Gent Jazz 2014 - Kwaliteit als gemeenschappelijke deler

Bijloke, Gent, 19 juli 2014

Dat Gent Jazz door de jaren heen meer geworden is dan een puur jazzfestival bewezen ze met de line up van vrijdag 18 juli. Met LWNS, Dez Mona, Dans Dans, Michael Kiwanuka, BADBADNOTGOOD en Agnes Obel stonden zeer diverse bands en artiesten geprogrammeerd met als gemeenschappelijke deler kwaliteit! Op de tropische Bijlokesite mochten zij zich in het zweet werken op het podium. Wij deden dit voor het podium.

Gent Jazz 2014 - Kwaliteit als gemeenschappelijke deler



LWNS mocht deze dag van Gent Jazz openen en speelde een thuiswedstrijd. Het Gentse ensemble is opgebouwd uit met een achtergrond in het KASK Conservatorium dat ook gelegen is op de Bijlokesite waar het festival plaatsvindt. Zangeres Charlotte Jacobs staat stevig in haar schoenen als frontvrouw en maakt met haar stem zowel indruk in de laagte als bij uithalen. De groep voor een sfeervolle set waarbij elk bandlid in de talrijke improvisaties zijn ding kon doen. LWNS speelde een set met een variatie aan ingetogen en uptempo nummers en een mooie mix van covers en eigen werk. Meest in het oor sprongen de Becca Stevens cover Weightless en het eigen nummer Expressionswaarmee de groep zijn set afrondde.

Het tienjarige Dez Mona stond vroeg geprogrammeerd op de broeierig hete mainstage. Doordat in de huidige line up de traditionele accordeon ontbreekt komt deze aardig in de buurt van een standaard band. Op Suspicion liet de band zich bijgevolg van zijn meest poppy kant horen als is dat bij Deze Mona nog steeds met een twist te interpreteren. Gospeltraditional Live The Life, die de band leende van Mahalia Jackson, zorgde voor een eerste hoogtepunt in de set. Het nummer werd met bas en handgeklap op gang gebracht en toen de band inviel evolueerde het in een funky nummer. Tweede hoogtepunt kwam er in de bisronde met een schitterende versie van Blue Girl, een nummer uit de beginperiode van de band. Door het sobere bijna sacrale begin en de overgang naar een jazzy popsong om uiteindelijk uit te monden in een muur van samenspel waarover zanger Gregory Frateur heen walste en het bereik van zijn stem in alle richtingen stuwde kregen we in die ene song een overzicht van wat Deze Mona is en geweest is gedurende de afgelopen tien jaar. Sowieso werden met de huidige band veel nummers in nieuwe, verrassende arrangementen gestoken. We waren getuige van een goed op elkaar ingespeelde groep die zonder veel show een muzikaal hoogstaande set wist neer te zetten.

Michael Kiwanuka zijn muziek en bij uitbreiding de man zelf ademt soul. Als BBC’s Sound Of 2012 en na zijn debuutalbum ‘Home Again’ werd Kiwanuka al onmiddellijk de hemel in geprezen. Op het podium van Gent Jazz liep het wat ons betreft niet zo een vaart. Met Tell Me A Talevooraan in de set liet hij ons weliswaar genieten van een lange soulvolle versie met ruimte om af te wijken van het brave origineel en er bijgevolg een funky versie van te maken. Met de Jimi Hendrix-cover May This Be Love nam hij een berekend risico, maar bleef hij naar ons aanvoelen moeiteloos overeind. Wanneer hij echter te rustige nummers ging spelen raakte hij ons een beetje kwijt. Toen hij ook nog nieuwe nummers solo aan de piano ging spelen werd het geroezemoes luider en begon het publiek rond te lopen. Vanaf Home Again, met band, was het publiek weer bij de les. I’ll Get Along was het ideale orgelpunt van een matig optreden.

Op de Garden Stage speelde Dans Dans drie sets van telkens een half uur. Wij pikten de tweede set mee en werden onmiddellijk weer meegenomen in de virtuoze waanzin van het trio met een stomende versie van Sun Ra / Gazelle. De band kwam net uit de studio en testte wat nieuwe zaken uit en die klinken alvast veelbelovend. Zowel in het hardere als in het sobere werk van het slotnummer weet Dans Dans meer dan enkel te boeien. Wanneer je verder kijkt dan het solowerk van gitarist Bert Dockx merk je een geoliede machine. Grote bewondering overigens voor drummer Steven Cassiers die na een hele set van ruim een uur met Deze Mona ook met Dans Dans anderhalf uur zal gespeeld hebben op het einde van de avond.

Of ze nu jazz, postjazz, jazzrock dan wel postjazzrock spelen, het kan ons na wat we op Gent Jazz te zien kregen eigenlijk geen bal schelen, want BADBADNOTGOOD kicked some ass! Met niet meer dan bas, drum en piano speelden de jonge Canadezen een energieke, uitdagende set. Ze speelden afwisselend werk uit hun eigen albums ‘I’, ‘II’ en ‘III’ en enkele covers. Tijdens de nummers improviseerden ze er duchtig en vlot op los. De band zocht constant de interactie met het publiek op. Ze bespeelden het publiek en voor zover het nog nodig was jutten ze de massa nog wat op. Zelfs de grootste cynicus werd hier vrolijk van.

De nacht is al gevallen en het is al wat afgekoeld wanneer de Deense Agnes Obel het podium opkomt. In de tent is de temperatuur weliswaar nog broeierig heet. De sprookjesachtige nummers van Agnes Obel lijken gemaakt voor de gezellige setting van Gent Jazz. Met een mix van nummers uit debuut album ‘Philarmonics’ en opvolger ‘Aventine’ speelde ze de tent op haar eigen bescheiden manier plat. Haar breekbare, licht gruizige stem met ongeloofelijke beheerst bereik en haar beheerst en krachtig pianospel krijgen het publiek heel snel mee in haar wereld. Een wereld waar volgens ons Tim Burton zich ook best thuis zou voelen zoals bij nummers als Chord Left enAventine. De strijker zorgen steeds voor een meerwaarde en meer variatie in de nummers. De ene keer zorgen ze voor een zweverige sfeer, de andere keer voor extra dreiging en drama. De nummers zitten goed in elkaar en Obel weet elke keer de juiste finesse in de nummers te leggen. MetRiversideBrother Sparrow en The Curse sluit ze haar reguliere set af met een onvervalste hattrick.

19 juli 2014
Patrick Blomme