Robyn Hitchcock & The Venus 3 - Pittig
Handelsbeurs, Gent, 8 november 2008
Zelfs in de jaren tachtig was Hitchcock niet echt een hoogvlieger. Met The Soft Boys bouwde hij een beperkte cultreputatie op, waardoor fans hem tot vandaag zijn blijven volgen, maar commercieel lukt het nooit echt. Ook zijn solocarrière scheert nooit hoge toppen. Tegenwoordig heeft hij een select gezelschap rond zich verzameld om de baan op te gaan. Naast stergitarist Peter Buck (van R.E.M. voor de leken) op gitaar, is ook Scott McCaughey (van Minus 5) op bas en Bill Rieflin (van o.a. Ministry) als drummer op post. En dit trio, dat onder de naam Venus 3 opereert, doet met plezier een stapje terug om hun ad-interim-voorman te laten schitteren.

Hitchcock heeft wel eens optredens aangevat door zelf een voorprogramma te spelen op zijn akoestische gitaar, maar dit keer is dat niet het geval. De elektrische gitaren worden meteen ingeplugd en Hitchcock demonstreert met zichtbaar genoegen zijn eigenaardige techniek waarbij zijn vingers als vlinders over de frets van zijn gitaar fladderen.
Dat zijn stem wat vlak is, tast nergens de kwaliteit van zijn nummers aan. Een mooi Olé! Tarantula van zijn meest recente plaat wordt gevolgd door het wat oudere Sally Was A Legend. Elk nummer wordt toegelicht. Zoals N.Y. Doll, een eerbetoon aan Arthur Kane, voormalig lid van de New York Dolls en uiteindelijk bekeerd tot mormoon. Die toelichting geeft het concert iets extra’s. De toeschouwers worden betrokken bij de muziek.
Er wordt ook behoorlijk wat nieuw werk gespeeld. Het kwartet werkt namelijk aan een nieuwe CD, waaruit naar hartelust wordt geput. Wij horen nummers met (vermoedelijke) titels als Afterlife en Saturday Groovers passeren. Steeds hebben ze die typische stijl, die erg melodieus is en hebben de teksten iets grappigs dat toch onderhuids blijft.
Even lijkt het erop dat hij die akoestische set toch nog gaat spelen, wanneer hij na een korte pauze Dylans Visions of Johanna inzet, een nummer dat hij even later “the great American song” noemt. En er worden nog meer covers gespeeld in deze bisronde. Covers zoals “the great British song” See Emily Play van Pink Floyd of Eight Miles High van The Byrds, waarbij McCaughey, net als in de meeste voorgaande nummers, met veel brio de tweede stem op zich neemt. Maar er is ook nog plaats voor wat recenter werk zoals Underground Sun, waarmee het optreden wordt beëindigd.
Voor wie houdt van teksten met inhoud, van pittige songs was dit een show om vingers en duimen van af te likken. Hitchcock is duidelijk nog niet opgebrand en heeft ongetwijfeld nog de nodige reserves achter de hand.