Rock Herk 2013 - Minder faam, even gezellig
Sportterreinen Harlaz-Olmenhof, Herk-De-Stad, 15 juli 2013
Even leek het erop dat een van de sympathiekste alternatieve festivals zou ophouden met bestaan na de (financieel) tegenvallende edities van de voorgaande twee jaren. Gelukkig kwam het niet zover en werd er in overleg met de lokale overheden naar een oplossing gezocht. En dat had zijn gevolgen voor de affiche.
Rock Herk is een tweedaags evenement gebleven, maar op de affiche zijn geen kleppers meer van het genre Dinosaur Jr. of Felix Da Housecat terug te vinden. De organisatie programmeerde voornamelijk nog onbemind, buitenlands talent en veel Belgische namen. Het was afwachten of die formule zou aanslaan.
De kempenzonen op speed van Psycho 44 kruisten als eersten ons pad. Dit najaar brengt het viertal hun debuutalbum uit en de festivalpodia zijn voor hen dan ook een ideaal platform om het te proefdraaien. De band leeft momenteel een beetje op een wolk, voornamelijk vanwege de supportshow voor Queens of the Stone Age in het Koninklijk Circus onlangs. In Herk zetten ze echter meteen de tering naar de nering met opener My Gomorra. Net iets minder explosief dan hun anthem All My Demons Have Distortion, dat wat later volgde, maar het miste zijn effect niet.
De nieuwe gecontesteerde single Surfer Shell ontbrak ook niet. Omdat het wel heel dicht aanleunt tegen Ty Segalls nummer Skin, kreeg de band hierover heel wat kritiek te slikken. Wij mengen ons niet in die discussie. Het nummer misstond in ieder geval niet in de set, dat een kort en krachtig feestje was.
Minder ruig en iets verfijnder ging het er daarna aan toe op het hoofdpodium met het Britse Temples, een van die bands die onlangs met de psychedelische sixtiesgolf aan wal sloeg. Hun debuutalbum is nog steeds onderweg, maar ze kregen al veel goede kritiek en mochten onlangs, net als Triggerfinger, openen voor The Rolling Stones in Londen.
Vaak brengt zo’n hypegolf veel afval met zich mee, maar Temples is eerder materiaal voor schattenjagers. Dat bewezen James Bagshaw – hij zou het broertje kunnen zijn van Luke Pritchard van The Kooks - en de zijnen met songs als Colours To Life en slotnummer Shelter Song. Net als op het Nederlandse Best Kept Secret-festival liet Temples een meer dan degelijke indruk. Alleen jammer dat het publiek er niet echt raad mee wist. Wie weet sluit Temples wel aan bij het indrukwekkende rijtje artiesten, die de organisatie ooit al wist te strikken voor hun grote doorbraak. Bands zoals The Horrors, Battles of Modest Mouse.
Voor de duisternis inviel namen we nog snel een kijkje op de twee andere podia. In de Club leek de Britse hardcoreformatie Heart in Hand geen moeite te hebben om het publiek in te palmen. Hun melodieuze songs kregen heel wat respons en zetten de jongeren voor het podium meteen in beweging. Wat verderop in de nieuwe Electric Arena werd er dan weer collectief gedanst op de beats van de nog steeds piepjonge Ego Troopers.
SX heeft met een dubbele boeking op Werchter en shows op het Cactusfestival, Dour, de Lokerse Feesten en een avond als top of the bill in het Rivierenhof een festivalkalender om jaloers op te zijn. Rock Herk zette zich graag bij in dat rijtje en dat bleek een goede keuze te zijn. De band was duidelijk goed ingespeeld en ging van start met het platgedraaide Gold. Aansluitend denderde het trio van hoogtepunt naar hoogtepunt, van Graffiti tot Midnight Hour.
Het was knap om zien hoe frontvrouw Stephanie Callebaut compleet opging in haar muziek en steeds in en uit haar songs stapte alsof het een andere wereld was. Heel dramatisch, zonder dat het overdreven overkwam. SX had ook nog een straf slot in petto met eerst het oude maar zeker niet versleten Black Video en laatste single The Future. Alweer een heel sterke passage en bovendien een geknipte soundtrack voor een zomeravond.
Muziekhotspot Kortrijk vaardigde naast SX ook Amenra af naar Limburg. Rond middernacht werden de deuren van de Church of Ra geopend en kon de viering beginnen. Storm op komst dus. Voor Amenra was het de eerste afspraak op een Belgisch festival en het was uitkijken of ze dezelfde oerkracht konden doen losbarsten, die ze de voorbije maanden in verschillende clubs hadden gedemonstreerd.
De show hield stand, al ging er door lawaai van andere podia en geroezemoes van het publiek wel wat sfeer verloren. Desondanks hadden we na afloop weer de daver op het lijf. Door het snoeiharde gedreun, maar ook het door merg en been snijdende geschreeuw van zanger Colin Van Eeckhout of de angstaanjagende sfeer die de band met visuals en lichaamstaal neerzette. Amenra zuigt je op om je een uur later nat van het zweet weer op de wei neer te kwakken. Indrukwekkend is het minst wat je kan zeggen.
Om de nacht in te dansen had je vrijdagavond in Herk twee opties. Je kon kiezen voor het zware gebeuk van Housemeister. Wij prefereerden echter de sympathieke Adriaan Van De Velde en zijn alterego Pomrad. De Antwerpse, gediplomeerde conservatoriumstudent bracht op zijn eentje een excentrieke mix van funk, hiphop en elektronica en leefde zich daarvoor uit op synths, laptop en keytar, hetgeen zo’n beetje zijn kenmerk is geworden. Het zag er soms vrij nerdy uit, maar wat Pomrad doet is vrij uniek en zijn “Pomslaps” zijn uiterst aanstekelijk. Een uiterst originele en leuke afsluiter van de Club.
We moeten nog wat wennen aan het nieuwe Rock Herk. Door de verplaatsing van het terrein verloor het festival wel wat aan charme. Alles is wat kleinschaliger geworden en de affiche oogt minder internationaal dan vroeger, maar aan gezelligheid en kwaliteit werd nauwelijks ingeboet. We kregen meer dan waar voor ons geld en zochten tevreden ons bed op.