Jarvis - Lof der popmuziek

Ancienne Belgique, Brussel, 8 november 2008

Voor Jarvis het podium innam, was er het voorprogramma Ruacutane, dat aardig uit de verf kwam. Vooral in de opener maakte deze Waalse band muziek die klonk als een minder slordig Pavement met elektronica, met dooreenlopende zanglijnen van zanger en zangeres, door een synthesizer gegenereerde bliepjes en tuutjes, drums en staande bas: niet altijd even interessant – de cover van Otis Reddings Dock Of The Bay was overbodig – maar desondanks veelbelovend. Ook het publiek stelde dit bandje best op prijs en een warm applaus was dan ook hun deel. Hun eerste EP is net uit op CartePostaleRecords.Maar het was de kroniekschrijver van het Engelse doordeweekse volksleven die het Belgische volk naar Brussel gelokt had om hem te horen uitweiden over wat er leeft bij de gewone mens, de “Common People”. Als de nonchalance zelf kwam hij met zijn band de scène opgewandeld. De snoepreep waarvan de helft al verorberd was, deelde hij met het publiek, een ritueel dat hij later nog herhaalde met een biertje en een sigaret. Ondersteund door twee uitstekende gitaristen en een pianist/gitarist/backing vocalist werden vooral nummers van Cockers eerste solo-album gespeeld. Zijn verleden met Pulp (voor zover dit werkelijk tot het verleden behoort) werd angstvallig vermeden. Niet dat zijn nieuwe werk zoveel verschilt van dat van zijn vroegere band, maar hier heeft hij en hij alleen het voor het zeggen : geen compromissen dus. Er werd van wal gestoken met Fat Children, meteen gevolgd door radiohit Don’t Let Him Waste Your Time. De gitaren gierden, Cocker wriemelde en schuifelde als een jonge Bryan Ferry over het podium, zijn sluike haren af en toe van voor zijn bril weghalend. Het hele podium werd bestreken, de meisjes op de voorste rijen keek hij in de ogen, hij haalde met andere woorden de hele klassieke trukendoos boven om te bewijzen dat hij een rockster is. En toch kan hij zichzelf relativeren als geen ander.  Luister maar naar zijn ironische –op het sarcastische af – teksten. Tussendoor vroeg hij zich af of al die ‘Engelsen’ één of andere Eurostar-deal hadden geregeld om hier te kunnen zijn of imiteerde hij Roger Daltrey door zijn microfoon wild in het rond te zwaaien. Steeds weer wist hij een glimlach op het gezicht van zowel zijn bandleden als het publiek te toveren.Ook muzikaal zat het meer dan snor. Black Magic was het hoogtepunt. Dat nummer is dan ook heerlijk over the top, doet soms denken aan foute seventies-rock, maar staat desondanks als een huis. Geen beter nummer om een set mee af te sluiten.Running The World fungeerde als eerste bisnummer en opnieuw was het raak. Dat hij zich vervolgens even in Duitsland waande, werd dan ook met de mantel der liefde (en de nodige humor) bedekt. Blijkbaar wordt elke show afgesloten met een andere cover. Brussel kreeg The Cross van Prince (uit ‘Sign ‘O’ The Times’) voorgeschoteld, dat langzaam werd opgebouwd naar een hoogtepunt. Het resulteerde in een hoogst ongewone versie, die de meester zelf best zou kunnen bekoren.Niet alleen in zijn teksten is Jarvis Cocker een man van de wereld. Ook zijn bindteksten zijn onderhoudend. Een geslaagde avond, kortom.

Jarvis - Lof der popmuziek

8 november 2008
Patrick Van Gestel