Reggae Geel - Dag 2 - Food voor fyah
Festivalterrein Reggae Geel, 1 augustus 2025 - 2 augustus 2025
Voor alle duidelijkheid: we gaan het NIET hebben over de nieuwe richting, die het oudste reggaefestival van Europa heeft ingeslagen door een aantal populaire, niet-reggaeartiesten op de affiche te zetten. En dus ook niet over de vraag of hierdoor inderdaad een nieuwe wind (lees: breder publiek) doorheen het evenement waaide of niet. Al is het wel duidelijk dat de nieuwe organisatie toch even moet bezinnen over de naam “Reggae” Geel als de waaier breder wordt en er ook funk en hiphop wordt geprogrammeerd. Net zoals Rock Werchter destijds ook stilletjes “Werchter” werd (en nu meer en meer TikTok Werchter wordt).
Als je de zaterdag - de dag die wij uitkozen - naar Reggae Geel afzakte en je was tegenstander van die nieuwe wind, dan ging je gewoon niet naar de Gold Stage voor pakweg ’t Hof Van Commerce. Geen enkel probleem overigens, want met drie andere plekken die grotendeels wel vasthielden aan Jamaïcaanse klanken, was er altijd voldoende food voor fyah.
In elk geval hebben wij het graag wat meer traditioneel. Dus ging onze focus met plezier naar grootvorsten als Inna De Yard (het spirituele, akoestische geesteskindje van Cedric “Congos” Myton, Winston McAnuff en Kiddus I), reggaepopkoningen Steel Pulse (vijftig jaar muziek op het cv), Gentleman (dertig jaar op de teller) en natuurlijk dubproducer en -koning Scientist. Of als onaangekondigd tussendoortje op het terrein: de Kempense skabrassband (ring my) Bel Boys. Wat een grappig feestje en een enthousiasme brengen die blazers toch elke keer weer mee.
Misschien willen we vooraf toch ook nog even een lans breken voor het feit dat er een ontzettend brede variatie is in reggaemuziek. En die variatie en die rijkdom aanbieden is en blijft één van de hoofdmotieven van dit festival. Om maar te zeggen dat je zowel kan gaan voor dansen met de benen op de Yagga Yagga-stage, waar dj’s en soundsystems zich toespitsen op oude ska- en rocksteadykrakers evenals voor dansen in het hoofd, wanneer je in een hangmat zweeft in het Dub Forest onder begeleiding van de diepste dubecho’s en -baslijnen denkbaar. Jonkies krijgen dan weer de honger gestild in de Bounce Dancehall, waar moderne dj’s meer de drukte opzoeken met stompende reggaeton, moombah, ragga en – kan het ook anders? – dancehall music. En soms mocht dat trouwens met een brede knipoog gebeuren, zoals de populaire Soul Shakers aantoonden.
Maar Inna De Yard dus. Voor een grotendeels leeg terrein, hoewel ze toch na Mood Collector als tweede act op het hoofdpodium – euh – de Golden Stage stonden. Wie het concept van deze “straatband” niet kent: met sterk door percussie gedreven songs treden de frontmannen om beurten naar voren om een eigen song te brengen. En dat bleek soms wat krakkemikkig te verlopen doordat pakweg Kiddus I iets te veel aan het mompelen was of de melodielijn geheel naar eigen stem zette. Of doordat er wat te veel pauze zat tussen de momenten dat er een nieuwe frontman naar voren kwam geschuifeld, waardoor de show te weinig drive had. Authenticiteit kent soms zijn grenzen, maar ook zijn hoogtepunten natuurlijk, zoals bij afsluiter en Congo-klassieker Fisherman of de rocksteadyversie van Rivers Of Babylon.
Over dan maar naar legende Scientist als dj/soundsystem bij dancehall-ster Sister “Bam Bam” Nancy. Of toch niet? Want inmiddels had de jonge generatie het Dub Forest volledig ingepalmd en stond iedereen liefst zo dicht mogelijk bij (of vlak tegen) de loeihard bonkende en bassende luidsprekertorens. Het is duidelijk dat reggaemuziek bij de jeugd vooral populariteit kent in het dubsegment met trancematige echo’s, bedwelmende bassen en de extra, natuurlijke stimuli om hogere sferen te bereiken. Bijgevolg was er geen doorkomen of bereiken meer aan. Een hoekje om rustig te genieten van de oldskool soundsystemtechnieken van Hopeton Overton Brown aka Scientist of een glimp op te vangen van Sister Nancy bleek vergeefs.
Met die vaststelling werd plots ook ons enthousiasme voor het festival geblust. Een festival dat bewust afwijkt van de roots om weer meer bezoekers over een terrein te trekken waarin alles open en bloot naast elkaar staat en er nog weinig hoekjes of kantjes van echte authenticiteit te bespeuren zijn. En dan kwam toch vanzelf die vraag weer. Ja, dit jaar zijn de bezoekersaantallen opnieuw een stuk gestegen, maar moet het allemaal echt meer en groter zijn?