Edward Sharpe - De hippie en zijn extatische ceremonies: een antropologische studie
AB, Brussel, 28 januari 2014
De hippie heeft geen natuurlijke habitat, wat maakt dat hij onaangepast is aan nagenoeg iedere situatie. In barre contreien als de onze kunnen enkel de taaiste individuen van de soort gedijen zonder toegiften te doen op het vlak van het onbedekt laten van de voetwreef en tenen – het contact van die lichaamsdelen met textiel is haast ondraaglijk voor de hippie.
Wanneer de weersomstandigheden het niet toelaten om rond te hossen in marcelleke en short hult de hippie zich in een garderobe die hem veel te los om de leden hangt, om zo weinig mogelijk te merken van het verlies aan vrijheid dat het dragen van kledij onherroepelijk met zich meebrengt. Zijn voornaamste bron van warmte is dan ook steeds een overdaad van vaak onverzorgde lichaamsbeharing.
Een hoogst interessant fenomeen doet zich voor wanneer de hippie zich buiten de pottenbakkerij of biologische voedselbank begeeft en verzamelen blaast in een landelijke cultuurtempel. Niet zelden vindt er dan kortelings een samenkomst van getalenteerde muzikanten plaats, en wordt er een heuglijk extatische hoogmis bewerkstelligd.
Recent konden wij in de AB te Brussel zelf getuige zijn van zulk een antropologisch meesterstuk. Edward Sharpe & The Magnetic Zeros, een los-vast Californisch collectief van muzikanten rond leadzanger Alex Ebert betrad er de bühne en offerde met zo veel brio een schare uitmuntende gezangen dat niet enkel de talrijk opgekomen hippies, maar zelfs wij een avond lang in opperste vervoering dansten en meezongen.
Ebert en zijn tienkoppig zootje ongeregeld trapten af met 40 Day Dream en lieten verstaan dat er geen playlist was omdat de tournee nog maar pas was begonnen. Er was met andere woorden veel ruimte voor verzoeken uit het publiek, op voorwaarde dat de band zich de gevraagde nummers moest kunnen herinneren.
Edward Sharpe, het alter ego van Ebert, bleek al snel een frontman te zijn die iedereen zijn plaats in de schijnwerpers gunt. In When You’re Young, het derde nummer, mocht één van de gitaristen de leadzang voor zijn rekening nemen en tijdens een uitgesponnen I Don’t Wanna Pray kreeg een meisje uit het publiek een strofe lang de microfoon toegewezen.
Er werd veel geput uit ‘Here’, de prachtige plaat die de band in 2012 uitbracht. Man On Fire, All Wash Out en That’s What’s Up, drie hoogtepunten uit dat album, werden aan elkaar geregen en werden uiterst enthousiast onthaald. Na If I Were Free uit het uitstekende nieuwe eponieme album mocht zangeres Jade Castrinos haar prachtige, aan Janis Joplin herinnerende stem ten volle etaleren.
De rest van de avond werden de aanwezige aanbidders nog vergast op lange psychedelische jams, trompetsolo’s, Morricone-fluitpartijen en dies meer. Ebert kondigde aan dat de band alles had gespeeld dat ze konden spelen, en dat er dus geen bissen zouden volgen, om vervolgens nog een zielenzuiverend Home in te zetten. Het daaropvolgende applaus bleef minutenlang nazinderen, maar tevergeefs. En wij voelden ons wat ongemakkelijk worden in onze sneakers.