Rock Werchter 2014 - Jong geweld, hedendaags klassiek en tanende sterren
Festivalterrein, Werchter, 10 juli 2014
De laatste dag van Rock Werchter 2014 zal - voor degenen onder ons wier geheugen nog iet of wat functioneerde na een dergelijke, vierdaagse aanslag op lijf en leden – de annalen ingaan als die van de plensbui. Of er ook iets te beluisteren viel leest u hieronder.
Oscar & The Wolf is populair. Populair ben je als je als eerste speelt op de slotdag van Rock Werchter en The Barn puilt uit van het volk. Opvallend ook: de toestroom aan tienermeisjes. Dat Princes nu ook objectief als ‘hit’ kan worden bestempeld en MNM het nummer dus in hun playlist heeft opgenomen heeft daar misschien iets mee te maken. Palmbomen, een keytar in de rangen - het moet van Good Shape geleden zijn dat we dat nog eens gezien hebben - en toch heel wat beats in een bakje. Er was heel wat op Oscar & The Wolf aan te merken, maar wij zijn geen zuurpruimen. Het plaatje klopte, de songs waren goed en The Barn stond vol dansende en lachende mensen op zondagochtend. Een triomf dus, al missen wij wel die oudere songs…
Pete Doherty van Babyshambles stond zaterdagnacht nog in Hyde Park voor de langverwachte Libertinesreünie. Met zijn reputatie als substantiekampioen vreesden we dan ook dat de man niet de Main Stage van Werchter zou halen, maar kijk, daar stommelde Pete het podium al op! Weinig slaap in de leden, weinig bloed in de aders, maar hij was er. En dat was vroeger wel anders. Delivery werd erg rommelig ingezet - rommeliger dan anders, het is op zich een prestatie - en we zagen de overige Babyshambles fronsen.
Maar in tegenstelling tot wat kwatongen beweren is Pete voor ons geen verloren zaak. En eens de man begint te musiceren, drijft zijn talent al gauw boven zijn roes. Hij mompelt, mist al eens een overgang en doet hautain tegen zijn publiek, maar hij schrijft nummers waar zijn generatiegenoten enkel van kunnen dromen en brengt die op een manier, die tegelijk innemend en opzwepend is. Fall From Grace, Maybelline en Nothing Comes To Nothing zullen onze kleinkinderen ook nog kennen. En wie op deze weide kan hetzelfde claimen over zijn of haar songs? En Fuck Forever, de afsluiter van deze set, is in onze ogen de song van dit millennium. De haters kunnen dus opzouten, Pete was de beste Pete die hij kon zijn. Extra punten trouwens voor het gerotzooi toen hij na het optreden niet van het podium wou, ondanks veelvuldig aandringen van de officials.
De verrassing van Rock Werchter 2014 heet Royal Blood. Een duo uit Brighton dat pas in 2013 besloot om samen te spelen. Hun bekendheid kreeg een boost nadat Matt Helders van Arctic Monkeys tijdens het concert op Glastonbury 2013 speelt in een T-shirt van de band. Royal Blood zijn echte rockers en, zoals het echte rockers betaamt, speelden ze luid. Luid en vettig met riffs die deden denken aan die van Queens Of The Stone Age. Een band met gevoel voor humor ook, dat bewees zanger- bassist Mke Kerr toen hij aan de bandintroductie begon: “Let me introduce you to the rest of the band: this is the drummer.” Op een plaat is het wachten tot eind augustus, maar laat het duidelijk zijn dat onze verwachtingen torenhoog zijn.
U zult ons zelden betrappen met iets van Rudimental in de koptelefoon / wagen / woonkamer / … (schrappen wat niet past) - maar ere wie ere toekomt: voor de Main Stage zat de sfeer er dik in tijdens hun set. De mengeling van drum ‘n’ bass, reggae en rnb werd gebracht door een indrukwekkende liveband en leek precies wat de weide nodig had op deze laatste, zware dag. Jammer dat de bekende stemmen, die hun platen opleuken, niet aanwezig waren natuurlijk, maar u liet dat duidelijk niet aan uw hart komen.
Metronomy was één van de bands waar velen naar uitkeken. Joseph Mount werkt traag maar gestaag aan een trouwe aanhang van volgers. Tegen een achtergrond van roze wolken stonden mannen in nette witte pakken te spelen, te zingen en te swingen. ‘Elektropop’ luidt de aankondiging op de website van Rock Werchter. En er is iets van aan. Al is het dan electropop voor romantische zielen waar een zekere lichtvoetigheid in verwerkt zit. Metronomy is een beetje feesten en swingen en een beetje wenen tegelijkertijd. Het vroege hoogtepunt heette The Look en dan hadden we radiohitje Love Letters al horen passeren. Het bleef goed, strak en afwisselend genoeg tot en met afsluiter You Could Easily Have Me. Aan de pisbakken zei een Nederlander ons “Ik twijfelde tussen Rudimental en dit en ik ben blij dat ik hiervoor gekozen heb.” Weer een dwaler op het goede pad gebracht.
Bastille is een leuk groepje met leuke liedjes met een leuk doelpubliekje dat bestaat uit hyperenthousiaste bakvissen. Het is het soort band dat hengelt naar schnabbels in het Sportpaleis en daar ook de passende demagogische ongein al bij heeft verzonnen. Pompeii is lang geen kwaad nummer, maar voor de rest zal vooral de plensbui tijdens het optreden ons bijblijven. Next!
Soms gaat het allemaal een beetje traag in het kamp van Rock Werchter. Zoals bij Foals. Eigenlijk hadden ze vorige zomer al een plaatsje op de affiche moeten krijgen, want hun meest recente studioplaat ‘Holy Fire’ dateert al van februari 2013. Dat Foals pas nu voor de eerste keer op de affiche van Rock Werchter staat (met hun derde plaat), heeft veel te maken met het radiosucces dat My Number heet. Niet slecht, maar het is zoals met dEUS en The Architect: de rest is beter. En dat toonde Foals dan ook, met behulp van een knappe, epileptische lichtshow en nummers als de verschroeiende rocker Inhaler, dat op gejuich en gespring onthaald werd, het emotionele Spanish Sahara, het aan Bloc Party refererende Hummer of de opzwepende afsluiter Two Steps, Twice. Foals heeft zich op de radar van Rock Werchter weten te spelen. Eindelijk.
Franz Ferdinand is het soort band waarvan het debuut meer beloofde dan wat er nadien ooit uitkwam. Om eerlijk te zijn volgen we ze zelf al een tijdje niet meer, maar telkens de sympathieke Schotten op een podium staan, gaan we wel nog een kijkje nemen. En op de Main Stage bevestigden ze ons vermoeden: oudere nummers als Matinee, Take Me Out en zeker This Fire zullen de tand des tijds met gemak doorstaan, maar het nieuwere materiaal is toch iets fletser. Nooit slecht, maar ook zelden overweldigend.
Heeft MGMT een plaat uitgebracht in 2013? Echt? Niemand lijkt nog wakker te liggen van MGMT anno 2014. Ben Goldwasser en Andrew VanWyngarden hebben voor zichzelf creatieve vrijheid gekocht, maar ze hebben commerciële zelfmoord gepleegd. Waar topplaat Oracular Spectacular nog vol stond met hits, gaan de recentere platen van matig tot abominabel slecht. Het was dan ook met enige scepsis dat we richting MGMT trokken, maar alles leek ons beter dan weer eens Kings Of Leon.
En het bleek de juiste beslissing. Ons hart maakte een eerste sprongetje bij onverwachte opener Congratulations, een klein en melig, maar o zo mooi liedje. Meteen daarna volgde Time To Pretend. Het bleek het begin van een set waarin de hits meer waren dan lapmiddel tussen vreemde Spielereien. De helft van de set bleek afkomstig uit ‘Oracular Spectacular’ en op de andere helft kon je je laten meeglijden op de visuals, die van zulk een psychedelische en geestverruimende orde waren dat je je in hogere sferen waande zonder de hulp van drugs. Kids bleek - na Clint Eastwood bij Damon Albarn - het festivalmoment van het weekend. En ook de geluidsman - heel de tijd mee dansend, gehuld in een gekke outfit met bijhorend petje en een telefoon met draad aan zijn mengpaneel - zorgde voor een niet uit te wissen glimlach op je gezicht.
Altijd een triest moment in de festivalbeleving: het laatste optreden. Voor ons was dat dit jaar Interpol in KluB C. Het is een tijdje moeilijk gegaan met de band. In 2010 verliet bassist en stichtend lid Carlos Dengler de groep en het uit datzelfde jaar daterende laatste wapenfeit van de band werd maar lauwtjes onthaald en was hooguit matig te noemen. In september volgt het nieuwe album ‘El Pintor’ en daar kregen we nu al een voorsmaakje van. Een bescheiden voorsmaakje weliswaar, want op twee nieuwe nummers na bestond de setlist helemaal uit materiaal uit de eerste twee albums van de band, de klassiekers ‘Turn On The Bright Lights’ en ‘Antics’.
Tussen Say Hello To The Angels en afsluiter Slow Hands kregen we dan ook alleen maar knap materiaal voorgeschoteld. Met Evil - als tweede - al heel erg vroeg in de set en verder hoogtepunten als Not Even Jail of Obstacle 1. En die twee nieuwe nummers, Anywhere en All The Rage Back Home waren voor de niet-fans in het publiek niet te onderscheiden van de oudere nummers, wat vast een goed teken is.
De set van Interpol was dus vooral een trip down nostalgia lane. Of ze - volgend jaar? - ook kunnen overtuigen met een set waarin het nieuwe materiaal prominenter aanwezig zal zijn, valt nog af te wachten.
Leuk detail: de vrienden van Franz Ferdinand stonden tijdens de set van Interpol bewonderend toe te kijken en zongen elk nummer woord voor woord mee. Muzikanten die muzikanten bewonderen, het moet zo ongeveer het mooiste zijn dat er bestaat.
Andreas Hooftman - Geert Verheyen