MWND 2024 - Geen stoute kinderen

N9, 7 december 2024

MWND 2024 - Geen stoute kinderen

Er stond nogal wat wind, op die gure zaterdagavond. Maar gelukkig was het MWND. Of toch in Muziekclub N9, waar de vijfde editie van dit indoorfestival ook binnen de muren voor het nodige waaien en wapperen zorgde.

"Wij waren Guns N' Roses”, liet frontman Wolf Vanwymeersch zich met de nodige ironie ontvallen net voor hij van het kleine podium verdween. Maar wat Wholes bracht, kwam in de verste verte niet in de buurt van wat de hardeockcoryfeeën produceerden. Eerder was het een mix van doom en hakkende noise met voorzichtige uitstapjes richting het iets melodieuzere. Niet dat u ons hoort klagen, want Wholes deed het uitstekend, joeg de stemmen voortdurend door vervormers die het erop deden lijken dat satan uit één of andere b-horrorfilm aan de microfoon stond en kastijdden steeds weer gitaren en drums om het gewenste effect te bekomen, terwijl Vanwymeersch zich de strot uit de keel krijste. Maar dat alles paste gewoon bij de songs, waarvan wij vooral het in doom gedrenkte Lost In A Head onthouden. Hoe dan ook een geslaagde kennismaking met dit nieuwe project waaron ook nog leden van Pink Room, Hypochristmutreefuzz, Sophia en kolektiv present gaven.

Zo scheefgetrokken als Wholes was, zo rechtlijnig leek An Evening With Knives te gaan worden. Maar dat was toch even buiten de waard gerekend, want met elke song leek de band zich beter in het vel te voelen. De sappen gingen vloeien, de gitaarsolo’s braken los en ook in het publiek leek het geloof in deze band steeds meer te groeien. Steeds dieper klonk de bas, steeds lager leek de gitaar gestemd, steeds meer gaf de band het beste van zichzelf. Het resulteerde uiteindelijk in een prima set, waaruit wij met veel overtuiging On Your Own plukken als absolute, neverending hoogtepunt. An Evening With Knives is aan deze kant van de Moerdijk dan misschien nog geen huishoudnaam, maar hiermee werd toch weer een volgend ministapje in de goede richting gezet. Het zou ons althans verwonderen indien hier geen harten veroverd werden.

De intromuziek (Benediction And Dreams van Lila Downs) zette ons en waarschijnlijk de hele kleine zaal op het verkeerde been, hoewel het tegelijk ook wel een idee gaf van het parcours dat Stereoseat hier zou afleggen. Terwijl zanger-gitarist Tom Van Dorpe het geheel trok, was het toch vooral toetsenist Maarten De Meyer die het meeste aandacht naar zich toe zoog. Hij behandelde zijn instrument (dat trouwens ook voor de bassen zorgde) alsof hij het morgen naar het containerpark wou brengen, zwierde het in het rond alsof het honderd procent draagbaar was. Nochtans stond het op een standaard, waardoor het voor zijn medebandleden oppassen was om niet onderuit gekegeld te worden. Laat het nochtans duidelijk zijn dat deze band niet alleen visueel iets te bieden heeft, maar tegelijk ook de songs heeft, die je uit je comfortzone doen stappen. Want er lijken nogal wat invloeden in verstopt te zitten, hoewel het geheel misschien nog best als avontuurlijke rock kan worden omschreven. Toch werd er al eens een scream of een sampel tussen gegooid of werd de beproefde methode van het volgen van de gitaarlijnen met de stem al eens van het stof ontdaan. Het korte optreden was boeiend van begin tot eind, niet in het minst omdat de afsluitende instrumental (Arcade) de laatste twijfelaars over de streep trok.

Het boeiende aan deze editie van MWND was ongetwijfeld de variatie, die in de line-up zat. Het paste dan ook volledig in deze gedachte dat er een potje black metal tussen de bands op de affiche zat. Dat inktzwarte potje werd graag met de nodige gal gevuld door het kwartet van Alkerdeel, verantwoordelijk voor een onstopbare lawine van geluid, doorspekt met de screams van frontman Pede, die de microfoon met al zijn kracht en tot springen opgespannen spieren leek te willen uitwringen. Maar het waren vooral de impressionante basgeluiden van LQW (het fantastische “geflubber” in opener Vier) en de massieve gitaarmuren van Pui die de nodige hoofden deden knikken. Machtig ook hoe dit kwartet elkaar verstond en de songs daardoor extra kracht bijzette. Nu en dan zochten de beide gitaristen elkaar op als in een duel, hoewel het resultaat dan nog diepere groeven in onze hersenpan achterliet. Wij onthouden voornamelijk het onnavolgbare Zop, maar eigenlijk was de hele set een aaneenrijging van geweld.

Eén van de lampenkappen op het podium van Arson leek al voor het optreden aan te tonen dat hier geen genade zou betoond worden. Nochtans was het een goedheilig man, die eerder onverwacht – hoewel, onverwacht? Bij Arson? – zijn aantreden maakte en die de kindjes in de kleine zaal aan het pogoën en crowdsurfen zette. En uiteraard hoorden daar cadeautjes (een haarborstel voor een kaalkop) bij, die gul werden rondgestrooid. Dat was trouwens niet het enige dat werd uitgedeeld. De barman van dienst vulde voortdurend de plastic shotglaasjes en zette ze voor aan iedereen die daar zin in had. Het dansen ontaardde dan ook steeds verder inclusief een “deathjump” van de roadie van op het balkon op de wachtende handen van de fans. Hoe dan ook hebben wij Sinterklaas nog nooit zo goed horen brullen als die avond. Het moet voor frontman Jeroen een bijzonder verhit avondje geweest zijn in dat pak. Graag vermelden we trouwens ook nog dat hij onder dat pak de standaard Arson-uitrusting (pak inclusief gilet en das) droeg. En dan was er nog de fantastische punk/hardcore, die de band met de nodige passie rondstrooide, zelfs al ontbrak één van de gitaristen door omstandigheden (hij was wel in gedachten en in kartonnen vorm aanwezig). Het was een waar feest, daar in de kleine zaal. Een feest, waaraan het onmogelijk ontsnappen was.

Het was aan Pigs Pigs Pigs Pigs Pigs Pigs Pigs om al dat lage-landen-geweld te overtreffen. Maar daar had het Britse collectief (vijf muzikanten, geen zeven, mocht u het zich afvragen) niet echt zin in. Begrijp ons niet verkeerd: ze waren hier om vriendschappen te smeden met muziek, niet om wie dan ook de concurrentie aan te doen. En dat deden ze met verve. Frontman Matthew Baty dirigeerde de band alsof hij een boksmatch uitvocht (hij droeg er de juiste shorts voor in elk geval), dansend en vervaarlijk jonglerend en dreigend met de microfoon en de bijhorende draad. Ook bassist John-Michael Joseph Hedley legde zijn loodzware lijnen blootsvoets en in korte broek. Gitaristen Sam Grant – hij had een beetje de tics van Angus Young – en de schier onbeweetlijke Adam Ian Sykes – hij had iets weg van een jonge Joe Walsh – waakten erover dat de doommetal nooit veraf was, hoewel de gitaarsolo's dan toch de hogere regionen opzochten. Het resulteerde in een gesmaakt afsluitend concert, dat dan misschien iets meer ernst uitstraalde dan de voorganger, maar daarom niet minder insloeg. Vooral de twee afsluitende nummers, Collider en het geweldige A66 ("a song about our favourite road"), sloegen littekens in onze oren.

MWND werd aangekondigd als de “empire of groove” en loste alle verwachtingen in. Ook al was de opkomst misschien niet overweldigend, de zalen waren van bij aanvang behoorlijk tot erg goed gevuld.

MWND @ Muziekclub N9 - 7/12/24

9 december 2024
Patrick Van Gestel