Leffingeleuren - Leffingeleuren: Iemand nog een pintje?

Zaal De Zwerver, Leffinge, 8 november 2008

Nog maar goed en wel in Leffinge aangekomen, kregen we al meteen een hoogtepunt voorgeschoteld. Het was immers tijd om van de camping naar ’t Hof van Commerce te wandelen, want de West-Vlaamse hiphoppers openden het festival met verve. De tent, voor driekwart gevuld, liet al meteen zien dat het optreden gesmaakt werd. Kowlier, Buyse en 4T4 zetten een prachtig setlistje neer, met toppers als Jaloes of Lop Moa Deure. Nadat de West-Vlaamse vlegels She Goes Nananana probeerden te coveren, maar schandelijk de tekst niet wisten, gingen ze maar voor een ander “nananana”, met Kom Mor Ip, waarna Gabriel Rios, tot grote verrukking van het vrouwelijke publiek, twee dagen te vroeg het podium opkwam. De Gentse Puerto Ricaan rapte vrolijk mee bij Zonder Totetrekkerie.

Leffingeleuren - Leffingeleuren: Iemand nog een pintje?

Tijdens het feestje op de weide wandelden enkele festivalgangers toch maar naar café ‘de Zwerver’, waar Rooney aan het werk was. Niet die ene supervoetballer met zijn miljoenencontract bij een topvoetbalclub, wel een band uit L.A. die de relatief volle zaal wel tevreden kon stellen met onder andere Believe In Me.

Toch bleef heel wat volk in de tent, voor de vier hardrockers van The Datsuns. Het langharig tuig uit Nieuw-Zeeland zorgde voor de eerste crowdsurfers van het festival, en het publiek in de moshpit zal het ook wel gevoeld hebben. Stuck Here For Days en vooral Motherfucker From Hell mogen onthouden worden.

Wie ooit al van Baloji gehoord had, zorgde dat hij op tijd in ‘de Zwerver’ raakte, die vrijdag. Jammer genoeg kon van de Starflamrapper zelf niet hetzelfde gezegd worden. Baloji en aanhang kampten met een vertraging van een tiental minuten, al kon dat de pret niet drukken. Baloji, in maatpak, entertainde het publiek vooral met songs uit ‘Hotel Impala’, zijn nieuwe album.

De hoofdact van de avond was vast en zeker Razorlight. Johny Borrell en kompanen kwamen voor een volle tent optreden, waarvoor ze bedankten met hits als In The Morning, Golden Touch en absolute topper America. Oorverdovende riffs alom op de weide van Leffinge, terwijl Borrell, met extreem laaghangende broek, de show steelde in intussen ontbloot bovenlijf.

Het leek dan ook niet verwonderlijk dat het loeiharde El Guapo Stuntteam, net zoals het chillende Dub Pistols, dat iets later speelde, niet veel volk naar ‘Zaal de Zwerver’ konden lokken. De concurrentie van deze laatste luisterde dan ook naar de naam Discobar Galaxie. Deejays Lars Capaldi en Bobby Ewing draaiden weer feestplaatjes naar hartelust, terwijl MC Loveboat (Adriaan Van Den Hoof) het publiek leerde hoe te feesten. Dat feesten hielden erg veel mensen vol tot een gat in de nacht, waarna soms enkel een gat in het geheugen restte de volgende dag...
[pagebreak]
Dat gat in het geheugen heeft ook positieve kanten: er is weer plaats voor een nieuwe dag, met nieuwe bands. Waaronder bijvoorbeeld Outskirts, de lokale band die winnaar van de Verse Vis-rally 2007 geworden is. De band, die voor de eerste maal voor zo’n groot publiek speelde, deed dat erg goed. Net zoals het kleurrijke zevental van Oi Va Voi trouwens. Hoewel hun openingsnummer wat oubollig overkwam, maakte de Londense band er toch een hele belevenis van. Vooral nieuwe songs van het nieuwe naamloze album kwamen aan bod, zoals Yuri, over de alombekende Russische astronaut. Het publiek, aanvankelijk wat verweesd rondkijkend, kon het uiteindelijk toch niet laten de heupen los te smijten op de opzwepende songs.

Daarna mochten de jonge gasten van The Van Jets van jetje geven voor een volle tent. De band, tien minuten later dan verwacht, liet al meteen weten dat ze content waren in hun eigen dialect te kunn’ klapn, van Oostende zijnde. Bovenop het lamme publiek konden toch wat crowdsurfers gevonden worden, van wie de verloren schoenen rustig werden achternagesmeten. Met Our Love Is Strong, Electric Soldiers en Ricochet kwam er toch enige beweging in de tent.

Festivalgangers die even genoeg hadden van de zware bassen, gingen even langs bij de indie-akoestische toestanden van The Tellers in ‘de Zwerver’. Ze hadden echter evengoed in de tent kunnen blijven, want daar speelde The Veils zijn indie-rocksongs. DaMusic was er echter niet bij, wij zaten op een interview met John Butler, later die avond geprogrammeerd.

Gelukkig konden we nog net de overheersend rustige set van The Scene meepikken. Songs als Blauw en Iedereen Is Van De Wereld werden –logischerwijs- uit volle borst meegezongen met de herenigde band van frontsinger Thé Lau.

Iets minder rustig waren The Aggrolites, een band die niet vies is van vuile reggaebeats. En de aanwezigen waren niet vies van de band, dat was overduidelijk. De vijf mannen in rood uniformpje jamden erop los, met een prachtig opgetogen sfeer als gevolg. Wie het op zijn minst niet even koud kreeg bij de Beatles-cover Don’t Let Me Down, waarbij heel de zaal meezong, moet al heel erg dronken geweest zijn, of nog veel te nuchter –enfin, u snapt het wel.

Meer koude – én veel warme - momenten ook bij The John Butler Trio. De uitermate sympathieke gitaarkunstenaar was aan zijn eerste concert in dit Belgenlandje toe, en het publiek zal het geweten hebben. Er kwamen zowel opgewekte als mysterieuze songs aan bod, zoals Used To Get High en Better Than, nummers die met een open mond onthaald werden. Hier zou nu een lijstje van complimenten voor de artiesten kunnen volgen, maar ook het publiek verdiende een pluim, ere wie ere toekomt. Het was de eerste keer in twee dagen tijd dat er zó massaal geapplaudisseerd werd voor een artiest, waar nota bene vooraf haast niemand iets van afwist.

Alledrie de muzikanten zijn heel erg bedreven in het bespelen van hun instrument (gitaar, drums en contrabas), waar ze elk gretig gebruik van maakten bij hun respectievelijke solo’s. Mister John Butler en vrienden, de Belgische deuren staan wagenwijd open voor een volgend concert. Zeg dat het Leffingse publiek het gezegd heeft.

Het enige nadeel dat het publiek ervaarde aan het optreden van de Australische groep, was het feit dat ze het feestje in Zaal de Zwerver misten bij Nid & Sancy. En een feestje was het wel, aangezien het publiek ongestoord met het Gentse koppel op het podium mocht dansen. De organisatie moest het met lede ogen aanzien, want het electrokoppel leek zich wel te amuseren met de, veelal dronken, dansers.

Aan extravagante koppels geen gebrek, zo bleek later in de hoofdtent. Vive La Fête is de naam, groot hun faam. En dat verdienen ze ook. In een zwart niemendalletje kwam West-Vlaamse blonde Pynnoo het podium opgewandeld, om er één van de zovele danshitjes in te zetten. Met toppers als Nuit Blanche en Ne Touche Pas ging het publiek helemaal uit de bol, terwijl menig ‘condoomballon’ het gewelf van de tent sierde. Leuk optreden, alleen viel het op dat mannen zich enkel het pakje – met bijhorend décolleté - van Els Pynnoo leken te herinneren.

Geen décolletés te bespeuren bij de Britse jongensband Ghosts. Desalniettemin speelde de band voor een volle zaal (tot grote ergernis van velen die niet meer binnengelaten werden, net zoals bij Nid & Sancy), die waar voor hun geld mocht ontvangen. Zachte songs als Stay The Night, ’s groeps grootste radiohit, werden gezond met hardere songs vermengd. Achteraf was het mogelijk om uit elkeens dak te gaan bij Franse top-dj Étienne de Crécy. Hoewel, soms was het topstatuut van de deejay niet erg duidelijk, zoals wanneer de climaxen te lang uitbleven en er niet meer dansbare electro gedraaid werd. Toch ontaardde de avond alsnog in één groot feest, want de voldoening die de deejay niet kon schenking, werd dan maar gezocht in de vele liters alcohol die verzet werden. Of door het West-Vlaamse Soapstarter, dat met zijn agrarisch versierde scene en alternatieve muziek wat rust bracht in de Middelkerkse deelgemeente.
[pagebreak]
De rust van bij Soapstarter bleef duren tot een gat in de dag, meerbepaald tot 14.30 uur. Tenminste, voor de festivalgangers die niet moesten gaan voetballen, of een kijkje zijn gaan nemen bij het veld van V.V. Leffinge. Hoe dan ook, Shannon Wright mocht zondagmiddag de eerste noten van de dag spelen. Dat moest ze overigens doen voor een klein publiek, dat het optreden met slaap in de ogen gadesloeg.

Minder slaap en meer volk dan weer bij Absynthe Minded. Zoals het hoort wanneer een band een nieuw album uitgebracht heeft, speelde de band van Ostyn en co. vooral nummers uit het nieuwe ‘There Is Nothing’. Hoewel On A Plane ook al aardig meegezongen werd, waren het toch vooral de oude hitjes die op veel gebrul uit het publiek konden rekenen, zoals I Like You When You’re Sad en My Heroics, Part One.

Daarna verliet alweer een heel pak volk de tent, voor de minder bekende Rachid Taha. Deze kon niet erg overtuigen met zijn worldbeat en raï, maar zette toch enkele sterke songs neer, zoals Clash-cover Rock The Casbah.

Bekender volk kwam er dan weer met Tom Van Laere, beter bekend als Admiral Freebee. De verwaaide Brasschaatse admiraal zette in met mondharmonica, waarmee hij al meteen zijn eigen sfeertje creeërde in de tent. Met Lucky One en Recipe For Disaster schreeuwden de aanwezigen de longen uit het lijf, net zoals Van Laere zelf. Tijdens de songs bleef het publiek overigens kalm, maar het applaus dat de baardige zanger kreeg was des te groter. Oerharde met zachte, voorzichtige songs mengen, het is niet iedereen gegeven, maar duidelijk wel Admiral Freebee. Wie dacht dat deze Vlaamse bard enkel akoestische liedjes als Einstein Brain ten berde kon brengen, keek serieus de ogen uit zijn hoofd.

Tenslotte mocht Mister Sexy himself het festival afsluiten. Op de vraag waarom Rios nu zo sexy bevonden wordt door tienermeisjes, kregen we antwoorden als: "Heb je een uur tijd?" We zullen het dus maar laten bij zijn muziek, al sloeg die niet meteen aan bij het publiek. Het was triestig om te zien hoe de tent pas in de helft van het optreden in vuur en vlam werd gezet. Nochtans werden zowel oudere hits, zoals Ghostboy of Broad Daylight, als nummers uit het nieuwe album, zoals titelsong Angelhead of Gonna Die Tonight, zomers genoeg gebracht. De commentaar dat Admiral Freebee het festival had moeten afsluiten, viel meer dan eens na het concert.

Toch leek iedereen genoten te hebben van de bands die er speelden, en nog meer van de pintjes of jenevers die er geschonken werden. Aarzel dus niet om de 32e editie van volgend jaar met markeerstift aan te duiden in uw agenda. U zult het zich niet beklagen.

8 november 2008
Thomas Morlion