OLT 2010: Richard Thompson - Van muggen en mooie muziek
Openluchttheater Rivierenhof, Deurne, 5 juli 2010
Het was een hoogdag voor de muggen daar in het Openluchttheater Rivierenhof, maar gelukkig niet alleen voor hen. Ook muziekliefhebbers werden op hun wenken bediend. Richard Thompson was (alweer) in goeden doen, speelde erg geïnspireerd en was rad van tong. Daarvoor hadden wij graag enkele centiliters bloed veil.

Net als bij Thompsons vorige passage in het OLT was ook nu Neeka aangeduid als voorprogramma. Wonderlijk genoeg is de grote doorbraak - voor zover ze die al nastreeft - er nog steeds niet gekomen voor deze talentvolle jongedame. Maar desondanks wint ze nog steeds zieltjes voor zich en zagen wij tijdens de pauze heel wat mensen met blinkende oogjes en de nieuwe Neekaplaat stevig in handen naar hun plaats terugkeren.
Met enkel Roeland Van de Moortele op banjo, gitaar en mondharmonica als ondersteuning gaf Neeka een mooi overzicht uit haar muzikale carrière. Zelf koos ze daarbij afwisselend voor akoestische gitaar en piano. Maar het is vooral die indringende stem die haar zo uniek in het Vlaamse muzieklandschap maakt en dat bleek ook nu weer. Butterfly was magisch en ook de andere songs kregen het publiek stil. Uiteindelijk was datzelfde publiek zelfs bereid tot interactie door als percussie-instrument te fungeren. Een mooi begin van wat een ronduit schitterende avond zou worden.
Ook Richard Thompson had er zin in. Duidelijk beter in zijn vel dan bij zijn vorige doortocht, volledig in zwart en uiteraard voorzien van de onafscheidelijke baret, slaagde hij er quasi moeiteloos in om de toeschouwers in de ban te houden en het theater nu eens onaards stil te krijgen en dan weer enthousiast te doen participeren (Crawl Back en - een iets meer verlegen - Down Where The Drunkards Roll).
Zelfs voor een leek was het indrukwekkend om te zien hoe Thompson zijn gitaar bespeelde, de bassen met een plectrum aansloeg en de solo's met de rest van zijn vingers uit zijn gitaar deed stromen. Dat was al meteen het geval bij een schitterend When The Spell Is Broken. En het niveau bleef schrikbarend hoog. Turning Of The Tide werd aan een hoger tempo gespeeld, maar bleef desondanks toch bijzonder accuraat. Bovendien speelde Thompson bijna voortdurend variaties op zijn eigen gitaarspel.
Dat werd het meest duidelijk in wat ongetwijfeld zijn meest populaire nummer is. 1952 Vincent Black Lightning gaat na al die jaren - het dateert uit 1991 - nog steeds niet vervelen. Niet alleen is de muziek prachtig, ook het verhaal, hoe sentimenteel ook, doet nog steeds volop emoties opwellen. Door het feit dat Thompson zijn verhalen zo mooi in zijn songs weet te verwerken, voelt eenieder zich trouwens meteen aangesproken.
Dad's Gonna Kill Me was daarvan zo'n ander voorbeeld. De beelden van een soldaat in de Irakoorlog werden zo op je netvlies geprojecteerd en gecombineerd met het nodige vakjargon (dat door hem mooi werd uitgelegd). Het is dat wat van Thompson zo'n groot muzikant maakt.
The Money Shuffle en Sidney Wells waren twee nummers uit zijn binnenkort te verschijnen nieuwe plaat 'Dream Attick', die opnieuw op dezelfde leest geschoeid waren als het merendeel van zijn werk: verhalende, voor iedereen verstaanbare teksten (over bankiers en seriemoordenaars) over geïnspireerde muziek.
Met I Misunderstood sloot Thompson zo'n avond af die je nog lang bijblijft. Niet alleen vanwege de muziek, maar ook vanwege de gevatte reacties (toen hij ons feliciteerde voor het meezingen, kreeg ook hij een complimentje toegeroepen, waarop hij lakoniek antwoordde dat hij er wel voor betaald werd.) Door de fonteinen te overdekken was de afstand tot het podium verkleind, maar ook een deel van de charme van het OLT weggenomen. Maar daar maalde niemand om. En de jeuk namen wij er graag bij.