les Nuits 2014: We Have Band - Zaterdagavond op zondag
Botanique, Brussel, 19 mei 2014
Een opnieuw zonovergoten Botanique genoot van een luie zondagavond. Terwijl de trappen bomvol zaten met hipsters, die zelfs met kater de pintjes vlot naar binnen kapten, de eetstandjes het water in ieders mond lieten lopen en Mac DeMarco voor een fijne soundtrack bij dat alles zorgde in de Chapiteau, probeerden vier acts, veelal tevergeefs, een zaterdagavondsfeer te creëren in de Orangerie.
Het IJslandse Samaris liet ons nog wat verder suffen in diezelfde luie sfeer. Het trio had alleszins al de meest excentrieke frontvrouw van het festival tot nu toe. Vooral haar onwennige bewegingen terwijl ze het publiek toesprak tussen de nummers door, waren een evenement op zich. Het geheel klonk behoorlijk etherisch. Gewapend met enkel elektronica, hobo en een weliswaar prachtige stem (al kan je in het IJslands alles zweverig laten klinken) viel Samaris soms wat mager uit. Een viool zou bijvoorbeeld al wonderen hebben kunnen doen.
Heel anders ging het er aan toe bij Thomas Azier. Opvallend genoeg leek een groot deel van het publiek speciaal voor deze megalomane, Nederlandse Duitser naar de Botanique afgezakt te zijn.
Hij had goed naar Stromae gekeken om zijn wel erg aanstekelijke dance/elektro/pop aan de man te brengen, maar miste de elegantie van onze landgenoot. Met één man op drumcomputer, bombastische visuals, een hoop geluidjes op tape, stampende beats en een niet altijd even toonvaste stem pakte hij met pakweg Ghostcity, Red Eyes en vooral de naar Faithless ruikende afsluiter Sirens Of The City Light probleemloos de Orangerie in.
Azier weet bijzonder goed hoe hij een goed dancenummer in elkaar moet steken, maar subtiel kon je het allemaal moeilijk noemen.
Subtiel was jammer genoeg ook geen adjectief dat we bij Say Lou Lou kunnen plaatsen. De tweeling werd gebombardeerd tot BBC Sound of 2014, maar onze gok is dat dat enkel op basis van hun heerlijke hit Julian is gebeurd, want na een dik, half uur konden wij alvast niet zeggen wat er nu precies zo vernieuwend was aan hun geluid.
Say Lou Lou is live een vijftal, maar het mocht duidelijk zijn dat de drie bandleden van de tweelingzussen Kilbey niet meer dan decoratie waren. Het geheel klonk vermakelijk en nummers als Every Time We Touch en Better In The Dark gingen erin als zoete koek. Maar dit concert zal snel vergeten zijn. En onze gok is dat binnen zowat twee jaar hetzelfde zal gelden voor de groep.
Alle hoop werd dus gevestigd op het uit Manchester afkomstige We Have Band. En of onze avond nog goedgemaakt werd. Voor een jammer genoeg grotendeels leeggelopen zaal (een optreden op een zondagavond laten starten om 22.45u was niet meteen een geniale zet) zagen we een jonge, vitale, sympathieke band waarvan we ons afvroegen waarom ze nog geen Chapiteau laten vollopen. Zeker het recent verschenen ‘Movements’ moet een groter publiek kunnen aanspreken.
Vanaf Save Myself zat het meteen goed. Het tempo lag vreselijk hoog en stilstaan was van bij de eerste noot geen optie. Het is vooral de afwisseling van de warme stem van Darren Bancroft (denk aan Tunde Adebimpe van TV On The Radio) en de koelere stem van Dede Wegg-Prosser die dikwijls voor magie zorgde. Vooral Every Stone, één van de weinige rustigere nummers, was hier een prachtvoorbeeld van.
Verder was het simpelweg een bijzonder fijn feest. Oh!, You Only, Please, Tired of Running, één voor één klonk het fris, opwindend en steengoed. Alles leek te kloppen. Daarnaast was het ook fijn dat hier een echte band stond met vier volwaardige leden die duidelijk lol aan het maken waren. We Have Band kan denkelijk elke zaal en vooral festivaltent laten ontploffen. Gauw meer van dat!