Minus The Bear, I Was A Cub Scout, The Sedan Vault - Ijzeren vuist
Trix, Borgerhout (Antwerpen), 10 februari 2009
Er is behoorlijk wat volk opgedaagd voor deze alternatieve marathon. Toch hebben de drie groepen die vanavond op het programma staan, geen van allen een uitgesproken hoge marketingwaarde. Het zoveelste bewijs dat de underground leeft en erg actief is in België. Alle hulde gaat naar de programmatoren die het risico nemen om dergelijke affiches samen te stellen.

The Sedan Vault schuimt de Belgische podia af op zoek naar een luisterend oor. Hun optreden maakt indruk. Is het niet door hun muziek dan tenminste door het volume dat wordt geproduceerd. De krop in de keel is niet van emotie, maar is het gevolg van het nummer elf dat heimelijk werd toegevoegd aan de volumeknop. De groep heeft net hun eerste cd ‘Mardi Gras Of The Sisyspha’ uit en zet een begeesterd optreden neer. Zanger/gitarist Rutger Meeuwis slaagt er wonderwel in zijn gitaar doorheen de drijvende ritmesectie en de gigantische spinsels van toetsenist/effectenkunstenaar Marius Meeuwis (inderdaad, broer van) toch hoorbaar te maken. Hun nummers zijn complex en onvoorspelbaar. Iets wat trouwens kan gezegd worden voor elk van de groepen die deze avond hun ding doen. Niet echt het beste optreden dat we van hen ooit zagen, maar desondanks ruim voldoende om de toon te zetten.
Van een ander kaliber is I Was A Cub Scout. Deze jonge, in 2006 opgerichte, Engelse band wordt vooral gedragen door gitarist/synth-tovenaar/zanger Todd Marriott, die oorspronkelijk alleen de dienst uitmaakte maar uiteindelijk toch besloot de drummachine te vervangen door een menselijk exemplaar. Enter wildebras William Bowerman, die duidelijk zijn overdosis energie kwijt kan op zijn instrument. Zelfs in die mate dat één van zijn drumsticks het uiteindelijk begeeft. Marriott gebruikt zijn gitaar niet enkel voor de karakteristieke klanken, maar durft zijn snaren even vrolijk door zijn synthesizers sturen. Soms doet het geluid effectief aan wijlen die andere synth/gitaarband Grandaddy denken. Jammergenoeg staat de mix echter slecht afgeregeld, waardoor het grootste deel van het stemgeluid verloren gaat. Een bevlogen I Hate Nightclubs valt nog het meest op. Deze band verdient een tweede kans, want de technische problemen (door tijdsgebrek?) draaien de show grotendeels de nek om. Is uw interesse toch gewekt, dan kan u voor hun album ‘I Want You To Know That There Is Always Hope’ in 2008 in uw platenzaak terecht.
Allemaal mooi die voorprogramma’s, maar het is Minus The Bear waar het publiek is op afgekomen en dat blijkt volkomen terecht. De groep uit voormalige grungehoofdstad Seattle legt meteen zijn eigenzinnige wil op aan het publiek. De muziek van deze groep drijft op de gitaren van zanger Jake Snider en hyperkineet Dave Knudson, maar kan niet zonder de steeds doorsijpelende toetsenpartijen van Alex Rose, die daarnaast ook nog eens de (vooral op de nieuwe nummers) onmisbare tweede stem zingt. Met Burying Luck, het eerste nummer van hun nieuwste album ‘Planet Of Ice’ wordt een dolle sneeuwscooterrit ingezet langs dreigende ravijnen en overhangende sneeuwkappen waarin met veel risico wordt gebalanceerd op het slappe koord tussen de ingewikkelde ritmes van Battles en uitermate genietbare popmuziek met zelfs hier en daar een psychedelisch tintje. De onverwachte tempowisselingen, de met horten en stoten schokkende partijen (die steeds volkomen synchroon terug op gang worden geklopt door drummer Erin Tate) maken van dit concert een boeiend geheel. Er wordt tot groot jolijt van de long-timefans gesnuisterd door oud materiaal, maar het zijn nieuwe nummers als het door de bluesy dubbele gitaren gedragen Dr L’Ling die ons doen watertanden.
Het is al na twaalven wanneer de ijzeren vuist van Minus The Bear zich ontspant, een vuist die keihard kan aankomen, maar toch steeds onder controle wordt gehouden. Begin december kan u nog terecht in de AB voor deze prima band.