Neil Young - Van breekbaar tot duivels
Paleizenplein, Brussel, 30 juni 2025
Het was zinderend heet. Te heet eigenlijk. Dus zochten we de schaduw van het Warandepark op. Daar viel meteen opdat dit evenement duidelijk niet georganiseerd werd door Chokri of Herman: slechts één dranktent, geen bier van de tap, alles in flessen. Ondertussen was The Inspector Cluzo aan het voorprogramma begonnen. Er waren nochtans zoveel interessantere keuzes. Van The Man verzorgde in Groningen bijvoorbeeld het voorprogramma. En wij kregen... een Franse tweemansband.
Maar toen de zon eindelijk achter de bomen zakte, werd ook de temperatuur draaglijker. Net als bij Springsteen in Werchter hadden we gekozen voor ‘Golden Circle’-tickets. Daar bleek dat de juiste beslissing, maar hier voelde het eerder als een ‘Golden Shower’: opeengepropt met elke paar minuten iemand die passeerde en zich met zeven pinten boven je hoofd een weg baande naar zijn plaatsje. Met maar één dranktent op het hele plein was uitdroging een reëel gevaar. Misschien moet de Schuer de term 'Golden Circle' nog eens komen uitleggen.
Een stille start die alles veranderde
En toen, zonder veel aankondiging of bombarie, was daar Neil Young, bijna onopgemerkt. Hij zette de set in met Sugar Mountain, twijfelend en breekbaar, maar meteen prachtig. Het plein werd stil. Niemand duwde nog, niemand probeerde voor te dringen. Alsof de tijd bevroor en ‘The Old Man’ het roer overnam.
Op deze tour wordt hij vergezeld van The Chrome Hearts: Micah Nelson op gitaar (inderdaad, de zoon van Willie), Corey McCormick op bas, Anthony Logerfo op drums en de legendarische Spooner Oldham op orgel. Die laatste speelde ooit met grootheden als Bob Dylan en JJ Cale: pure muziekgeschiedenis op het podium. Al moeten we toegeven dat we hem amper hoorden. Hij mocht van links naar rechts schuifelen, maar muzikaal drong hij nauwelijks door. Misschien zat het in de mix, misschien in de energie. Want toen Micah piano speelde tijdens When You Dance, I Can Really Love, hoorde je die noten wel degelijk.
En daar zit hem precies het verschil: deze jonge band speelt vol vuur. The Chrome Hearts bruisen van spelplezier en trekken Young daarin mee, iets wat bij zijn oude makkers van Crazy Horse al een tijd verdwenen leek. Die spelen niet meer. Ze leven nog, maar het vuur is gedoofd. De Canadees heeft dus een nieuw wild paard gevonden om de strijd mee aan te gaan. En dat deed hij meteen met het relatief obscure Be The Rain uit 'Greendale'. De motor sputterde even, aarzelde hier en daar, maar na het eerste refrein kwam de diesel op gang. En toen de zwarte, gehavende Gibson Les Paul – ‘Old Black’ – om zijn schouder hing, ontplofte het plein.
Cinnamon Girl knalde erin, gevolgd door hoogtepunten als het rauwe Fuckin’ Up en het vurige When You Dance, I Can Really Love. Micah Nelson stal de show met energiek spel op gitaar én piano tegelijk. En Dinosaur Sr. ging door. Hey Hey, My My donderde over het plein met de furie van de 'Rust Never Sleeps'-versie. Pure attitude, pure woede. Heerlijk.
Akoestisch kippenvel en CSNY-harmonieën
Na die storm volgde de rust. De frontman ging zitten, pakte de akoestische gitaar en bracht een breekbare versie van The Needle And The Damage Done, meteen gevolgd door het wonderschone Harvest Moon. Je zou denken dat het kippenvelmoment van de avond daarmee gepasseerd was. Maar dan volgde Looking Forward, een parel van Crosby, Stills, Nash & Young en opnieuw een betoverend moment. Hier bewezen The Chrome Hearts dat ze niet alleen als band sterk zijn, maar ook vocaal moeiteloos die typische CSNY-harmonieën kunnen brengen.
Hemel, hel en een storm op het plein
En toen daalde het iconische orgeltje neer, net zoals in 1978, ingepakt in datzelfde engelachtige decorstuk. Voor de diehards was het duidelijk: Like A Hurricane kwam eraan. Wat volgde, was geen lied, maar een wervelwind. Neils solo’s zweefden tussen hemel en hel. Je voelde: hier staat een meester. De storm raasde en toen het orgeltje weer de lucht in ging, wist je dat het bijna voorbij was.
Hij sloot af met een trage, ingetogen versie van Old Man, prachtig ondersteund door de band. Er werd gefluisterd: “Dat is niet traag, dat is rust.” En ze hadden gelijk. Neil Young is negenenzeventig jaar oud en dit zou dus wel eens de laatste keer kunnen zijn dat we hem live bezig zagen, onze grootste muzikale held. We hebben hem dan ook letterlijk uitgewuifd, toen hij na het voorstellen van de band het podium verliet. Bedankt, Neil.
En oh ja, als bis was er nog Rockin’ In The Free World. Of wat had u dan gedacht?