James Vincent McMorrow - Op handen gedragen
Botanique, Brussel, 20 februari 2014
In de muziekgeschiedenis van de twintigste eeuw was het zo dat artiesten bekendheid verwierven via de radio. Werd je niet gedraaid door de almachtige radiostations, dan slonk de kans op een succes zienderogen. Met de komst van het internet, iTunes, YouTube, Spotify en consorten zijn de rollen nu bijna omgekeerd: je wordt pas op de radio gedraaid van zodra je daar populair genoeg voor bent. En zelfs dan blijft het een vraagteken. Ten bewijze: James Vincent McMorrow die voor een dolenthousiaste en hopeloos uitverkochte Orangerie stond te spelen.
Het voorprogramma werd verzorgd door de mysterieuze Deense nymf Majke Voss Romme die zich doorgaans laat aanspreken als Broken Twin en zich live laat bijstaan door violist Nils Gröhndahl. Broken Twin was muziek tot zijn essentie herleidt: eenvoudig pianospel in combinatie met de viool van Gröhndahl en de beklemmende teksten van Voss. Prachtig, maar na een halfuurtje hadden we het er ook wel mee gehad. Hoe mooi ook, het gebrachte was iets te monotoon om een volle eigen show te kunnen blijven boeien.
Het duurde tien songs vooraleer James Vincent McMorrow het woord tot zijn publiek richtte. Hij bedankte dan uiteindelijk toch nog iedereen uitvoerig voor de eerste headlineshow (en dus de eerste keer met band) die hij op Belgische bodem mocht spelen en blikte ook terug op zijn passage op Rock Werchter twee jaar geleden. Hij opende de Marquee met een plaat onder de arm die niet eens uit was in België en toch stond de keet propvol.
Begin dit jaar kwam McMorrows tweede plaat uit, ‘Post Tropical’. Op deze plaat verbreedde hij zijn eigen geluid zowel met breder gearrangeerde liedjes als met een snuifje elektronica. Het feit dat McMorrow nu gezwind kan afwisselen tussen deze nummers en de puurdere folknummers van het debuut ‘Early In The Morning’ uit 2010 kwam de afwisseling in en de dynamiek van de show ten goede.
Verspreid over het hele podium stonden kleine lichtpiramides. Achteraan hing een scherm waarop animaties geprojecteerd werden die zich afspeelden in onze melkweg, van een sterrenregen tot de verschillende planeten. Het was mooi om te zien, maar met de ogen gesloten bleek het geheel ook mooi om enkel te horen.
Feit is dat zowel de oude als de nieuwe nummers op uitbundig applaus werden onthaald. Een vroeg hoogtepunt was het duo Glacier en Red Dust waarbij deze laatste voornamelijk opvalt door zijn stevige dosis elektronica. Wat een prachtsong, overigens. Dat nadien het sobere Down The Burning Ropes en Follow You Down To The Read Oak Tree volgden maakte het effect des te sterker.
Andere hoogtepunten waren de oorwurm This Old Dark Machine, het hitje We Don’t Eat, dat op gejuich werd onthaald, het uitbundige Gold en de prachtsingle Cavalier die het publiek met succes moest warmmaken voor zijn ‘Post Tropical’.
James Vincent McMorrow bedankte nog eens uitgebreid om vervolgens na een korte pauze in zijn eentje terug te keren en And If My Heart Shhould Somehow Stop in te zetten. Voor de afsluiter If I Had A Boat werden nog eens alle registers opengetrokken.
James Vincent McMorrow doet het op zijn eigen tempo zonder al te veel promotie en combineert een stem met indrukwekkend bereik met knappe nummers. Hij werd terecht op handen gedragen door de Orangerie. Nu de rest van de wereld nog.