmpje pijnigt Alex Lifeson voor de eerste keer de snaren van zijn Gibson en wordt de show met Limelight ingezet. Niet echt verwonderlijk dat precies een nummer uit ‘Moving Pictures’ wordt gekozen. Met die plaat werd in de jaren ' 80 immers de overgang van Led Zeppelin-geïnspireerde hardrock naar meer melodieuze en fantasierijke progrock afgerond en braken de Canadezen door. De volgende drie en een half uur (!!) krijgt het publiek een staalkaart van hun kunnen voorgeschoteld, inclusief lang uitgesponnen mini-symfoniën als Natural Science met variaties op een steeds terugkerend thema, heerlijk gestroomlijnde instrumentals als het nieuwe The Main Monkey Business en uiteraard klappers als Subdivisions. Het publiek slikt het allemaal als zoete koek. Vaak worden nummers – zelfs die van de laatste cd – woord voor woord meegezongen.

Intussen zijn er op de drie schermen vaak schitterende staaltjes van grafiek te zien, zoals zwierige Escher-trappen tijdens Circumstances. En uiteraard mag de huisdraak ook niet ontbreken om het podium letterlijk in vuur en vlam te zetten. Dat graphics belangrijk zijn voor Rush, blijkt ook al uit hun cd-booklets die altijd worden voorzien van de nodige oogverblindende fantasiën. En die hersenspinsels komen uiteraard terug in de show. Vooral het tweede deel (halverwege komen de heren even op adem) met veel nummers van ‘Snakes & Arrows' krijgt erg veel aandacht op dat vlak. Naast de duivelse kinderwagen tijdens Far Cry zijn er de engelen tijdens Working Them Angels en de apenrevue tijdens het al eerder vernoemde The Main Monkey Business.

Ook het vermelden waard is de schitterende solo-uitstap van de immer stoïcijnse Neil Peart. De drumsolo mag dan een fossiel zijn uit lang vervlogen dagen, Peart slaagt er moeiteloos in het publiek vijftien minuten ademloos te doen toekijken terwijl de camera’s elk detail (inclusief de pedalen) vastleggen. Hij is dan ook een weergaloos drummer die er niet voor terugdeinst ook moderne elektronische drums en geluidseffecten te verwerken in zijn hoogtepunt zonder te vervallen in egotripperij. Tijdens deze tour is dat een spetterend jazz-uitstapje inclusief de nodige gesamplede blazers. Neil Peart is niet voor niets nog altijd een van de betere drummers in het circuit.

Bassist/zanger Geddy Lee is een even virtuoos muzikant als zijn beide collega’s. Naast zijn bas - waarvan hij de snaren bij momenten teistert als zijn het boogpezen - neemt hij ook de synthesizers onder handen. En dan is er uiteraard zijn unieke stemgeluid. Van nature al behoorlijk hoog, schrikt hij er niet voor terug om bij momenten zijn stem tot het uiterste te testen.

De eerlijkheid gebiedt ons echter te bekennen dat het niet al rozengeur en maneschijn is. Bij het begin en naar het einde van de show toe zijn de verschillende instrumenten helemaal niet van mekaar te onderscheiden en dat resulteert in een moeras van bas en drums waarin gitaar en zang helemaal tenonder gaan. Noem het het sportpaleissyndroom, zo je wil. Vraag blijft of de footage die hier van die nummers wordt opgenomen, überhaupt bruikbaar zal zijn voor de volgende dvd, al betwijfelen wij dat het hen aan materiaal zal ontbreken.

Maar wanneer Tom Sawyer wordt ingezet met een hilarisch stukje Southpark is alle ellende vergeten en gaan de toeschouwers nog een laatste keer volledig uit de bol. Niet toevallig opnieuw op een nummer uit ‘Moving Pictures’. Trouwens, ook de bisronde wordt afgesloten met een nummer van die plaat (XYZ), waarmee de cirkel rond is.

Het zou de perfecte show geweest zijn, ware er niet die verdomde betonnen doos die roet in het eten gooit. Maar zowel muzikaal, visueel als showmatig is Rush nog altijd een klassieker die het verdient om aan de top te staan.
8 november 2008
Patrick Van Gestel