Lennaert Maes & Andries Boone - Lokaal gebibber

Kasteel Cleydael, Aartselaar, 16 oktober 2015

Keek u als kind ook wel eens onder uw bed om te zien of er niemand zat? En deed u de kasten open? Gewoon voor de zekerheid? Wij wel. En in de wereld van Lennaert Maes en Andries Boone is dat volledig terecht.

Lennaert Maes & Andries Boone - Lokaal gebibber



Met ‘Als De Nacht’ boorde dat tweetal een sprankelende bron van folklore en verhalen aan. Verhalen, die Lennaert Maes ook nog eens boeiend weet te vertellen. Dat hadden we deze zomer al ondervonden bij één van hun wandelingen door het prachtige, Brabantse land. En op die gure oktoberavond kregen die sagen en legenden, waarop de liedjes van ‘Als De Nacht, gebaseerd zijn, nog een extra dimensie.

Want Kasteel Cleydael zag er niet bepaald uitnodigend uit. Maar de ontvangst door de medewerkers van het Aartselaarse Cultureel Centrum was dan weer wel hartelijk en in de vertrekken van het kasteel was het aangenaam warm. Toen de kroonluchters gedimd werden en de spots oplichtten, zat het zaaltje trouwens helemaal vol.

Dat Maes liedjes kan schrijven (en zingen) had hij al bewezen. Ooit als Lenny & De Wespen (waarbij ook zijn vaste compagnon Andries Boone (gitaren, toetsen, viool, mandoline, …) figureerde), maar nu al een tijdje onder eigen naam, waarbij hij volksliedjes oppimpt en daarvoor andere muzikanten/zangers inschakelt. In Aartselaar werd het hoger genoemde duo voor de liedjes trouwens bijgestaan door bassist-gitarist Peter Reynders, die ook vocaal een mondje toestak.

Lennaert Maes is een rasverteller. En hij weet zijn publiek, dat vaak met opzet beperkt gehouden wordt, helemaal te betrekken bij de voorstelling door hen rechtstreeks aan te spreken. Dat doet hij op de meest voor de hand liggende manier. Zo zat hij vooraf te babbelen met de eerste rij. En tijdens het concert stelde hij voortdurend vragen; met name over lokale en sagen en legenden. Zo kwam je bijvoorbeeld te weten dat de relatie tussen Aartselaar en de wat hovaardige buren van (“hoog”) Boom niet altijd even vriendschappelijk was.

Maes had zijn huiswerk dus gemaakt en kaderde zijn liedjes in de omgeving waarin ze gebracht werden. Kludde was bijvoorbeeld een verhaal, dat ook in Aartselaar de ronde deed. En meteen kreeg je de etymologie van het woord “kwelgeest” erbij. Maar wie daar het fijne van wil weten, zal zelf één van de nog op til staande voorstellingen moeten bijwonen. En het liedje, dat bij dat verhaal hoorde, was meteen één van de (muzikale) hoogtepunten van het optreden. Eerst was er het instrumentale gedeelte (5 Voor 12), gevolgd door het met de e-bow bespeelde gitaar opgeluisterde Weer Wolf.

Die liedjes toverden steevast een brede glimlach op je gezicht en voerden je van Keulen tot net om de hoek, waardoor het volop herkenbaar werd. Bovendien leefde het trio zich muzikaal helemaal uit in de muziek. Vooral Boone wist zijn solo’s steeds spannend te houden en op zijn eigen manier de aandacht naar zich toe te trekken.

Enige minpuntje, dat wij kunnen bedenken, is dat de – weliswaar door muziek begeleide - lokale verhalen achteraan de show, niet echt veel aan het geheel toevoegden. Maar dat bedekken we graag met de mantel der liefde.

Laat je dus verleiden tot een avondje lokaal vertier door dit trio en keer dan huiswaarts, alwaar je – gewoon voor de lol – nog één keer onder je bed kan checken of je Kludde toch niet hebt meegebracht. 

16 oktober 2015
Patrick Van Gestel