Family Of The Year - Geen Feestje
Botanique, Brussel, 14 februari 2011
Officieel zijn ze een democratische familie waarin elk lid evenveel inspraak heeft in het beslissingsproces. Hun nummers zijn ook zo gevarieerd dat het lijkt of ze telkens door een ander groepslid gedirigeerd werden. Live bleek echter dat toch vooral zanger Joseph Keefe de spilfiguur van de band is.

Het viel te vrezen dat dit een katerconcert zou worden. De band kwam uit Parijs waar ze een naar verluid prachtig concert speelden en met een deel van het publiek een nuit blanche aan de Seine doormaakten. Maar het waren andere spelbrekers die de pret bedierven. Een ongeïnteresseerd publiek dat op geen moment stopte met babbelen en de ongelooflijk slechte akoestiek. De Witloofbar, een mooie naam voor de kelder van de Botanique, is en blijft een quasi onmogelijke zaal die steevast alle nuances in geluid tot een dompige brij vermaalt.
De samenzang die zo bepalend is voor Family Of The Year werd continu overstemd door de drummer. Zeker in het begin van het concert werkte dat echt storend en hoorde je door de felle beats de stemmen bijna niet. Op plaat worden sommige nummers volledig bepaald door de een synthesizer maar ook die was live moeilijk te onderscheiden. Eén van de songs moest bijvoorbeeld een Caribische sfeer opwekken maar kwam totaal niet over.
Opvallend was hoeveel nieuwe nummers ze al speelden. In ons land is de promotie van 'Our Songbook' nog bezig, maar in de Verenigde Staten is ondertussen al een extra ep uit. Bovendien is ook hun volgende plaat al af. Die nieuwe nummers leken veel meer naar Amerikaanse radiorock te neigen dan hun naar de lichtvoetige popmuziek van hun debuut. Getuige Drive Me To The Airport (vermoedelijk), dat van een potige gitaarsolo was voorzien die zo uit de trukendoos van Bruce Springsteen leek te komen.
De hoogtepunten waren de meest sobere momenten. De drummer, met Lady Gaga T-shirt, die van achter zijn drumstel mocht komen om samen met Joseph Keefe Summer Girl te spelen. In Hero nam Keefe het voortouw en zong helemaal op zijn eentje. Ook Let's Go Down werd heel sober gehouden en vaarde daar wel bij. De country song Bury Me (vermoedelijk) was de vrolijkste begrafenissong die we ooit gehoord hebben en werkte zo aanstekelijk dat het gevaarlijk werd.
Er viel dus wel wat moois te beleven in de Witloofbar. Deze band in opperste doen voor een enthousiaste menigte in een goede zaal levert vast een knaller van een feestje op. Zaterdagavond was het net iets minder.