Lokerse Feesten 2023 - Dag 5 - Bof
Grote Kaai, 4 augustus 2023 - 13 augustus 2023
Met Blur wisten de Lokerse Feesten naar jaarlijkse gewoonte weer een headliner met grote H te strikken. De Kaai was dan ook op het oncomfortabele af volgepakt en toen rond half een de exodus begon, had het publiek miezer en buien getrotseerd, maar het had gekregen wat het verlangde. Als u zich dus gelukkig voelde na dit concert – u hebt misschien verwoede pogingen gedaan om aan tickets te geraken en jaren uitgekeken naar een re-reünie van Blur of u geniet gewoon van ambiance met af en toe een klassieker – duiden wij u dit niet euvel. Verwijt ons dan ook niet dat we op één of andere manier toch iets meer hadden verwacht.
Maar: first things first. Baxter Dury zit er niet mee in dat er verwezen wordt naar zijn illustere vader Ian – hij heeft die verwantschap met de schrijver van Sex & Drugs & Rock & Roll zelf uitgespeeld om aan zijn eerste platencontract te geraken. Ondertussen mag hij puur op eigen merites platen maken. En gebrek aan présence valt hem zeker niet te verwijten. Na enig pathetisch schreeuwen om mommy en daddy in opener So Much Money schakelde Dury meestentijds over op een cool parlando, terwijl zijn zangeres/toetseniste/laptopster de melodische lijnen voor haar rekening nam. De ritmesectie leek vooral een groovy basis voor Dury’s teksten vol Londense branie en herinneringen aan een soms hard en vaak onvoorspelbaar leven. Zijn babysit had als bijnaam The Sulphate Strangler. Dat zegt wellicht genoeg.
Sommige riffs en solo’s kwamen recht uit de laptop. Dat belette ons niet om te genieten van Pleasure met Dury’s meest melodische zangpartij, Palm Trees, waar muzikaal iets van een climax in zat, en Celebrate Me, waar enige ruimte in zat en vooral ge-octaafde Mickey Mouse-vocals die deden denken aan Lonely van Akon. Aylesbury Boy, uit Dury’s recentste plaat, was de oorwurm van de set en klonk als iets wat al een eeuwigheid in ons geheugen zit. Qua lengte volstond deze festivalsetlist wel ruimschoots. Na veertien vrij gelijkaardige nummers kenden we het verhaal wel.
Hot Chip wist de aardig volstromende Grote Kaai al enigszins in beweging te krijgen, spijts het dikkevestenweer. In deze druilerige omstandigheden leek het zestal vooral op een zwaar overwerkt en gedeprimeerd lerarenkorps dat op een bonte avond willens nillens een paar zotte hoeden moet opzetten om ambiance te maken, of – wellicht dichter tegen de realiteit – op een studiogroep die het vooral moet hebben van een kleurrijke lichtshow en een stomend publiek dat zich gewillig laat opzwepen. Natuurlijk ontbraken Ready For The Floor en I Feel Better niet op de setlist, maar van begeestering was er weinig sprake. Misschien is Hot Chip niet echt “onze” groep. Of we kennen niks van muziek, wat ook uit volgende alinea’s zal mogen blijken.
Van Blur verwachtten we heel wat. De nieuwe plaat ‘The Ballad Of Darren’ is niet mis, al zouden we ook niet direct spreken van een hoogtepunt of een regelrechte comebackplaat. Ze werd dan ook slechts door drie songs vertegenwoordigd op de setlist, terwijl er uit ‘Parklife’ – gelukkig maar – het dubbele aantal doorgedraaid werd. Damon Albarn liet weten dat ze al van vier uur ’s ochtends onderweg waren; wellicht daarom dat het eerste handvol songs – waaronder nochtans There’s No Other Way en Beetlebum – zeer rommelig afgeraffeld werden. Wellicht snakten de heren naar Coffee & TV, meteen ook de eerste song waarmee een beetje scherpte gevonden werd. Die bleef ook aanwezig tijdens End Of A Century – altijd al een vergeetbare song – en terechte crowdpleasers Country House en Parklife, die er pittig doorgeknald werden.
Aan spel- en speelplezier was zeker geen gebrek en Damon Albarn kon de lach niet inhouden bij de moedige en gesmaakte pogingen van ene bloednerveuze Maxime-uit-het-publiek om Françoise Hardy’s stukken uit To The End te zingen. Net als Baxter Dury eerder op de avond leek Albarn er vanuit te gaan dat iedereen in België Frans spreekt of het alleszins verkiest boven het Engels. Is het dan al zo lang geleden dat de Britten massaal tabak kwamen inslaan in West-Vlaanderen? Of gingen ze er vanuit dat het aldaar gebezigde dieventaaltje een bastaardkind van het Frans is? Alle mijmeringen over roesmiddelen daargelaten: Girls & Boys bracht een aanzienlijk deel van het publiek in hogere sferen, al leek het ons net een tikje trager gespeeld dan vroeger, maar tijdens Advert zette Albarn het op een springen, alsof de cafeïne begon te werken. Song 2 was in een flits voorbij – te snel voor de meesten om op te merken dat de zang nauwelijks het karaokebarniveau overschreed. Een kniesoor die daarop let.
This Is A Low was, de titel ten spijt, het hoogtepunt van de set. Een sterk gezongen, melodisch, opbouwend anthem. Het Hare Krishna-achtige Tender bracht het concert dan op kampvuurniveau en had een refrein of tien eerder mogen stoppen. Met The Narcissist en The Universal sloot de band gelukkig ijzersterk af. Voor ons was het toch niet genoeg om mee te gaan in de euforie van menigeen. Vaak wordt ons na een concert een monosyllabisch waardeoordeel gevraagd, genre “goe” of “goh” of “pfff”. Dat oordeel was dit keer: “bwah”. Ter wille van onze Engelse vrienden moeten we het echter misschien op het Franse equivalent houden: “bof”. U mag ons gerust verwijten een toondove pezewever te zijn, maar misschien zijn wij te vaak verwend door optredens waarbij dit oordeel over de hele lijn “waaaaw” was, en dat gevoel ontbrak bij Blur.