Front 242 - - In Steen Gebeiteld

Ancienne Belgique, 23 januari 2025

Front 242 -  - In Steen Gebeiteld

In de serie concerten die teren op nostalgie: Front 242 geeft er de brui aan en vieren dat drie avonden op een rij in de Ancienne Belgique. Normaal sluiten we aan bij hun principe dat men altijd alleen vooruit moet kijken (Always Ahead), maar aan deze gelegenheid was moeilijk voorbij te gaan.

Voorprogramma Daniel Myer nam zijn plaats voor het voetlicht in en zag dat als gelegenheid om het vooral over zichzelf en zijn relatie met Front 242 en electronic body music in het algemeen te hebben. Aan de hand van dia's en songs gaf hij een overzicht van hoe hij op het podium was beland: Depeche Mode deed in hem de interesse voor elektronische muziek ontweken en na kennismaking met een sampler in de jaren tachtig breidde die interesse zich uit naar de hardere variant, die ebm is.

Hij experimenteert ondertussen als techno-dj met het genre en illustreerde dat met een foto van hem aan de draaitafels in een Berlijns toilet tijdens de pandemie. Het laatste nummer was een samenwerking met Jean-Luc Demeyer, die met rasperige stem het nummer een vleug van een Franstalige ballade meegaf. Dit was vast een nieuw hoogtepunt in Myers carrière.

De eerste keer dat we de Ancienne Belgique betraden, was ook voor Front 242 in het jaar 1991. Ze verkochten toen twee avonden na elkaar de AB uit, iets wat in die tijd ongezien was voor een Belgische groep. Daarna verdwenen ze een beetje uit ons aandachtsveld, ook al omdat ze minder actief waren. Front 242 werd zowel qua imago als qua muziek ingehaald door andere creatievelingen, die op hun beurt nieuwe genres uitvonden, nieuwe grenzen verlegden. "Sic transit gloria mundi", zou Bart Dewever daarover zeggen.

Hier introduceerde Snowy Reds Euroshima (Wardance) de hoofdact, gevolgd door een instrumentaal stuk muziek van Duits avantgarde muzikant Conrad Schnitzler. Een roadie drukte op de start-knop van de laptop en we waren vertrokken voor anderhalf uur grabbelen uit het repertoire. Er waren geen verrassingen, geen special guests, geen obscure remixes, maar een standaard setlist naar beproefd recept, één dat al jaren had bewezen dat het een publiek kon tevreden stellen.

Het verheugde daarom niet minder, vooral tijdens het stuk waar achtereenvolgens U-men, No Shuffle, Soul Manager en Quite Unusual werden gespeeld. Het was interessant om te zien hoe de visuals, die voor die tijd ooit toch baanbrekend waren geweest, ondertussen waren blijven steken in het zwart-wit waarmee Anton Corbijn hen stileerde in de legendarische videoclip voor Headhunter. Ze toonden veelal desolate landschappen met daarin soms brutalistische monumenten. Zelf figureerden ze in stoere mannen-outfit met zonnebril op, ernstig voor zich uit kijkend.

Een enthousiaste glimlach vond je enkel op het gelaat van Richard Jonckheere, die meermaals het publiek bedankte voor meer dan veertig jaar trouwe opkomst. Zelfs tot na de bissen werd weinig emotie getoond. De vier poseerden droog op een rijtje, armen gekruist, voor een fotoprojectie die een overzicht bood van het verloop der jaren en verlieten het podium.

Hopelijk wordt dat iets meer uitgelaten op het allerlaatste concert. We gunnen hun een fles champagne en een collegiale knuffel, zelfs een enthousiaste polonaise. Wie in zo'n dikke letters de naam in de muziekgeschiedenisboeken heeft geschreven, mag op zijn minst op de allerlaatste avond de teugels vieren. Het imago is immers in steen gebeiteld. Het kan ertegen.

24 januari 2025
Kristof Van Landschoot