Graspop Metal Meeting 2019 - Dag 3: Amerikanen, draken en eenhoorns

Graspop Metal Meeting, 21 juni 2019 - 23 juni 2019

Graspop Metal Meeting 2019 - Dag 3: Amerikanen, draken en eenhoorns

Stond vrijdag nog in het teken van de thrash, dan vielen op zaterdag twee andere dingen op aan de affiche: veel powermetal en we konden niet om die wel heel Amerikaanse hoofdacts heen.

Gloryhammer is een powermetalversie van Alestorm, dus wanneer de Schots-Zwitserse intergalactic spacemetalformatie de dag aftrapt, komt daar automatisch veel volk op af. De band was al een hele poos aan openingsnummer The Siege Of Dunkeld (In Hoots We Trust) bezig, toen plots toch de toetsenist ook zijn opwachting maakte. Dat bleek echter niet Alestorm-frontman Christopher Bowes te zijn, zoals velen hadden gehoopt, maar tourtoetsenist Michael Barber. Met daarna Gloryhammer, Hootsforce en Masters Of The Galaxy trokken de Britten direct een heel blik nummers vanop nieuwste schijf ‘Legends From Beyond The Galactic Terrorvortex’ open en het talrijk opgekomen publiek ging toch al enorm enthousiast mee in al die nieuwe schijven.

“Willen jullie een nieuw nummer horen?”, polste de Hootsman a.k.a. bassist James Cartwright tussendoor, om de joelende menigte vervolgens droogweg te counteren met een droog: “Pech, wij hebben zin om een oud nummer te spelen.” De computerbeats van Universe On Fire deden het energieniveau nog stijgen om daarna af te sluiten met Unicorn Invasion Of Dundee. Het grote enthousiasme kon evenwel niet verhullen dat vooral frontman Thomas Winkler intussen door zijn beste krachten zat en vocaal vaak compleet de mist in ging.

Om nog even in de fantasysfeer te blijven hangen, kregen we daarna Hammerfall. De beste platen van de Zweden, met name ‘Legacy Of Kings’ en ‘Renegade’, liggen intussen toch ook weer zo’n twintig jaar achter ons. Dus de vrees zat er wel een beetje in dat we opnieuw een Sonata Arctica-debacle zouden krijgen. Maar Joacim Cans is nog altijd een geweldige zanger en nummers als Any Means Necessary, Renegade, Last Man Standing en Let The Hammer Fall klonken nog steeds als een bel. De synchrone gitaarmoves van gitaristen Oscar Dronjak, Portus Normgren en bassist Fredrik Larsson deden de rest.

Niet dat we er op dat ongoddelijke uur al klaar voor waren, maar omstreeks de klok van vijf maakte het Poolse Behemoth haar onherroepelijke opwachting op Main 1. Nergal en de zijnen lieten het niet aan het hart komen en trokken gemaskerd Wolves Ov Siberia in gang, om daarna de rest van de set af te werken in de traditionele gecorpsepainte tronies. Hoe strak je nummers als Ora Pro Nubis Lucifer en het nieuwe Bartzabel - waarin Nergal met mijter op het hoofd opdraafde - ook speelt, het komt toch net iets minder uit, wanneer je in volle zon de duivel probeert op te roepen. Het was goed - zeer goed zelfs - maar zet Behemoth in de marquee (of beter nog ‘s avonds laat als afsluiter op Main 2) en dan krijg je ongetwijfeld pure magie.

Dan komt Trivium ongetwijfeld veel meer tot haar recht in dergelijke setting. De Amerikaanse melodic metalband rond Matthew Heafy werd in haar twintigjarige bestaan uitgebouwd tot festivalband pur sang. Zelfs al klonk de geluidsmix traditiegetrouw tijdens de eerste nummers The Sin And The Sentence en Beyond Oblivion nog wat schel, Heafy en co weten als geen ander de meute mee te krijgen. Meermaals kwam de al niet bijzonder imposante Amerikaan van Japanse origine de trappen van het podium afgelopen om het contact met het publiek te zoeken. Opvallend was die eyesore van een dubbele gitaarstrap, waar de man laatst nog reclame voor maakte. Het kan best zijn dat die beter is voor de rug, maar aan die extra riem die helemaal rond de buik van 's mans signature Les Paul Epiphones vastzit, moet toch nog wat gedaan worden. De meute ging in elk geval gretig mee met Until The World Grows Cold, Strife en apotheose In Waves.

Het hoeft ook niet altijd metal te zijn en dus waren ook de bluesy stonerrockers van Clutch meer dan welkom. Neil Fallon is een geweldige frontman en had er ook vandaag weer enorm veel zin in. The Mob Goes Wild maakte de naam waar en in sneltempo vuurde het viertal uit Maryland ook onder meer Earth Rocker en X-Ray Vision op ons af. Zo’n sneltempo zelfs, dat Fallon plots opmerkte dat de band op twintig minuten van het einde al bijna helemaal door de setlist geraasd was. Ze brachten met Electric Worry nog even heel de tent enthousiast aan het springen alvorens met Cypress Grove en In Walks Barbarella last minute nog enkele nummers toe te voegen.

Voeg Iced Earth samen met Blind Guardian samen en wat krijg je? In twee woorden: Demons & Wizards, in één woord: magie. Hoewel het nog maar de eerste keer was dat Iced Earthgitarist Jon Schaffer en Blind Guardianfrontman Hansi Kürsch samen op de Belgische planken stonden, hadden ze geen enkele moeite om de volgelopen Metal Dome in vervoering te krijgen. Hoewel ze met I Died for You ("Ons favoriete Iced Earthnummer", aldus Kürsch) en Valhalla toch enkele nummers van de moederbands hadden geleend, deden ze vooral beroep op de nummers uit de eigen nog niet echt uitgebreide discografie. Na het betoverende Fiddler On The Green was iedereen het erover eens dat die mannen volgende keer opnieuw welkom zijn, al betekent dat dat zowel Iced Earth als Blind Guardian dan maar even de koelkast in moet.

Aan de Main stages groeide met Slipknot ook de Amerikaanse avond stilaan naar een apotheose. Frontman Cory Taylor zag er in zijn nieuwe tenue weliswaar enorm opgeblazen uit, maar leek met het nieuwe masker vocaal toch minder last te ondervinden dan voordien. De Amerikanen deden qua pyro niet de moeite om Amon Amarth naar de kroon te steken, maar maakten gretig gebruik van flitsende beelden op de ledschermen om een heerlijk gevoel van grote chaos te creëren. Sid ‘Ratboy’ Wilson maakte, wanneer hij even weg kon van de draaitafels, meermaals aanstalten om met bandleden op de vuist te gaan en percussionist Shawn ‘Clown’ Crahan ging met een baseballbat een opgehangen biervat te lijf.

Het was pure anarchie die heerste vanaf de eerste tonen van People=Shit tot aan Surfacing. Wie Slipknot aan het werk ziet, kan niet anders dan compleet meegezogen worden in die nietsontziende draaikolk van agressie. Zelfs al doet de muziek je niets. Al lijkt het onwaarschijnlijk dat mensen niet meegaan in het gewelddadige Psychosocial of het geweldige Vermillion. Als we toch even kritisch moeten zijn, dient vermeld dat er tussen de nummers in soms net iets te veel ruimte zat. Nu kregen we toch de indruk dat we van bij het begin de strot werden dichtgenepen en dat die verstikkende houdgreep telkens even een beetje gelost werd, waardoor we na de laatste verstikking net niet helemaal uitgeteld de grond opzochten.

26 juni 2019
Nic De Schepper