Joan Armatrading - Playing and-a coughin'

De Roma, Antwerpen, 14 februari 2015

Bright Sparks, zo heette het duo dat het voorprogramma verzorgde en precies bracht wat ze zelf aankondigden: vlotte britpop met een hoge radiohitgevoeligheid. We hebben ooit erger meegemaakt  en ze brachten de Roma meteen op temperatuur voor het solo-optreden van Joan Armatrading.

Joan Armatrading - Playing and-a coughin'



Als onze herinnering nog goed is menen we Joan Armatrading diep in de jaren ’80 voor het eerst aan het werk gezien te hebben in een stomend Vorst-Nationaal. Toen: Armatrading op full force met een rockband in de rug. En zelden hebben we een zaal ooit zo zien dansen dan op Drop The Pilot. In al die tijd zijn we haar blijven volgen en hebben haar zien veranderen: naarmate haar eigen lichaamsgewicht in de loop der waren toch wel fors toenam, kromp ook steeds de bezetting van Armatradings band tot ze vrijdag in een quasi volgelopen Roma solo op de scène stond.

Tussen drie gitaren – twee akoestische en een elektrische – en een draagbare piano pendelde ze ongeveer anderhalf lang langs haar grootste klassiekers. Uit haar jongste drie cd’s die als een triptiek worden voorgesteld, kwamen slechts twee nummers. Dat is niet verwonderlijk, het hoogtepunt van haar carrière en haar sterkste werk schreef Joan ruim dertig jaar geleden. Dat werk blijkt echter een erg hoge houdbaarheidswaarde verkregen te hebben want ze kan er nog altijd succesrijk mee touren.  

City Girl uit haar eerste cd uit 1972 was de opener en meteen al veelbelovend: de typische Armatrading-ritmeveranderingen in de compositie, de soepele stem die tegelijk een heel donker timbre verbindt met een hoog falsetto, het zat er allemaal in. Promise Land bleef op niveau. More Than One Kind Of Love bracht ze op piano, niet vooraleer het publiek voor haar verkoudheid en stemproblemen gewaarschuwd te hebben. Aanvaardbaar in deze periode van het jaar maar spijtig en tegen het einde van het concert bleek het nog waar ook: toen was de stem volledig kapot gezongen en weg.

Maar zover zijn we nog niet. All The Way From America en In These Times klonken nog krachtig genoeg, het deed deugd Mama Mercy nog eens live te horen en My Babe’s Gone was dus een van de weinige nummers uit de wat blekere laatste periode. Ze bracht deze blues met een beheerste bottleneck. Joan Armatrading heeft haar reputatie echt niet gestolen en kan nog altijd een sterke song schrijven.

Toen begon ze aan een reeks hits die met het verstrijken van het concert toch steeds indrukwekkender werd: Down To Zero was OK, in Steppin’Out laste Joanie een stevige gitaarsolo in, Kissin’ And A-Hugging baadde in een licht jazzy sfeertje en bij het openhartige The Weakness In Me kwamen de eerste barsten in de stem boven. Empty Highway, het twee nummer uit ‘Into The Blues’, vormde een bruggetje naar de finale. Armatrading bracht een sobere, ingehouden haast kale versie van Woncha Come Home en dat was voor ons één van de hoogtepunten van de avond. Love And Affection kwam onzeker op gang en nadien begaf haar stem het eigenlijk.

Back To The Night ging nog net maar Rosie en Drop The Pilot kwamen echt niet meer uit de verf. Armatrading besefte het en vroeg uitdrukkelijk de hulp van het publiek. Me Myself I was een waardige afsluiter. Als bisnummer bracht ze vanachter haar piano –as good as it gets op dat moment – het wondermooie Willow en toen was het over.

Armatrading ontgoochelde niet, had een intelligent opgebouwde setlist met nadruk op haar ouder werk maar helaas had haar stem de Roma verlaten eerder dan zijzelf en het publiek.

14 februari 2015
Frank Tubex