Les Nuits Botanique - Andrew Bird - Folk, country en teleurstelling
Koninklijk Circus, Brussel, 13 mei 2009
Sommige concertavonden zien er op papier zo mooi uit dat je denkt dat ze niet kunnen mislopen. De affiche met Laura Marling, Phosphorescent en Andrew Bird op Les Nuits Botanique was er zo eentje. Het vooruitzicht van lieflijke folk, meeslepende americana en theatrale popsongs deed ons watertanden. Jammer genoeg bleven we voor een groot deel op onze honger zitten.

Laura Marling is, wat je noemt, het typische “meisje-met-gitaar”. Na haar eerste nummer waren we aangenaam verrast door haar zachte stem en haar leuke melodieën. En zelfs haar verlegenheid leek in eerste instantie best schattig. Maar vervolgens speelde ze nog een keer of tien hetzelfde liedje met een andere naam en moesten we niets meer van het mens, haar ouderwetse folk en haar eilandgedrag weten.
De Amerikaanse groepjes die gretig in de voetsporen van The Band treden, zijn op dit moment niet meer te tellen. Ook Phosphorescent doet mee, maar wel met bijzonder mooie liedjes. Op Les Nuits toonden ze dat ze meer in hun mars hebben dan enkel bitterzoete americana.
Hun laatste plaat is een ode aan countryzanger Willie Nelson, en dus – of je er nu van hield of niet – bestond ook de helft van hun set uit country. Reasons To Quit klonk bijvoorbeeld als The Flying Burrito Brothers zonder slide guitar. De countrynummers waren best wel te smaken, al lag het Brokeback Mountain-gehalte soms toch net iets te hoog. Maar kom, één welgemikte versie van Wolves en alles was vergeten en vergeven.
Toen Andrew Bird het podium betrad, lag het hoogtepunt van de avond eigenlijk al achter ons, al konden we dat toen nog niet vermoeden. Bird had blijkbaar beslist om zijn DIY-imago achter zich te laten en had een band meegenomen om dat doel te bereiken. Die leverde degelijk werk, maar ook niet veel meer dan dat.
Aan de songs zal het nochtans niet gelegen hebben. Zijn laatste meesterwerkje ‘Noble Beast’ werd vakkundig geplunderd en even magistraal weer in de vernieling geholpen.
Wat hadden we dit concert graag goed gevonden. Eerlijk waar. Maar Andrew Bird was vis noch vlees in het Koninklijk Circus. Niet stuntelig genoeg om charmant te zijn, niet vloeiend en professioneel genoeg om goed te klinken. Als Neil Hannon die over zijn woorden struikelt, of Jarvis Cocker in een Coca Cola-T-shirt. Niet in normale doen en gewoon niet goed genoeg.