Dranouter aan Zee - Beachparty in De Panne: Dag 2

Esplanade, De Panne, 3 mei 2009

Een samenvatting heeft altijd iets hooghartigs, aangezien je elke keer dingen vergeet. Waaghalzen als we zijn, doen we toch een poging om dag twee van Dranouter aan Zee in kaart te brengen: zon, flauwe comedians, verrassende Dranouterrally en pure artiesten.

Dranouter aan Zee - Beachparty in De Panne: Dag 2



Wie de tweede dag het strand van De Panne opwandelde, kon meteen de bands van de Dranouterrally aan het werk zien. Wij waren net op tijd om de laatste tonen van Silver Junkie op te vangen en dat smaakte alvast naar meer. Ook Maggid, een vierhoofdige band die voornamelijk Klezmer speelt, kon het weinige publiek wel bekoren.

Toch stroomde het volk gestaag naar de mainstage, waar Selah Sue op de planken stond. De negentienjarige Sanne Putseys ziet er meer dan goed uit en zo klinkt ze ook. Met haar eigen geluid legde ze, ondanks monitorproblemen, het publiek zowaar het zwijgen op, terwijl ze nu eens ingetogen, dan weer uit volle borst speelde. Winehousecover Valerie, hit Black Part Love en het stillere Break toonden stuk voor stuk wat de artieste in haar mars had.

Ook Iwein Segers was uitgenodigd, maar stelde teleur. De standupcomedian met gitaar rond de nek stond wel voor een volle Kringtent, maar dat leek ons eerder te wijten aan het feit dat de tent gewoon snel vol zat. Met zijn dwaze en (soms) grappige verhalen en songs werd maar matig gelachen. Omdat we ons beter zouden geamuseerd hebben met een slapende hamster, vluchtten we de Clubstage binnen.

Daar speelden The Catatonics lang geen slechte set. Toch kwam meer dan eens de vraag in ons op of dit nu folk was aangezien de winnaar van deze rally op Folkfestival Dranouter zou mogen spelen. Ook The Nico Van Gendt Project zagen we graag bezig. Door de soulstem van zangeres Kimberly Dhondt kregen de songs een prettige kleur. Blackie and The Oohoos, die origineel uit de hoek kwamen met experimentele pop, overtuigden ons nog het meest. Intrigerend was ook het oordeel van de rallyjury, die laatstvernoemde naar huis stuurde met een gouden medaille en een ticket voor Dranouter.

Wie zich al lang niet meer dient te bewijzen, is Eva De Roovere. Met de titelsong van haar nieuwe album ‘Over en Weer’ loodste ze alvast veel mensen naar binnen. Maar na enkele songs hongerde het leeuwendeel van de toeschouwers weer naar de zon. De blijvers werden echter bedankt met Zomer in Brussel, Mijn Ogen Toe en singletje Orpheus, allen afkomstig van die laatste plaat. Meer of minder dan een lekker potje jammen was het niet, maar het vijftal rond La Roovere maakte er toch een leuk optreden van.

Na De Roovere, Arsenal en Orchestre International Du Vetex was ook Billy Bragg een artiest die vorig jaar op het "grote" folkfestival speelde. De tweeënvijftigjarige Engelsman – irritant accent, dito gewoontes - goot zijn thee binnen, speelde zijn set voor een opvallend lege tent en spuide tonnen kritiek op de maatschappij. To Have And To Have Not of The World Turned Upside Down zijn aardige liedjes, maar de artiest – voor de gelegenheid in zijn uppie - miste de uitstraling en de flair om het handjevol aanwezigen volop te doen genieten.

Wanneer de woorden uitstraling en flair niet veraf zijn, kun je er prat op gaan dat duivel-doet-al Bart Peeters ook in de omgeving is. De man stond er. En er stond heel wat volk naar te kijken. De afsluiter op de mainstage kon niet beter gekozen zijn. Peeters is namelijk een entertainer pur sang. Zijn muzikanten wisten wat ze deden en het publiek wist wat het wilde. Vooral de songs van ‘Slimmer Dan De Zanger’ of jongste boreling ‘De Hemel In Het Klad’ kwamen aan bod, maar klassiekers Heist Aan Zee of Liefde Is Alles blijven toch het meeste aanslaan.

De band had duidelijk energie opgespaard voor dit optreden – het eerste van hun festivalzomer overigens - en dat zag je aan de heerlijke solo’s van het zestal. Peeters had het, net als de toeschouwers, erg moeilijk om stil te staan en ging tot tweemaal toe het publiek goedendag zeggen. Met bisnummers Mijn Garagist Heeft In Mijn Wagen, (de Nederlandstalige versie van Into Folk) en AAA (goddank zonder Regi) had elkeen nog een laatste kans om zich uit te putten en hees te schreeuwen.

Toen het uiteindelijk toch afgelopen was, kon men nog Les Talons Gitans aan het werk zien en voor een laatste feestje was er M’sieur C’rock, die nog tot één uur achter de draaitafels stond. Met een glimlach verliet eenieder vermoeid het strand. Dit is een festival om verliefd op te worden: het ruisen van de zee dat zich laat overstijgen door het ruisen der instrumenten. Meer moet dat niet zijn.
3 mei 2009
Thomas Morlion