Goes & De Gasten - Voor een nichepubliek

Muziekclub N9, Eeklo, 30 maart 2015

Als je naar Goes gaat kijken, weet je enerzijds heel goed wat je te wachten staat, maar anderzijds weet je niet in welke verpakking je het krijgt. Michel Goessens is wat men pleegt te noemen een ongeleid projectiel op het podium. Met zijn tweede plaat met Goes & De Gasten, ‘Ons Kent Ons’, koos hij voor een intiemere sound. Die plaat, die opnieuw vol wonderlijke vertellingen staat, bracht hem ook langs muziekclub N9.

Goes & De Gasten - Voor een nichepubliek



Om twintig minuten na middernacht ontdeed Michel Goessens zich van zijn gitaar. De voorgaande drie en een half uur waren we ondergedompeld in het muzikale universum van Goes & De Gasten, maar ook in dat van Bruno Deneckere, Fernand Zeste en Rianto Delrue.

Laatstgenoemden waren het voorpgramma. Solo zijn deze drie rootsmuzikanten al jaren een eigen carrière aan het uitbouwen en vormgeven, maar ze treden ook regelmatig samen op. In de N9 namen ze ons mee op een meeslepende, sobere, maar warme trip doorheen het blues-, roots- en countrylandschap. Daarbij lieten ze ons bij momenten heerlijk wegdromen. Eindigen deden ze met een vertaling van De Lijne Van Mijn Leven van Goes & De Gasten naar het wondermooie Lifeline. Een perfecte afsluiter van een behoorlijk straf voorprogramma.

Goes & De Gasten begon het optreden met een zalige, jazzy intro van Jan Borré op piano en Gijs Hollebosch op gitaar. Goessens kwam erbij en begon onmiddellijk te vertellen. En eigenlijk is hij de volledige twee uur en twintig minuten niet meer gestopt. Wie op die tijd slechts zestien nummers ten berde brengt, moet toch heel wat te vertellen hebben. Heel vaak was het ook ongelofelijk ad rem en grappig, maar af en toe - vooral in de tweede helft van de show - hoopte je toch op wat meer muziek.

Over de muziek waren we niet minder dan enthousiast, laat daar zeker geen twijfel over bestaan. In Lang In Landegem was de slidegitaar van Hollebosch sfeerbepalend en werden we verrast door een mash up met Sex On Fire van Kings Of Leon. De sfeer die Goes wist op te bouwen rond het nummer Jef Vermassen zorgde ervoor dat het plaatje perfect klopte en de spooky griezelverhaalsfeer kwam perfect tot zijn recht. Je kon bijwijlen zelfs een speld horen vallen.

Ook de rake, ietwat uitvergrote beschouwing op zijn leven als artiest in ’t Verkeerde Terras kon op veel bijval rekenen. Toen hij er zijn Sabam-afrekening van vijf euro en een klets bijlapte en de feedback die hij kreeg van de radiozenders, kon hij niet anders dan besluiten dat hij voor een nichepubliek stond. Waarvan akte.

In het enkel door piano begeleide Potlood In Een Blaadsken waagde Goessens zich zowaar aan een ballad. Niet van het Celine Dion-soort, maar eerder een schoon liedje tout court. Single Kapte Mij Open werd dan weer enkel met gitaar begeleid en werd opgedragen aan Luc De Vos, wat het nummer extra treffend maakte.

De kracht van het meeslepende Zot Van Zappa zat hem, naast de nostalgie, ook in de vloeiende wissels tussen het Sleins en het Engels. Met In’t weekend En ’t Verlof werd het optreden afgesloten met de hulp van Goessens’ zoon Nathan op floortom, waardoor de dreigende en sinistere sfeer, die de song zo al had, nog versterkte.

In de bissen mocht het voorpgrogramma nog eens mee op het podium voor een grande finale. Daarvan onthouden we vooral Oh Wijveken Bleit Niet, een ruim geïnterpreteerde vertaling van de Bob Marley-klassieker No Woman No Cry.

Goes nam ons mee op een lange trip langs zijn verkavelingsuniversum, waar een lach en een traan elkaar bestendig afwisselden. En of dat dan voor een nichepubliek was zal de aanwezigen worst geweest zijn. En Goes ongetwijfeld ook.

30 maart 2015
Patrick Blomme