Neve Festival - Oorlogsgeweld

De Warande, Turnhout, 13 november 2014

Op de derde dag van het Neve Festival maakten we kennis met Neve als filmcomponist. Hij had al (een deel van) een Oscarbeeldje voor ‘The Artist’. Maar schreef wellicht nooit zo veel muziek als voor WO I-serie ‘In Vlaamse Velden’. Met een gevarieerde selectie nam hij de Warande in Turnhout onder vuur. ’s Avonds zorgde de Armeense pianist Tigran Hamasyan voor oorlogsgeweld van een andere orde.

Neve Festival - Oorlogsgeweld



Neve was tijdens de namiddagvoorstelling rond ‘In Vlaamse Velden’ minstens zo veel componist en dirigent als pianist. Vaak begeleidde hij zijn twintigkoppige orkest met één hand op de piano, terwijl hij het zwierig dirigeerde met de andere. De muziek? Die deed wat ze moest doen: beelden oproepen van een oorlog en een periode die wij nooit meemaakten. Met strijkersstukken die over het algemeen meer beklijfden dan de composities voor blazers.

Neves stormachtige composities - waarbij het volledige ensemble werd bijgestaan door vier zangers met een volledig spectrum van timbres - grepen ons het meest naar de keel. Een stuk was bij momenten angstaanjagend als de oorlog zelf. Een ander was een groots lied, ingeleid door huppelende fluitnoten, dat de vreugde van de wapenstilstand verwoordde.

Barbara Sarafian zorgde voor de tekstuele omkadering. Ze nam de rol van ooggetuigen aan. Met wisselend succes. Want de teksten waren niet half zo meeslepend als de muziek. Neve werd hoe dan ook beloond met een unanieme staande ovatie. Eentje die in schril contrast stond tot het economische applaus dat hij de avond ervoor kreeg voor zijn soloset. Aan Jef lag het niet, wel aan het andere - iets oudere - publiek.

De lichten gingen al aan, tot het gedempte geklap opnieuw aanzwelde. Neve haastte zich - zichtbaar uit zijn lood geslagen - het podium op en gebaarde van: nog eentje dan. Schitterend om te zien.

’s Avonds zat Neve zelf in de Schouwburg, om de meanderende muziek van Tigran Hamasyan te bewonderen. Tigran speelde voor een minder dan halfvolle zaal. Maar dat heeft hij nauwelijks gemerkt, want de toeschouwers - waaronder een rij trotse landgenoten - waren wild enthousiast.

Tigran is een pianist die zijn instrumenten niet spaart. Hij werkt toe naar ongekende climaxen door het ivoor te folteren, terwijl hij zijn hoofd net niet openwerkt aan de rand van de klankkast. Hij had ook een Fender Rhodes-klavier bij, en een resem effecten. Op een moment leek het alsof er een heel leger gitaren meespeelde. Maar het was Tigran die zijn speelgoed behendig controleerde.

En dan de verrassing: Tigran is een meesterlijk jazzpianist (die niet alleen Neve, maar ook Herbie Hancock en Chick Corea aan de grond nagelt). Hij heeft een ietwat ongewone timing en speelt nu eens feeëriek en vloeiend, dan weer bruut en met onverwachte accenten.  

Drummer Arthur Hnatek bleek uit hetzelfde hout gesneden. Zijn polyritmische spel, met een unieke set cimbaaltjes, zorgde voor extra spanning. Net prog en metal geschreven voor een jazztrio. Bassist Sam Minaie probeerde zich vast te klampen maar slaagde daar zelden in. Zijn solo in The Year Is Gone was een hoogtepunt van de show. Maar als begeleider beperkte hij zich tot het strikte minimum, en werd hij geplaagd door een bloedeloze, knullige sound.

Bisnummer Road Song zorgde voor een perfecte synthese van alles wat we tot dan toe gehoord hadden. Tigran startte een spookachtige pianoloop. Zette er zijn vervormde stem op. En liet een draagbaar radiootje door de micro kraken. Daarna floot hij zijn melodie. En werden wij stil.

Even later kwamen ook Hnatek en Minaie terug, en werd de sound een laatste keer radicaal omgegooid. Voer voor de twee en laatste ovatie van de dag. En een prachtig slot van Neves weekend.

13 november 2014
Fabian Desmicht