Personal Trainer, Philemon - Schoonheid versus vrolijke gekte
Wintercircus, 6 februari 2025

Op het eerste gezicht was het een vreemde combinatie: het experimentele Personal Trainer uit Nederland en het fijnbesnaarde, Beatle-esque Philemon op één avond, maar de twee hebben ook iets gemeen: de toekomst lacht hen beiden toe. Philemon overtuigde ons al met de ep ‘Familiar Stranger’ en brengt de prima debuutplaat 'Waste' uit die zeker voor de grote doorbraak zou moeten kunnen zorgen. Ook de Amsterdammers hebben een grote roze toekomst voor zich. Voor het vorig jaar uitgekomen tweede album tekenden ze zowaar bij Bella Union!
Maar eerst Philemon dus, dat toch ook een uur toebedeeld kreeg. Niet meer dan terecht zo bleek. We kregen nagenoeg volledig "de eerste debuutplaat" (zoals zanger-bassist Anton De Boes ze benoemde) te horen. Alsof er ooit een tweede of derde debuutplaat zou kunnen zijn… Steek het gerust op de emoties, want de man was duidelijk ontroerd, nu de plaat eindelijk af was en hij met band in het mooie Wintercircus stond.
De singles en oudje Try A Little Harder werden mooi over de set gespreid en er werd een aangename flow gecreëerd door de zachtere nummers af en toe af te wisselen met de meer uptempo songs. Nu en dan sloop er een aangenaam beetje psychedelica in de nummers en telkens werd gedolven naar een gouden melodie. Gone To Waste en Oh Boy fungeerden als gepaste orgelpunten, maar ook daarvoor was het smullen. Zo werd Hold On door De Boes solo gebracht en beleefden we daarmee een eerste hoogtepunt. Hier konden we door het eenvoudige arrangement het best horen wat een mooie stem hij heeft. De respons van de zaal was navenant. Philemon won de thuismatch met verfijnd en mooi spel of toch minstens de eerste helft.
Want de tweede helft was dus voor Personal Trainer. Dat speelde, zoals verwacht, een heel ander spel dan Philemon. Het werd uiteraard ook met instrumenten gespeeld, maar het zevenkoppige collectief, dat op het podium stond, was een ongetemd zootje ongeregeld waarbij het, indien geen vereiste, minstens een pluspunt was dat je ADHD had. Zanger Willem Smit zag al halfweg opener Upper Ferntree Gully zo rood als een gekookte kreeft en na I Can Be You Personal Trainer, het tweede nummer in de set, waren zijn haren al zo nat als na een stortbad. Zich helemaal smijten noemt men dat.
Gelukkig dat de ubercoole gitariste-zangeres Franti Marešová af en toe de microfoon overnam, zodat Smit even naar adem kon happen, een toertje rond het podium kon stappen of een pintje drinken. Ze moest zelfs op een bepaald moment tijdens het nieuwe nummer Frank Smits gitaar stemmen, terwijl die al aan het zingen was met de gitaar op de rug. Aangedreven door twee drummers raasde het zevenkoppige monster als een rugbyploeg op speed doorheen de vijftien songs tellende set. En bijna al die onberekenbare songs zaten vol onverwachte breaks, verrassende lijntjes trompet of sax en vreemde ritmewisselingen. En toch werkte het! De front werd zo herschapen tot een dansvloer.
Slechts heel af en toe werd er een momentje van relatieve rust ingebouwd. Net voor halfweg de set bijvoorbeeld, met Still Willing, maar dan nog viel er meer dan genoeg te beleven. Zo ging Mart Boumans lopen met de aandacht met een mooie saxpartij tot Smit opzettelijk naast de microfoon begon te zingen en je jezelf afvroeg wat er nu weer gebeurde. Maar zoals gezegd duurde de rust niet lang. Round joeg het feestgehalte naar nieuwe hoogten en Rugbusters, uit debuut ‘Big Love Blanket’, deed er met de koebellen nog een schepje bovenop. B-52's-gekte vermengde zich met ninetiesrock en een vleugje dEUS-genius en Abel Tuinstra, Boumans en Smit gooiden daar nog wat Talking Heads-danspasjes tegenaan.
We kwamen ogen en oren tekort, zeker bij afsluiter Testing The Alarm, waarin Smit de band een intro in liet zetten alsof het het laatste akkoord van de show was. Dat gebeurde ook en hij danste nog eens als een bezetene in het licht van enkel een stroboscoop. Die capriolen leverden een grappig, maar ook hypnotiserend effect op. Het zou ons dan ook niet verwonderen mocht deze band komende zomer hoog op enkele festivalaffiches prijken. Smit en co zijn in staat een menigte te begeesteren en passen met de sound in het rijtje smaakmakers als Black Country, New Road, Being Dead en Black Midi. Bands die barsten van de creatieve ideeën en die ze ook nog eens goed kunnen laten klinken ook.