Leffingeleuren 2013 - Vastklampen aan de zomer

Festivalterrein, Leffinge, 18 september 2013

“Dit is ons laatste festival van deze zomer. Het voelt een beetje alsof we ons vastklampen aan dat laatste restje zomergevoel.” Het zijn niet onze woorden, maar die van Erika Spring van Au Revoir Simone, maar ze klopten wel. Ook wij wilden de festivalzomer zo lang mogelijk rekken en dus waren wij ook op de tweede en de derde dag van Leffingeleuren.

Leffingeleuren 2013 - Vastklampen aan de zomer



Steak Number Eight hadden we nog maar een week eerder gezien op Crammerock, maar sympathieke brulboei Brent Vanneste kon misschien de dreigende regen op afstand houden, dus wilden we hem graag nog een keer aanmoedigen. Steun had ook gitarist Cis Deman nodig na zo’n 20 seconden: problemen met de gitaar. Snel wisselen en zonder verpinken net op tijd weer invallen met een solo: klasse. Uiteraard passeerden er heel wat nummers uit ‘The Hutch’, maar ook een oudje als Pyromaniac misstond niet. Als je dacht dat Vanneste zijn stembanden en energie wat zou sparen voor het optreden in Lauwe diezelfde dag, dacht je verkeerd. De zweetparels vlogen al snel het publiek in en Vanneste eindigde daar eveneens, al crowdsurfend.

De rest van de dag zouden we in de Zwerver vertoeven en niet in de concerttent. Daar keerden we enkel nog terug voor The Horrors die het hele podium afwisselend onderdompelden in paars en turquoize en dan weer enkel in rood. Op de binnenkant van het tentdak krioelden dan weer witte lichtwormen in grillige spiralen. Faris Badwan hing leunend over zijn microfoonstandaard alsof ook hij zich met de laatste krachten doorheen de show zwoegde, maar zijn grafkelderstem klonk helder en sterk en de set was lekker strak met de te verwachte hoogtepunten en veel songs uit ‘Skying’ en ‘Primary Colours’. Verwachtingen meer dan ingelost!

In De Zwerver waren we getuige van de passage van Cayucas maar hun zonnige Californische klanken konden niet overtuigen omdat Zach Yudin bekken trok alsof hij zijn vocalen moest baren en hij dus constant weeën had. Ook de rest van de band straalde evenveel joie de vivre uit als een Westvlaamse boer met kiespijn. Enkel wie met het gezicht naar de grond stond te dansen, was mee, maar wij niet dus.

Nee, dan liever de Antwerpse Bed Rugs  die met toetsenist/ percussionist Yorgos een echt showbeest in huis haalden en die hun setlist op afvalzakjes voor maandverband schrijven in een code die enkel zij begrijpen. Enkel het nieuwe Animals Rising zou echt wel eens zo kunnen heten en we herkenden ook Wave, maar verder zeggen “Turks Trouwfeest”, “Laat me Veten”, “Boring” en een getekende zonnebril (Blinds?) echt niet veel. Op het eind, tijdens “Seg!” werd de drumkit van Noah Melis vakkundig gesloopt en de onderdelen uitgedeeld aan het publiek. Grappig én verfrissend!

Het hoogtepunt van de dag kwam er dankzij de dames. Eerst trad Still Corners aan. Het Londense duo was voor de gelegenheid verdubbeld tot een kwartet en bracht zeer sfeervolle synthklanken mee en Tessa Murray verleidde als een zachtaardige sirene elkeen in de zaal. De set startte toepasselijk met Cuckoo waarin de gitarist kristallijne gitaarstrepen trok doorheen de synthtapijten van Murray en Greg Hughes.  Dreampop met een hoekje af, zo hebben wij het graag. Hoogtepunten waren Berlin Lovers, recente single Fireflies en ja: Endless Summer. Dat het buiten ondertussen herfst geworden was, kon niemand binnen deren.

Zo mogelijk nog verleidelijker kwam Au Revoir Simone voor de dag. Elkeen had zo wel zijn favoriete bandlid al klonk de hartekreet “Heather” toch het vaakst. Stilistisch was er ook voor elk wat wils: brunette Annie Heart was stijlvol in rood en zwart gekleed en stond op hoge fijne lakschoentjes, blonde Erika kleurde zwart/wit en eerder genoemde Heather droeg een rood broekpak met gympjes. De sound van deze band uit Brooklyn werd al vergeleken met Feist, Ladytron en vele anderen, maar sinds de opkomst van Haim is het duidelijk: dit is de synthversie van Haim: even fris, even grappig bij momenten en ook muzikaal boeiend. Enkel in de tragere nummers waren we even de concentratie kwijt, maar nieuwelingen Somebody Who en Crazy en Mazzy Star cover Fade Into You behoorden tot het beste wat we onder de kerktoren van Leffinge hoorden. Hun vierde cd ‘Move In Spectrums’ komt weldra uit (dit is een tip).

Jacco Gardner kon terugvallen op zijn geweldige plaat ‘Cabinet Of Curiosities’. Na Bed Rugs was dit de tweede band van de dag die zijn sound in psychedelica onderdompelde. Gardner startte met de spookachtige titeltrack van zijn album en liet die (en alle andere songs) ondersteunen door smaakvolle, vaak vintage aandoende visuals waarin mooie, al dan niet naakte meisjes en insecten de hoofdrol speelden. Naast de nummers uit de plaat passeerde ook de nieuwe single The End Of August, volgens Gardner een ode aan… de winter.

Na alle dromerige, psychedelische en harmonische geluiden van de namiddag moesten Compact Disk Dummies en vooral A Place To Bury Strangers de cirkel die startte met Steak Number Eight rond maken. Helaas waarde de geest van Schauvliege wel erg sterk rond op Leffingeleuren. De decibelnorm werd zo strak nageleefd dat we ons meermaals moesten ergeren aan het gekwebbel in het publiek. Zelfs tijdens Compact Disk Dummies konden we zonder problemen de oorbescherming uitlaten en hoezeer Lennert Coorevits zijn hoomies ook ophitste en kronkelde over het podium, toch werden wij niet platgewalst, ook al was de show best ok. De dames van Au Revoir Simone keken zich vanuit de coulissen de ogen uit bij wat de twee jongelui allemaal uitspookten, maar wij dachten: straks speelt hier de luidste band van New York. Dat kan nooit goed gaan. De Compact Disk Dummies maakten er zelfs een nieuwe single over: What You Want?  En Wij? Wij trokken vroegtijdig naar de camping. Als A Place To Bury Strangers toch straf waren, horen we het wel van jullie.

18 september 2013
Marc Alenus